Vierkant gat in 3500 jaar oude schedel hint op prehistorische hersenoperatie (die de patiënt waarschijnlijk fataal werd)

De vondst bewijst dat deze specifieke vorm van hersenchirurgie reeds in de Bronstijd – met wisselend succes – werd toegepast.

Een gat in je schedel laten boren. Het is – zelfs in onze moderne tijd, met alle moderne middelen die daartoe voorhanden zijn – een heftige ingreep. Maar dat weerhield mensen er duizenden jaren geleden niet van om zich er – met de beperkte middelen die ze in hun tijd tot hun beschikking hadden – aan te wagen. Archeologische vondsten hebben reeds uitgewezen dat de medische ingreep duizenden jaren geleden al in uiteenlopende beschavingen en plaatsen – van Zuid-Amerika tot Afrika – werd toegepast.

Nieuwe patiënt
En in het blad PLoS ONE presenteren wetenschappers nu een nieuwe prehistorische patiënt die de ingreep – die ook wel schedeltrepanatie wordt genoemd – onderging. Het gaat om een man, wiens resten in Israël zijn opgegraven. En de man onderging zo’n 3500 jaar geleden een specifieke vorm van schedeltrepanatie, waarbij er met een scherp gereedschap vier, elkaar kruisende lijnen in de schedel werden gemaakt, waarna er een vierkant stukje bot uit de schedel werd gelicht.

Bijzonder
Het is om meerdere redenen een bijzondere vondst. Zo hebben archeologen tot op heden weinig schedeltrepanatie-patiënten in het Nabije Oosten teruggevonden. “We hebben bewijs dat trepanatie al duizenden jaren een wijdverspreid voorkomende ingreep is,” stelt onderzoeker Rachel Kalisher. “Maar in het Nabije Oosten zien we het niet zo vaak. Er zijn ons slechts een dozijn voorbeelden van trepanatie uit deze gehele regio bekend.”

Daarnaast is het opmerkelijk dat de prehistorische patiënt die Kalisher en collega’s nu hebben teruggevonden de ingreep zo’n 3500 jaar geleden reeds onderging. Daarmee is hij waarschijnlijk – voor zover we nu weten – het oudste voorbeeld van een patiënt die deze specifieke, vierkante schedelboring in het Nabije Oosten heeft ondergaan.

In de schedel van de man werd een vierkant gat aangetroffen dat ongeveer 3 centimeter hoog en breed is. Afbeelding: Kalisher et al., 2023, PLOS ONE, CC-BY 4.0.

Megiddo
De onderzoekers ontdekten het skelet van de man – samen met dat van zijn broer – nabij de resten van de stad Megiddo. De stad controleerde zo’n 4000 jaar geleden een deel van een belangrijke handelsroute – Via Maris genoemd – die Egypte, Syrië, Mesopotamië en Anatolië met elkaar verbond. Geen wonder dat de stad uitgroeide tot een schatrijke wereldstad, vol paleizen, tempels en forten. En in die stad leefden dus ook de twee mannen waarvan er eentje ergens rond 1500 voor Christus een schedelboring onderging. Alles wijst erop dat de mannen het bij leven meer dan goed hadden; hun botten zijn direct naast een paleis teruggevonden en ze werden met diverse waardevolle bezittingen begraven. De onderzoekers gaan er dan ook vanuit dat de broers tot de elite behoorden en mogelijk zelfs van koninklijke komaf waren.

Gezondheidsproblemen
En dat was maar goed ook. Want zowel de man die de schedelboring onderging als zijn broer hadden nogal wat gezondheidsproblemen. Zo hebben archeologen verschillende skeletafwijkingen vastgesteld. Ook zijn er aanwijzingen dat de mannen als kind leden aan bloedarmoede door ijzertekort, iets wat van invloed kan zijn geweest op hun ontwikkeling. Daarnaast vertoont het membraan dat hun botten bedekt sporen van ontstekingen en dat hint erop dat ze leden aan tuberculose of lepra (zie kader). “Deze broers leefden duidelijk met enkele heftige ziektes die – in die tijd – lastig te verdragen waren geweest zonder rijkdom en status,” stelt Kalisher. “Als je tot de elite behoort, hoef je misschien niet zoveel te werken. Als je tot de elite behoort, kun je misschien een speciaal dieet volgen. Als je tot de elite behoort, kun je een ernstige ziekte misschien langer overleven, omdat je toegang hebt tot gezondheidszorg.”

