Een nieuw soort dolfijn, die komen we niet vaak tegen. Toegegeven, hij is al een tijdje uitgestorven, maar het is wel een bijzonder exemplaar. Het gaat om een hele grote zoetwaterdolfijn, die zo’n 16 miljoen jaar geleden in de Amazonerivier rondzwom.
Rivierdolfijnen zijn zeldzaam, veel zeldzamer dan andere walvisachtigen. De meeste bestaande soorten zijn bovendien ernstig bedreigd. Hoewel het nieuw ontdekte exemplaar lijkt op de huidige dolfijnen is het geen directe verwant. Hij behoort tot de late overlevenden van verschillende walvissoorten die ooit de oceanen op onze planeet bevolkten.
Een mythisch zeevolk
En het is er niet zomaar eentje. Volgens de onderzoekers van de Universiteit van Zürich is het de grootste rivierdolfijn die ooit is ontdekt. Het dier is 3 tot 3,5 meter lang en kreeg de ingewikkelde naam Pebanista yacuruna, naar een mythisch zeevolk dat volgens de legende in de Amazone leefde.
De nieuwe dolfijnensoort, die in het Peruviaanse deel van de Amazone is gevonden, behoort tot een groep dolfijnen die veel voorkwam in de oceanen tussen de 24 en 16 miljoen jaar geleden. Vermoedelijk ontdekten de mariene voorvaderen van de dolfijn hoeveel voedsel er in het zoetwater van de Amazone zat en zwommen ze daarom met veel plezier de rivier in waar ze zich aanpasten aan de nieuwe omgeving.
Verandering op komst
“16 miljoen jaar geleden zag de Peruviaanse Amazone er heel anders uit dan nu”, zegt hoofdonderzoeker Aldo Benites-Palomino. “Een groot deel van het gebied bestond uit meren en moerassen die met elkaar verbonden waren.” Er waren dus allerlei ecosystemen in het water, op het land en daar tussenin. De regio bestond uit wat nu Colombia, Ecuador, Bolivia, Peru en Brazilië is.
Toen het gebied zo’n 10 miljoen jaar geleden begon te veranderen in hoe het er nu uitziet vertrokken veel prooidieren naar andere plekken, waardoor de reuzendolfijn uitstierf. Daardoor ontstond vervolgens in de Amazone een kans voor familie van de hedendaagse rivierdolfijnen, die in de oceanen met uitsterven werden bedreigd door de opkomst van nieuwe walvisachtigen, zoals de moderne dolfijnen.
Bijzondere soort
Maar terug naar het gevonden exemplaar. “We ontdekten dat zijn grootte niet het enige opmerkelijke aspect is”, zegt Benites-Palomino. “Toen we dit fossiel vonden in de Amazone verwachtten we een nauwe verwant te vinden van de nog levende Amazone-rivierdolfijn, maar de Zuid-Aziatische rivierdolfijnen blijken veel nabijere familie.”
De soorten hebben allebei hoogontwikkelde botachtige structuren in hun gezicht voor echolocatie. Daarmee kunnen dolfijnen ‘zien’ door hoogfrequente geluidssignalen uit te zenden en te luisteren naar de echo’s. Ze gebruiken dit onder meer om hun prooi op te sporen.
Veel tanden
“Voor rivierdolfijnen is echolocatie nog belangrijker, omdat het water extreem modderig is en zo hun zicht nog meer wordt beperkt”, legt onderzoeker Gabriel Aguirre-Fernández uit. De verlengde snuit met veel tanden wijst erop dat de Pebanista zich voedt met vis, net als andere rivierdolfijnen tegenwoordig.
Alleen in het droge seizoen
Het Amazone-regenwoud is een van de moeilijkste gebieden voor paleontologisch onderzoek. Fossielen zijn alleen toegankelijk tijdens het droge seizoen, als de rivieren laag genoeg staan om de rotsen waar de fossielen in zitten, bloot te leggen. Als die niet op tijd worden verzameld, worden ze weggevaagd door het stijgende water tijdens het regenseizoen en zijn ze voorgoed verloren.
Het fossiel van de Pebanista is in 2018 ontdekt, toen de onderzoekers meer dan 300 kilometer de rivier de Napo afzakten, die door een groot deel van het Amazonegebied in Peru en Ecuador stroomt. Er zijn toen tientallen fossielen verzameld, maar de grootste verrassing kwam aan het eind van de expeditie, na bijna drie weken onderzoek: de ontdekking van de enorme schedel van de dolfijn, die nu permanent te zien is in het natuurhistorisch museum in Lima. En dus zelfs een nieuwe soort betreft, de mythische Pebanista yacuruna.