Geen geelgekleurde glyfosaatakkers, geen allesvernietigend gif dat diep doordringt in het gewas, maar natuurlijke middelen om onkruid en ongedierte te bestrijden. Biologische landbouw is beter voor de aarde. Er zit echter een addertje onder het gras.
Volgens een nieuwe studie die in Science verscheen, kan de uitbreiding van biologisch akkerland leiden tot een toename van het gebruik van pesticiden op het omringende niet-biologische land. Daar kun je je iets bij voorstellen: insecten en onkruid krijgen meer kans op de biologische akkers waardoor ze ook meer voorkomen op de gewone akkers en daar dus meer bestrijdingsmiddelen nodig zijn. Een deel van de milieuvoordelen wordt daardoor teniet gedaan.
De oplossing
Dat is natuurlijk zonde: we willen graag steeds meer biologische landbouw, omdat het beter is voor de natuur, in sommige gevallen lekkerder en misschien wel gezonder. We zijn zelfs bereid er fors meer voor te betalen, maar dan moet het wel echt beter zijn. Gelukkig zijn er manieren om het probleem op te lossen. Bioboeren zouden meer geclusterd moeten worden en er zou meer afstand moeten zijn tot de gewone boerderijen.
Maar veel is nog onbekend over de precieze effecten van biologische landbouw. “Hoewel overheden organische akkerbouw promoten zijn er nog gaten in de kennis over hoe het de omgeving beïnvloedt”, zegt hoofdonderzoeker Ashley Larsen van de University of California.
Meer insecten
Bekend is dat biologisch boeren in het algemeen het milieu verbetert, denk aan een betere bodem- en waterkwaliteit, maar over specifieke voor- en nadelen is nog veel onduidelijk. Zo kan het zijn dat biologische akkers meer diersoorten aantrekken die van insecten houden, zoals vogels en spinnen. Wat echter ook kan, is dat het gebrek aan chemische pesticiden en genetisch gemodificeerde zaden ertoe leidt dat er meer ongedierte op de akkers huist.
Om daar meer over te weten te komen, analyseerden Larsen en collega’s gedurende zeven jaar data van zo’n 14.000 akkers in Californië. In het gebied worden gewassen geteeld als druiven, watermeloenen, citrusvruchten, tomaten en aardappels. Het is een van de meest waardevolle landbouwregio’s van de Verenigde Staten.
Meer pesticiden
De onderzoekers vergeleken digitale landkaarten van de velden en de gewassen die er groeiden met registraties van pesticidegebruik en of een akker een biologisch certificaat had. “Biologische landbouw leidt tot een toename van het pesticidegebruik op gewone akkers, maar ook tot een grotere afname op nabijgelegen organische velden”, zegt Larsen. Het effect was overigens alleen te zien bij het gebruik van insecticiden.
De hoeveelheid pesticiden op conventionele akkers nam af naar mate ze verder weg lagen van biologische velden. Maar dit effect kan volledig verdwijnen als biologische akkers gegroepeerd zouden worden, ontdekten de onderzoekers na een minder gedetailleerde analyse van de akkerbouw op landelijk niveau. “Het clusteren van organische velden en het meer scheiden van biologische en conventionele akkerbouw kan de ecologische voetafdruk van beide vormen van landbouw verminderen”, concluderen ze.
Veel onduidelijk
In een commentaar schrijft onderzoeker Erik Lichtenberg van de University of Maryland dat overtuigend is aangetoond dat de beslissingen van boeren over het gebruik van pesticiden invloed hebben op de nabijgelegen biologische akkers, maar dat niet volledig duidelijk is waarom dat zo is. De waarde van de gewassen, hun gevoeligheid voor ongedierte en de persoonlijke risicotolerantie van boeren spelen mogelijk allemaal een rol.
“Maar om welk ongedierte het gaat, waar het oorspronkelijk vandaan komt of hoe en waarom het zich verplaatst naar andere akkers is nog steeds niet echt duidelijk”, reageert Lichtenberg, die oproept tot meer onderzoek op dit gebied.
Tijd voor ruilverkaveling
Hoe dan ook, klinkt het een stuk makkelijker dan het is om biologische landbouw meer te clusteren. Er is een soort ruilverkaveling voor nodig om de bioboeren meer bij de bioboeren te krijgen en de gewone landbouwers ook bij elkaar te zetten. De kans dat dit snel gebeurt, is klein. Tot die tijd zal dus een deel van het milieuvoordeel van biologische landbouw verloren gaan, omdat er op de ene plek minder gespoten wordt en op de andere plek meer.