Het vermoeden bestaat dus dat de broers leden aan lepra. Als dat het geval is, gaan ze de boeken in als de oudste leprapatiënten die tot op heden zijn teruggevonden. Het is echter niet zo eenvoudig om vast te stellen dat het echt om lepra gaat, zo benadrukt Kalisher. “Het is lastig voor ons om met zekerheid te stellen dat deze broers aan lepra of een andere infectieziekte leden.” Op dit moment wordt er nader onderzoek gedaan naar laesies in de botten die mogelijk van lepra getuigen. Als daarin DNA wordt aangetroffen van de bacterie die lepra veroorzaakt, kan met zekerheid worden vastgesteld dat de broers aan lepra leden.

Fatale ingreep
Hun elitaire achtergrond moet met name met het oog op hun gezondheidsproblemen dus een zegen zijn geweest voor de twee broers. Het opende deuren die voor minderbedeelden gesloten bleven. Waaronder dus – klaarblijkelijk – ook de deur naar schedeltrepanatie. Waarom men exact tot deze ingreep overging, is – gezien het feit dat de patiënt in kwestie met meerdere gezondheidsproblemen kampte – lastig vast te stellen. Wat we wel zeker weten, is dat de ingreep uiteindelijk geen soelaas bood; de man stierf kort na de ingreep: binnen enkele dagen, uren of misschien zelfs minuten.

Vervolgonderzoek
De onderzoekers hopen dat hun studie bijdraagt aan een completer beeld van schedeltrepanaties. Maar ze erkennen tegelijkertijd dat daarvoor uiteindelijk nog veel meer onderzoek nodig is. Want hoewel wereldwijd tal van vondsten zijn gedaan die getuigen van de heftige ingreep, is er nog veel wat we niet weten. Zo is bijvoorbeeld niet duidelijk waarom sommige trepanaties rond van vorm zijn – en dus hinten op het gebruik van een soort boor – terwijl andere schedelgaten juist vierkant of driehoekig van vorm zijn. Ook is nog niet duidelijk hoe vaak de ingreep in de verschillende wereldregio’s werd toegepast en wat dokters er in de verschillende gebieden nu precies mee probeerden te bewerkstelligen. Kalisher hoopt daar in de nabije toekomst meer duidelijkheid over te kunnen geven door een onderzoeksproject op te zetten waarbij de focus niet ligt op individuele voorbeelden van trepanaties, maar trepanaties door tijd en ruimte heen worden onderzocht. “Je moet in een behoorlijk lastig pakket zitten, wil je een gat in je hoofd laten maken,” merkt Kalisher op. “Ik ben benieuwd wat we nog meer te weten kunnen komen als we naar elk voorbeeld van trepanatie in het verleden kijken en deze ingrepen, maar ook de omstandigheden van de patiënten die deze ingrepen ondergingen, met elkaar kunnen vergelijken.”

Ten slotte vindt Kalisher het ook belangrijk om met het onderzoek naar medische ingrepen die duizenden jaren geleden werden uitgevoerd ook te laten zien dat men in de oudheid meer met elkaar begaan was dan gedacht. Want hoewel zo’n prehistorische schedelboring misschien heel barbaars klinkt, waren de ‘chirurgen’ er naar alle waarschijnlijkheid wel op uit om hun patiënt te genezen of in ieder geval enige verlichting te brengen temidden van (ernstige) gezondheidsklachten. “In de oudheid was men veel toleranter en verzorgender dan mensen misschien denken. We hebben zelfs bewijs dat Neanderthalers, ook in heel uitdagende omstandigheden, voor elkaar zorgden. Ik wil niet zeggen dat het allemaal rozengeur en maneschijn was – er was sprake van op geslacht en klasse gebaseerde verdeeldheid. Maar in het verleden waren mensen nog steeds gewoon mensen.” En die mensen maakten soms ook tragische dingen mee. Daarvan getuigen ook de graven waarin Kalisher de twee broers aantrof. Zo overleed de ene broer kort na een schedelboring, op vrij jonge leeftijd. En ook de andere broer werd – waarschijnlijk door toedoen van al zijn gezondheidsproblemen – niet oud. Ze werden beiden begraven met alle rituelen en geschenken die daar – afgaand op elitaire graven in de buurt – in die tijd en samenleving bij hoorden. Het bewijst opnieuw dat ze niet verstoten werden, maar dat mensen met ze begaan waren. En dat de mannen er, ondanks hun gezondheidsproblemen, gewoon bij hoorden, aldus de onderzoekers. “Het laat zien dat ze zelfs na hun dood onderdeel uit bleven maken van de samenleving.”

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd