Marswagentje Perseverance vindt steen die weleens sporen van buitenaards leven kan herbergen

Voor de 21e keer heeft Marswagentje Perseverance een steen op Mars bemonsterd. En deze 21e keer is speciaal. Want een eerste analyse hint er voorzichtig op dat dit 21e monster alles heeft waar wetenschappers op hoopten. “Om het simpel te zeggen: dit is het type steen waarvan we hoopten dat we het zouden vinden,” aldus Ken Farley, als projectwetenschapper verbonden aan de Perseverance-missie.

Dat wetenschappers zo opgewonden zijn over deze steen, is goed te verklaren. Want een eerste analyse van het binnenste van de steen onthult dat deze in een grijs verleden, langdurig met water in contact moet zijn geweest. “Bijna alle mineralen in de steen die we zojuist bemonsterd hebben, zijn tot stand gekomen in water,” legt Farley uit. En dat is interessant. In eerste instantie natuurlijk omdat water een belangrijke vereiste is voor de totstandkoming en instandhouding van leven zoals wij dat hier op aarde kennen. De steen bevestigt dus wat onderzoekers al langer vermoeden, namelijk dat ook op Mars langdurig vloeibaar water te vinden was en de omstandigheden dus weleens gunstig kunnen zijn geweest voor het ontstaan van leven.

Sporen van leven
Maar dat niet alleen. Want wat dit monster met name zo waardevol maakt, is dat het geknipt lijkt te zijn om sporen van leven – als dat er inderdaad ooit op Mars is geweest – te herbergen. Ook dat heeft alles te maken met de mineralen waaruit het monster is opgebouwd en die stuk voor stuk in de aanwezigheid van water zijn gevormd, zo legt Farley uit. Want van vergelijkbare mineralen die hier op aarde zijn teruggevonden, weten we dat ze uitermate goed in staat zijn om heel oud organisch materiaal en oude biosignaturen (chemische of fysische verschijnselen die hoogstwaarschijnlijk het gevolg zijn van leven) vast te houden en te preserveren. In andere woorden: als er ooit leven op Mars is geweest, kan dit monster weleens onze beste kans zijn om sporen daarvan te vinden.

Bunsen Peak
Het monster is afkomstig uit een steen die de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie – eigenaar van Perseverance – de bijnaam ‘Bunsen Peak’ heeft gegeven. De steen bevindt zich aan de rand van de Jezero-krater; een 49 kilometer brede krater op het noordelijk halfrond van Mars waar Perseverance al sinds 2021 onderzoek doet. De steen viel onderzoekers gelijk op, omdat deze behoorlijk groot is – ongeveer 1,7 bij 1 meter – en aan één zijde toch wel een wat opvallende textuur had. Genoeg reden om Perseverance erop af te sturen. Voordat het Marswagentje zijn boor erin zette om Bunsen Peak te bemonsteren, scande deze de steen tevens met zijn SuperCam en röntgenspectrometer PIXL.

Veelbelovende samenstelling
En een eerste analyse van wat Perseverance heeft gezien, wijst uit dat de steen voor ongeveer 75 procent uit carbonaatkorrels bestaat die bijeen worden gehouden door vrijwel puur siliciumdioxide. “De siliciumdioxide en delen van de carbonaat lijken een microscopisch fijne structuur te hebben, wat ze extreem goed in staat stelt om sporen van microbieel leven dat wellicht ooit in deze omgeving voorkwam, te vangen en preserveren,” stelt onderzoeker Sandra Siljeström. “Dat maakt dit monster, wanneer het naar de aarde zou worden gebracht, heel geschikt voor onderzoek naar biosignaturen. Bovendien kan dit monster mogelijk gerekend worden tot één van de wat oudere boorkernen die Perseverance tot op heden verzameld heeft. En dat is ook heel belangrijk, omdat Mars juist vroeg in zijn geschiedenis het meest leefbaar lijkt te zijn geweest.”

Over de verzamelde monsters
Perseverance landde in 2021 in de Jezero-krater op Mars. Aangenomen wordt dat deze krater ooit een meer herbergde en een plek kan zijn geweest waar Martiaanse microben floreerden. En aan Perseverance de opdracht om sporen van dat leven te vinden. De rover verzamelt daartoe monsters van de bodem en stenen die deze in de Jezero-krater tegenkomt. Tot op heden heeft de rover 24 van deze monsters verzameld en in buisjes opgeslagen. 21 van deze buisjes zijn gevuld met materiaal afkomstig uit gesteenten, 2 zijn gevuld met regoliet en één met Martiaanse lucht. Uiteindelijk moet de rover 38 buisjes zien te vullen. Het grootste deel daarvan wordt veilig opgeslagen in Perseverance. Het is de bedoeling dat de buisjes in de toekomst naar een nog te lanceren Sample Retriever Lander worden gebracht die deze terug kan brengen naar de aarde voor analyse. Daarnaast heeft Perseverance – als een soort van back-up – eerder al tien gevulde buisjes op het oppervlak van Mars gedeponeerd. Die kunnen later worden opgepikt, bijvoorbeeld als er tijdens de Sample Retrieval-missie iets fout zou gaan.

De opwinding over het door Perseverance verzamelde monster mag dan groot zijn; voor nu kunnen onderzoekers er verder weinig mee. Eerst moet het naar de aarde worden gebracht. En het kan nog wel tien jaar duren voor we zover zijn. Perseverance werkt ondertussen gewoon hard door; de rover rijdt momenteel nog dichter naar de rand van de Jezero-krater toe. Daar wachten – zo vermoeden onderzoekers – veel oudere gesteenten op nader onderzoek. Zodra die van dichtbij geanalyseerd zijn, willen wetenschappers Perseverance de kraterrand laten beklimmen.

Bronmateriaal

"Rock Sampled by NASA’s Perseverance Embodies Why Rover Came to Mars" - NASA
Afbeelding bovenaan dit artikel: NASA / JPL-Caltech / MSSS

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd