We staan er vaak van te kijken wat een indrukwekkende bouwwerken mensen lang geleden al wisten te maken zonder hulp van moderne technologie. Denk aan de piramides in Egypte of recenter de grote kathedralen in Europa. Ook de schepen die meer dan 7000 jaar geleden over de Middellandse Zee voeren zijn zo’n vernuftige uitvinding.
Veel van de belangrijkste beschavingen van Europa vinden hun oorsprong aan de Middellandse Zee. Tijdens het neolithicum, dat duurde van 10.000 tot 2200 voor Christus, reisden groepen mensen over het water en dreven er handel langs de kust, zo blijkt uit archeologische opgravingen van schepen en de aanwezigheid van nederzettingen aan de kusten en op de eilanden.
Kano’s van uitgeholde boomstammen
Hoe vooruitstrevend de scheepvaart was in die tijd toont een nieuwe studie naar kano’s aan in het neolithische kustplaatsje La Marmotta, bij Rome in Italië. Opgravingen hebben daar vijf kano’s blootgelegd die zijn gemaakt van uitgeholde boomstammen en dateren van ergens tussen 5700 en 5100 voor Christus. De boten zijn gebouwd met vier verschillende soorten hout, wat ongebruikelijk is voor die tijd en er zijn geavanceerde bouwtechnieken gebruikt, zoals dwarsversterkingen, bedoeld om een constructie sterker te maken.
Bij één kano zijn ook drie T-vormige houten constructies aangetroffen, ieder met een paar gaten erin, die waarschijnlijk zijn gebruikt om touwen mee vast te maken die verbonden waren met bijvoorbeeld zeilen. Deze kenmerken wijzen erop dat het om zeewaardige scheepjes gaat, iets wat nog eens wordt bevestigd door de aanwezigheid van stenen gereedschappen, die ook teruggevonden zijn op nabijgelegen eilanden.
Knap staaltje techniek
Het zijn extreem bijzondere voorbeelden van prehistorische boten, vinden de onderzoekers, omdat de constructie een buitengewone kennis vereist van het structurele ontwerp van een boot en de eigenschappen van hout plus goed georganiseerde gespecialiseerde arbeid.
Maar de ontdekking zegt ook iets over de huidige scheepsbouw: de overeenkomsten tussen de kano’s en recentere technologie maken duidelijk dat veel van de grote vooruitgang in de zeiltechniek plaatsvond in het vroege Neolithicum. Toen leerden we als het ware zeilen en we hebben de boten zeker nog verfijnd en verbeterd, maar de basistechniek bleef goeddeels hetzelfde.
Nog veel meer te vinden
De onderzoekers denken dat er nog meer boten verborgen liggen bij La Marmotta en ze hopen dan ook er nog veel meer onderzoek te gaan doen. Hoe dan ook zijn het de oudste boten die ooit in het Middellandse Zeegebied zijn gevonden. “Datering van de Neolithische kano’s bij La Marmotta maakt duidelijk dat het de oudste zijn in de Méditerranée. Ze leveren daarmee kennis over de Neolithische navigatie, die van onschatbare waarde is. Deze studie onthult de geweldige technologische vooruitgang van de vroege agrarische gemeenschappen, die over uitstekende houtbewerkingsvaardigheden beschikten en al complexe schepen konden bouwen.”
Het Neolithicum was een belangrijke tijd, waarin veel veranderde. De periode duurde zoals gezegd van 10.000 tot 2200 voor Christus en wordt ook wel de Nieuwe of Jonge Steentijd genoemd. Het tijdperk markeert de overgang van het nomadische bestaan van jager-verzamelaars naar een agrarische samenleving waarbij mensen in nederzettingen woonden en leefden van landbouw en veeteelt. Belangrijk hierbij is dat mensen voorraden wisten aan te leggen voor slechte tijden, waardoor ze niet verder hoefden te trekken op zoek naar nieuw voedsel. Deze transformatie kon plaatsvinden door grote sociale en technologische ontwikkelingen. Er wordt dan ook wel gesproken van de neolithische revolutie. Daarin werden bijvoorbeeld ook voor het eerst gepolijste stenen werktuigen en aardewerk gebruikt. De twee belangrijkste uitvindingen uit die tijd, aardewerk en landbouw, vonden overigens niet tegelijkertijd plaats. In Europa en Oost-Azië kwam eerst het aardewerk en daarna de landbouw, terwijl dat in West-Azië andersom was. Aan het eind van het tijdperk werden het wiel en het schrift uitgevonden. Toen ook de metaalbewerking zijn intrede deed, kon de Bronstijd beginnen.