Door het geloof in een alwetende God zouden mensen eerder geneigd zijn om samen te werken. Volgens de onderzoekers waren religieuze overtuigingen zelfs één van de belangrijkste factoren bij het ontstaan van landen.
Het geloof in een alwetende, straffende God – het kenmerk van veel religies, variërend van het christendom tot het hindoeïsme – zou een belangrijke rol gespeeld kunnen hebben in de uitbreidende samenwerking tussen verafgelegen volken. Dit kan geleid hebben tot de ontwikkeling van de hedendaagse landen. Dat concludeert een UBC-studie, gepubliceerd in Nature.
Onderzoek
Het onderzoek is een internationale samenwerking tussen antropologen en psychologen. Ze keken naar hoe religie de menselijke bereidheid om samen te werken met mensen buiten hun sociale kring beïnvloedt. Tijdens het onderzoek werden er interviews afgenomen en gedragsexperimenten gedaan met zo’n 600 mensen afkomstig uit gemeenschappen in Vanuatu, Fiji, Brazilië, Mauritius, Siberië en Tanzania. Hun religieuze overtuigingen liepen uiteen van het boeddhisme, christendom, hindoeïsme, animisme en voorouderverering.
Asociaal
“Overtuigingen waarbij er wordt geloofd dat goden bewust zijn van menselijke interacties en morele straffen uitdelen voor overtredingen, kunnen inderdaad leiden tot menselijk samenwerken,” zegt hoofdauteur Benjamin Purzycki, een postdoctorale onderzoeker aan de UBC Centre voor Mens, Evolutie, Cognitie en Cultuur. “Als je denkt dat je bekeken wordt en ook verwacht dat je gestraft wordt voor hebberigheid of stelen, ben je minder geneigd om asociaal gedrag te vertonen tegenover mensen die ook een religieuze overtuiging hebben.”
Samenwerken
Uit het onderzoek blijkt dat mensen die geloven in alwetende, straffende goden, zich eerder fatsoenlijk gedragen tegenover onbekende ‘geloofsgenoten’ – mensen die de overtuiging van rituelen en het bestaan van een god delen, maar niet tot dezelfde religieuze organisatie hoeven te horen. De studie stelt dat dit gedrag kan leiden tot belangrijke kenmerken in onze hedendaagse samenleving, zoals grootschalige coöperatieve instituties, handel, markt en deelgenootschappen. “Religieuze overtuigingen kunnen een van de belangrijkste factoren zijn die bijgedragen hebben aan de ontwikkeling en stabiliteit van complexe sociale organisaties, zoals landen,” stelt Purzycki.