Japanse maanlander staat uit om stroom te besparen en herstart mogelijk te maken: eerste berichten zijn hoopvol

Het is Japan zaterdag als vijfde land ter wereld gelukt om een ruimtesonde te laten landen op de maan. Er is alleen een klein probleempje: de zonnepanelen doen het nog niet. Het is dus afwachten hóé succesvol de missie gaat zijn. 

Zonder werkende zonnecellen houdt de Smart Lander for Investigating Moon, oftewel de SLIM, het hooguit een paar uur vol, maar dan is niet direct alle hoop verloren. Als de zon vanuit een andere richting gaat schijnen, kan de SLIM weer gaan werken. Het was reden om de maanlander uit te schakelen, toen er nog zo’n 12 procent batterij over was om zo te voorkomen dat er een situatie ontstaat, waarbij de herstart moeilijk zou worden, zo maakte het Japanse ruimteagentschap JAXA maandag bekend.

JAXA zei ook dat de landing succesvol is geweest. “We zijn opgelucht en beginnen blij te worden nu bevestigd is dat er al veel data zijn verzameld”, klinkt het. Volgens de gegevens zijn de zonnecellen van de SLIM gericht op het westen. “Als zonlicht straks vanuit het westen op de maan schijnt, denken we dat het mogelijk is om energie op te wekken. We bereiden ons momenteel voor op herstel”, aldus de Japanners.

Huzarenstukje
In eerste instantie ligt de prioriteit nu nog op analyse van alle data, die tijdens de landing zijn verzameld. Daarmee zou in ieder geval duidelijk worden of een van de grote doelen van de missie is behaald, namelijk een landing binnen 100 meter van de bedoelde landingsplaats. Dat zou een unicum zijn. Normale maanlanders landen op kilometers afstand van de geplande plek. En omdat de landing bovendien vlakbij een krater plaatsvindt, is er ook nog een helling van 15 graden, die het extra moeilijk maakt. Vanwege deze extreem lastige precisielanding wordt het ruimtevaartuig ook wel de Moon Sniper genoemd.

Foto: JAXA

Op zoek naar water
Reden waarom de SLIM exact daar moest landen, is omdat het de bedoeling is dat hij een krater weet te bereiken waar de maanmantel, die normaal gesproken diep onder de korst ligt, toegankelijk is. Het gesteente dat daar bereikbaar is, zou cruciaal zijn om meer te weten te komen over de oorsprong van de maan en de Aarde. En vooral: over de mogelijke aanwezigheid van water, wat nodig is als we ooit een basis op de maan willen bouwen.

Twee sondes zijn nu al op onderzoek uit, eentje met een transmitter en eentje die over het maanoppervlak rolt en foto’s naar de Aarde stuurt. Deze mini-rover, SORA-Q geheten, is amper groter dan een tennisbal en geïnspireerd op hoe een schildpad over het strand beweegt. Nog een grappig weetje: hij is mede ontwikkeld door het bedrijf achter het Transformer-speelgoed.

This handout photo taken in 2022, received on January 18, 2024 from the Japan Aerospace Exploration Agency (JAXA) shows the transformable lunar surface robot "SORA-Q" (operation verification model) installed on the private company's lunar module
De SORA-Q. Foto: JAXA

Het lukt maar weinigen
Meer dan vijftig jaar na de eerste landing op de Maan op 20 juli 1969 (That’s one small step for man, one giant leap for mankind) is Japan nu dus het vijfde land die dat is gelukt, na de Verenigde Staten, de toenmalige Sovjet Unie, China en India.

Het blijkt een stuk lastiger dan gedacht om de maan te bereiken. Twee eerdere maanmissies van Japan mislukten. Ook andere landen en private bedrijven hebben een poging gewaagd, maar slaagden er niet in om het oppervlak van de Maan te bereiken. Afgelopen week nog bleek dat de missie van het Amerikaanse bedrijf Astrobotic is mislukt. Het had de eerste commerciële maanlanding moeten worden, maar al na de lancering bleek de Peregrine-maanlander brandstof te lekken, waardoor het onmogelijk werd om de maan te bereiken. Afgelopen donderdagavond is de Peregrine verbrand in de atmosfeer. Er zijn uiteindelijk nog wel wat bruikbare gegevens verzameld. NASA heeft ook de maanmissies binnen het Artemis-programma, die eind dit jaar zouden beginnen, uitgesteld tot zeker 2026. Er zijn nog problemen met zowel de raket als de Orion-capsule.

Kosten maanlanding
India lukte het in september vorig jaar wel om een onbemande ruimtesonde op de Maan te zetten. De Chandrayaan-3 landde op de zuidpool van de maan, waar nog nooit eerder een ruimtevaartuig voet aan de grond zette. De missie kostte bovendien ‘slechts’ 74,6 miljoen dollar. Dat kan doordat India veel techniek kopieert en die met eigen ingenieurs weet aan te passen. Japan is minstens 100 miljoen kwijt. Maar ook dat is niets vergeleken met het peperdure Artemis-programma van NASA. Eén Artemis-vlucht kost zo’n 4 miljard dollar.

Bronmateriaal

"JAXA" - JAXA
Afbeelding bovenaan dit artikel: JAXA

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd