Wanneer één franjeaap begint te ‘zingen’, volgen er snel meer. Wetenschappers weten nu eindelijk hoe dat komt.
De onderzoekers bestudeerden franjeapen in Oeganda. De dieren zijn heel bijzonder en dat komt vooral door de manier waarop ze van zichzelf laten horen.
Inzet
Het begint met één aap die inzet. Niet lang daarna gaan apen in de omgeving ook meedoen. En zo ontstaat langzaam maar zeker een koor dat het hele bos beslaat.
Waarom?
Maar waarom willen de apen zo graag meezingen? Wat is de functie van dit koortje? De wetenschappers dachten dat wel te kunnen achterhalen door te proberen zo’n koortje op gang te krijgen. Ze maakten opnamen van de kreten van verschillende franjeapen en speelden deze af in de hoop op een reactie.
Kleintje
En die aanpak wierp inderdaad zijn vruchten af. Het bleek niet gemakkelijk te zijn om een koortje op te zetten, maar sommige kreten vergrootten de kans op succes. Zo moeten de onderzoekers concluderen dat er vrijwel altijd gereageerd werd op kreten van kleinere apen. En dat verklaart mogelijk waarom apen überhaupt aan het koortje deelnemen. Wanneer een kleine aap van zich laat horen, kunnen andere apen niet achterblijven en dus gaan ze ook geluiden maken om te laten zien dat ze groter en dominanter zijn.
Het volledige onderzoek is terug te vinden in het blad Behavioural Ecology and Sociobiology. Het onderzoek kan ons een beter beeld geven van het ontstaan van taal en de functie van ‘taal’ onder dieren. Ook kan het bijdragen aan het behoud van (bedreigde) soorten.