Goed nieuws voor collega’s van horken: empathie is aan te leren!

Niet alleen kinderen, maar ook volwassenen blijken empathisch gedrag af te kijken bij hun medemens. En dat gaat verder dan enkel kopieergedrag, zo blijkt uit nieuw onderzoek. Empathie zien, maakt je eigen hersenen gevoeliger voor het leed van anderen.

Als je meerdere werkgevers hebt gehad, herken je het vast wel. Op de ene plek gaat het er fijn en gemoedelijk aan toe. Haalt de één koffie, wordt standaard aan de ander gevraagd ‘of ie ook een bakkie lust’. Werklasten worden onderling verdeeld, en wanneer iemand ziek is, springt een collega graag bij. Bij een andere werkplek is dit helemaal niet het geval. Iedereen focust op zijn eigen taken en wie klaar is met zijn eigen werk klokt zonder achterom te kijken uit.

Zijn de collega’s uit het tweede scenario simpelweg asocialer vergeleken met die uit het eerste verhaal? Onderzoekers van de Universiteit van Würzburg denken van niet. Volgens hen kan dit verschil komen doordat empathisch gedrag besmettelijk is. En niet geheel onbelangrijk: het gebrek eraan ook. Waarschijnlijk ben je zelf immers ook minder geneigd een stapje extra te zetten als niemand in jouw omgeving dat doet.

Video-onderzoeken
Empathie – ofwel het vermogen om je in te leven in de gevoelens van een ander – lijkt dus niet iets waar je simpelweg wel of niet mee wordt geboren. Het is een eigenschap die je je hele leven door blijft ontwikkelen. Dat stellen de onderzoekers nadat ze met behulp van wiskundige modellen en hersenscans onderzochten hoe empathie sociaal over wordt gedragen op andere mensen.

Daarvoor voerden Hein en haar team een reeks experimenten uit met 36 vrouwelijke deelnemers. De deelnemers kregen video’s te zien van handen die pijn leken te lijden, bijvoorbeeld doordat deze geprikt werden met een naald of werden geslagen met een hamer. De deelnemers moesten vervolgens hun eigen emotionele reactie op een schaal van 1 tot 9 rapporteren. Daarna zagen ze de empathische of niet-empathische reacties van anderen dezelfde video’s en moesten ze opnieuw aangeven hoe zeer ze meeleefden met de persoon in de video. Ondertussen werd hun hersenactiviteit gemeten met een functionele MRI-scanner.

Aangepaste emoties
Wat er gebeurde, was opmerkelijk. De deelnemers pasten hun empathie aan afhankelijk van de reacties van anderen. Als ze zagen dat anderen meevoelden met de pijn dan nam hun eigen gevoel van medeleven toe. En als ze zagen dat anderen onverschillig of zelfs blij waren met de pijn, dan nam hun eigen hoeveelheid empathie af. Dat verschil was niet alleen te zien in de antwoorden die de deelnemers zelf gaven over hoe zeer ze meeleefden, maar ook in de hersenen. De hersenactiviteit in de voorste insula, een gebied dat betrokken is bij het verwerken van empathie, verhoogde wanneer ze iemand wel zagen meeleven en nam af als ze de ander niet zagen meeleven.

Leerproces
De onderzoekers denken dat dit te maken heeft met een soort leerproces dat afgaat op verwachtingen. Iedereen heeft namelijk zijn eigen inschatting over hoe empathisch je je in bepaalde situatie opstelt. Wanneer we iemand meer empathisch zien reageren dan wijzelf van tevoren hadden bedacht, dan gaat er een leerproces aan. Dat wordt ook wel ‘empatische conditionering’ genoemd. Het brein gaat er dan vanuit dat het de situatie verkeerd zal hebben ingeschat, wat het corrigeert door in dit geval meer empathie op te wekken. Wat op dezelfde manier werkt als iemand weinig empathie toont. Precies dit effect, wat van tevoren ook met rekenmodellen was voorspeld, zagen de onderzoekers terug in hun onderzoek.

Bewust veranderen
Met andere woorden: empathie is een leerbare en beïnvloedbare eigenschap, die afhangt van zogenaamd ‘observationeel versterkend leren’. En dat kan invloed hebben op zowel ons persoonlijke als professionele leven. “Het goede nieuws is dat we nu beter weten hoe we het empathisch vermogen bij volwassenen kunnen vormen”, vertelt Grit Hein. Dat kan beide richtingen in nuttig zijn. Zo zou het verhogen van medelevende gevoelens nuttig kunnen zijn om meer gemeenschapszin te creëren in een samenleving en om conflicten te verminderen. Terwijl het verlagen van empathie nuttig kan zijn om je eigen mentale gezondheid te beschermen of op momenten dat je lastige taken moet uitvoeren.

Respect

Maar zo eenvoudig is het niet. Empathie om je heen zien, is nog niet voldoende om ook echt empathie te ontwikkelen, vertelt Hein. “Er is ook een sfeer van wederzijds respect nodig. Je kunt iemand namelijk wel respecteren zonder empathie voor die persoon te hebben, maar het is een uitdaging om empathie te ontwikkelen als je de ander niet respecteert als mens of wanneer gebrek aan respect iets is wat in een samenleving wordt geaccepteerd.”

Individuele verschillen
Daarnaast verschilt het per persoon hoezeer iemand meeleeft met de ander. En ook hoe gevoelig die is voor sociale overdracht van empathie. Dat is onder andere afhankelijk van persoonlijkheid en motivatie, maar ook van genetische factoren. Sommige mensen zijn meer of minder vatbaar voor de invloed van anderen op hun eigen empathie. Er zullen daardoor altijd mensen zijn die meer empathisch blijven in een niet-empathische omgeving, of minder empathisch zijn in een wel-empathische omgeving. Ook op jouw overwegend ongezellige, of juist vriendelijke kantoor.

De onderzoekers willen in de toekomst hun model toepassen op andere sociale gedragingen, zoals egoïsme en agressie. Ze hopen dat hun onderzoeken daarmee bij kunnen dragen aan positieve gedragsveranderingen. Door empathie te erkennen als iets leerbaars en beïnvloedbaars, zouden we immers actief kunnen werken aan meer begrip en compassie in onze samenleving.

Bronmateriaal

"The social transmission of empathy relies on observational reinforcement learning" - PNAS
Afbeelding bovenaan dit artikel: carlo prearo van carloprearophotos (via CanvaPro)

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd