En terug in het lichaam gekropen.
Bij de meeste placentadieren – waaronder de mens – dalen de teelballen tijdens de ontwikkeling in, waardoor ze buiten het lichaam komen te hangen. Dat is heel handig, want zo blijven de ballen – en met name het zaad dat zij herbergen – koel. Er zijn echter ook enkele placentadieren waarbij de teelballen niet indalen en stug in het lichaam blijven zitten. Dat zijn de Afrotheria: een groep waartoe onder meer de olifant en manatee gerekend kan worden.
Voorouder
En al jaren vragen onderzoekers zich af waar de teelballen van de voorouder van alle zoogdieren zich bevonden: in of buiten het lichaam? In andere woorden: ze willen weten of de Afrotheria of de placentadieren met ingedaalde teelballen gedurende hun evolutie een verandering hebben ondergaan. Het antwoord liet zich lastig vinden, omdat zachte lichaamsdelen – zoals teelballen – slecht fossiliseren. Maar Duitse onderzoekers hebben nu toch een methode gevonden om vast te stellen waar de teelballen van de voorouder van alle placentadieren zich bevonden. En het onderzoek wijst uit dat de teelballen van de voorouder van alle placentadieren indaalden. Dat meldt het blad PLoS Biology.
Genen
De onderzoekers analyseerden het genoom van 71 placentadieren en richtten zich daarbij op twee belangrijke genen: RXFP2 en INSL3. Van deze genen is bekend dat ze van belang zijn voor de ontwikkeling van het gubernaculum. Dit is een streng die de teelballen tijdens de ontwikkeling naar beneden trekt. Beide genen bleken bij vier soorten die tot de Afrotheria worden gerekend – de tenreks, manatee, Kaapse olifantspitsmuis en Kaapse goudmol – verdwenen te zijn of in ieder geval niet meer te functioneren. En die genen bleken op non-actief te zijn gesteld nadat de Afrotheria zich zo’n 100 miljoen jaar geleden los hadden gemaakt van de voorouder die ze met de andere placentadieren delen. De mutaties die er uiteindelijk toe geleid hadden dat de teelballen van de vier soorten niet meer indaalden, verschilden. Het bewijst niet alleen dat deze dieren de ingedaalde teelbal vrij recent – tussen 20 en 80 miljoen jaar geleden – kwijtraakten, maar ook dat ze dat onafhankelijk van elkaar deden.
Overigens moet worden opgemerkt dat de genoemde genen bij twee onderzochte Afrotheria nog wel actief zijn. Het gaat om de olifant en Kaapse klipdas. Toch dalen ook hun teelballen niet in. Hoe dat komt, is nu onbekend. Maar het lijkt dus in ieder geval wel een recente ontwikkeling te zijn.