Westerse geneeskunde ziet nut van mierenhoning, een eeuwenoud medicijn, nu ook in

Inheemse volkeren gebruiken mierenhoning al duizenden jaren als natuurlijk antibioticum. De westerse wetenschap moest er niets van hebben. Maar nu hebben Australische wetenschappers aangetoond dat het middeltje wel degelijk werkt.

Maar het moet wel afkomstig zijn van een specifiek soort mier: de Camponotus inflatus, oftewel de honing(pot)mier. Het insect is in onherbergzame woestijngebieden te vinden in onder meer West-Australië. De dieren leven samen in een kolonie, waarbij iedereen een specifieke taak uitvoert. Een speciale groep bestaat uit zwaar overvoede werkmieren, die volledig volgepropt zijn met nectar en andere suikerrijke stoffen door andere werkmieren. Door alle honing blaast de buik van deze obese beestjes op als een ballon en krijgen ze een doorzichtig, amberkleurig uiterlijk. De wandelende honingdruppels komen daarna nog amper van hun plek. Het zijn levende snackautomaten geworden voor hun soortgenoten. Op momenten dat er weinig eten voorhanden is voor de kolonie, kunnen ze de honing ophoesten en uitdelen aan de hele groep.

Voedsel én sociaal bindmiddel
Het is nog niet zo makkelijk om de honingmieren te vinden. Danny Ulrich van de Tjupan-stam, die honingmiertours diep in de Australische outback geeft, hielp de onderzoekers daarbij. “Voor ons volk zijn de honingmieren veel meer dan alleen een bron van voedsel. Het zoeken en opgraven van de dieren uit het zand is een prachtig tijdverdrijf. We gaan met de hele familie op pad en maken er een uitje van, Je zou kunnen zeggen dat de honingmier onze familiebanden versterkt”, legt Ulrich uit. “Onze voorouders snoepen al duizenden jaren van de zoete honing die deze mieren produceren. We grijpen ze uit het zand en zuigen ze uit.”

Natuurlijk medicijn
Maar dat is niet de enige manier waarop ze profiteren van de door honing opgezwollen insecten. “We gebruiken het spul ook als medicijn, als iemand een keelontsteking heeft bijvoorbeeld. En de speciale honing kan ook als helende zalf dienen. Hij doet wonderen bij huidinfecties”, aldus de woestijngids. Volgens de onderzoekers is het voor het eerst dat de honing is onderzocht vanwege de geneeskundige toepassingen.

“Ik ben al lange tijd gefascineerd door de honingmier en zijn fantastische manier van honing produceren en opslaan”, zegt onderzoeker Andrew Dong. “Het middel wordt al sinds mensenheugenis als medicijn gebruikt door de inheemse bevolking. Dat maakte me nieuwsgierig en daarom besloot ik op zoek te gaan naar mogelijke antimicrobiële eigenschappen in de honing.”

Nieuwe tak van antibiotica
De onderzoekers ontdekten dat de mierenhoning op een heel andere manier werkt dan Manuka-honing, waarvan al langer bekend is dat die werkt als een helende zalf tegen wonden en huidinfecties. “Uit onze studie blijkt dat de honing van de honingmier een heel specifiek effect heeft. Dit is niet te vergelijken met andere honingsoorten”, vertelt  onderzoeker Kenya Fernandes. “Deze Australische mierenhoning bevat krachtige antimicrobiële ingrediënten. We willen graag weten wat voor stoffen dit precies zijn. Het zou goed kunnen dat we aan het begin staan van de ontwikkeling van een hele nieuwe tak van antibiotica.”

De oorspronkelijke bewoners van Australië gebruiken de mierenhoning al duizenden jaren tegen verkoudheid en een pijnlijke keel. Maar de Westerse wetenschap ziet nu pas de heilzame kracht in van het natuurproduct. “Deze studie bewijst dat mierenhoning unieke antimicrobiële eigenschappen heeft. Het is heel logisch dat de inheemse bevolking dit al sinds jaar en dag in de medicijnkast heeft staan”, zegt hoofdonderzoeker Dee Carter.

Tegen schimmels en abcessen
Het middel blijkt erg effectief te zijn tegen Staphylococcus aureus, een bacterie die bij veel mensen op de huid en rond de neus te vinden is zonder kwaad te doen. De microbe kan echter fikse problemen geven wanneer hij het lichaam binnenkomt via een wondje. Er kunnen heftige huidinfecties zoals abcessen en wondroos ontstaan. In extreme gevallen kan de bacterie leiden tot sepsis en de dood.

Ook twee schimmelsoorten, Aspergillus en Cryptococcus, zijn niet bestand tegen de mierenhoning. Beide schimmels leven in de grond. Het is dan ook waarschijnlijk dat de honingmier deze schimmelwerende eigenschap heeft ontwikkeld om het nest te beschermen tegen de schimmelsoorten. Deze schimmels kunnen net als Staphylococcus zware infecties veroorzaken bij mensen met een verzwakt immuunsysteem.

Bronmateriaal

"Unique antimicrobial activity in honey from the Australian honeypot ant (Camponotus inflatus)" - Peerj
Afbeelding bovenaan dit artikel: Andrea Izzotti / Getty (via Canva.com)

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd