Energie moet groener. Helaas betekent groener op dit moment nog niet goedkoper. Uit een onderzoek van de Europese Unie en Ecofys blijkt dat energie van grote zonne-energiecentrales ongeveer 100 euro per megawattuur stroom kost. Dit is 1,5 keer zo veel als de output van moderne kolencentrales kost.
De onderzoekers hebben geen rekening gehouden met subsidies en keken dus niet vanuit het perspectief van een consument. De wetenschappers analyseerden alle kosten voor productie en onderhoud. Daarvoor gingen ze ver terug. Zo worden de meeste zonnecellen gemaakt in China, waar elektriciteit alles behalve ‘groen’ is. Bij de productie van een zonnepaneel wordt indirect dus veel CO2 geproduceerd. Om zonnepanelen te produceren zijn verschillende (semi-)metalen nodig, zoals silicium. Ook deze kosten zijn doorberekend.
Windmolenparken
Een beter alternatief voor zonne-energiecentrales zijn windmolenparken op het land. De prijs per megawattuur stroom is ‘slechts’ 80 euro. Windmolenparken voor de kust zijn echter nog veel duurder dan parken op het land, omdat onderhoud en plaatsing meer geld kost. Windmolenparken voor de kust leveren een megawattuur voor 140 euro. Nucleaire stroom komt uit op 90 euro per megawattuur stroom.
De goedkoopste energie?
IJslanders zitten goed, want de goedkoopste energie is geothermische energie. Deze uiterst duurzame vorm van energie wordt continu aangevuld vanuit de kern van de aarde. Helaas moeten we in Nederland vijf kilometer boren voor we een temperatuur van 150 tot 180 graden Celsius bereiken. Ter vergelijking: in IJsland heeft grondwater op een diepte van 3,5 kilometer al een temperatuur van 400 tot 500 graden Celsius.
Toekomst
Het rapport komt uit 2012 en het kan zijn dat de kosten voor duurzame energie gedaald zijn. Toch kunnen we de komende decennia veel nieuwe innovaties op het gebied van groene energie verwachten, waardoor de kostprijs per megawattuur stroom verder daalt. Denk bijvoorbeeld aan kernfusie. Benieuwd naar het hele rapport? Download deze hier!