Het eerste bewijs van een tongzoen is 4500 jaar oud. En deze kus had grote gevolgen

Om voor de hand liggende redenen kunnen we ervan uitgaan dat we al sinds mensenheugenis aan seks doen, maar hoe zit dat eigenlijk met zoenen? Dat doen we al langer dan gedacht. Duizenden jaren oude kleitabletten laten nu zien dat de oude Mesopotamiërs ook al wel hielden van ‘een kus met speeksel’.

En daar hoefden ze niet per se getrouwd voor te zijn, blijkt uit teksten in spijkerschrift en uitgehouwen afbeeldingen. Ook ongehuwde Mesopotamiërs die verliefd waren, hielden wel van een gepassioneerde kus. 4500 jaar geleden werd dit dus al gezien als een onderdeel van seksuele verlangens. Dat klinkt romantisch, maar er was ook een keerzijde: onbedoeld konden de ziekten bu’shanu – het herpesvirus, oftewel koortslip – en het Epstein-Barrvirus, dat de ziekte van Pfeiffer veroorzaakt, zich opeens razendsnel verspreiden.

De eerste kus
Tot voor kort dateerde het eerste bewijs van kussende mensen van zo’n 3500 jaar geleden. Het kwam uit een specifieke regio in Zuid-Azië. Van daaruit zou het ‘kusgedrag’ mogelijk naar andere regio’s zijn overgewaaid, waardoor ook het herpesvirus versneld om zich heen kon slaan. Maar twee Deense onderzoekers komen nu tot een hele andere conclusie: de Mesopotamiërs in het Midden-Oosten waren zeker duizend jaar eerder met de eerste kus.

“In het vruchtbare land tussen de rivieren de Eufraat en de Tigris, waar nu Irak en Syrië liggen, maar wat vroeger het oude Mesopotamië was, maakten de mensen prachtige kleitabletten met inscripties en afbeeldingen. Vele duizenden tabletten uit die tijd zijn bewaard gebleven. Zo kunnen we zien dat zoenen ook toen al een belangrijk onderdeel was van romantische intimiteit. Maar er werd ook gekust door familieleden en tussen vrienden”, legt onderzoeker Troels Pank Arbøll uit. “We kunnen daarom wel stellen dat het niet zo is dat het kussen begon in een specifieke regio en zich van daaruit verspreidde. Het lijkt er meer op dat de mens al vele duizenden jaren overal ter wereld aan het zoenen is, afzonderlijk van elkaar in allerlei oude culturen.”

Ook apen zoenen
Onderzoeker Sophie Lund Rasmussen trekt het nog wat breder: “We weten uit onderzoek bij bonobo’s en chimpansees, onze naaste verwanten, dat ook zij met elkaar zoenen. Dit is een aanwijzing dat zoenen een fundamentele menselijke gedraging is en dat het daarom in allerlei verschillende culturen opduikt.”

Naast het sociale en seksuele belang van kussen, lijkt het erop dat zoenen ook een onbedoelde rol heeft gespeeld in de overdracht van micro-organismen. Waarschijnlijk is het zo dat bepaalde virussen op deze manier makkelijker hun weg konden vinden naar een nieuwe gastheer of gastvrouw.

Mogelijk verspreidde het koortslipvirus zich bijvoorbeeld sneller vanwege de introductie van de zoen, legt Arbøll uit. “We hebben een flinke hoeveelheid medische teksten uit Mesopotamië gevonden, waarin een ziekte wordt genoemd met klachten die erg lijken op het herpesvirus. Het is interessant om de teksten over de zogenaamde bu’shanu-ziekte te vergelijken met een hedendaagse koortslipinfectie. Bu’shanu is meer dan 4000 jaar geleden beschreven als pijnlijke blaasjes in en om de mond en soms in de keel.”

Geheimen ontrafelen via DNA-onderzoek
“Als het normaal was om te zoenen in verschillende oude samenlevingen, dan zouden de effecten hiervan, als het gaat om het overdragen van ziektes, vrij constant moeten zijn”, legt Rasmussen uit. Dat hopen de onderzoekers verder uit te zoeken. De beide wetenschappers kijken uit naar de analyse van menselijk DNA uit de oudheid, waardoor meer duidelijk zal worden over de invloed van sociale interactie en culturele normen en waarden. Ze pleiten voor een interdisciplinaire benadering, zodat de geheimen van het zoengedrag in vroegere samenlevingen, en de virale gevolgen hiervan, verder ontrafeld kunnen worden.

Bronmateriaal

"The ancient history of kissing" - Science
Afbeelding bovenaan dit artikel: Kieferpix / Getty (via Canva.com)

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd