Het leven van veel Engelse buldogs is geen pretje: de platte neus, de huidplooien en zijn logge lichaam zorgen voor tal van gezondheidsproblemen. Wetenschappers pleiten voor een aanpassing van het ras, maar vooral van de publieke opinie.
De buldog, een populaire gezinshond, heeft meer kans op ademhalingsproblemen, oogaandoeningen en huidklachten door de platte neus, de geplooide huid en het korte, dikke lichaam, zo valt te lezen in een nieuwe paper die in wetenschappelijk tijdschrift Canine Medicine and Genetics verscheen. De onderzoekers willen dat het fokken van de dieren zo wordt aangepast dat er meer gematigde fysieke kenmerken ontstaan, om te voorkomen dat de fokkerij wordt verboden in het Verenigd Koninkrijk. In Nederland evenals in Noorwegen geldt er overigens al een verbod op het fokken van zowel Franse als Engelse buldogs.
Gezelschapsdier
De Engelse buldog is oorspronkelijk ontwikkeld als een gespierde atletische hond, geschikt voor stierengevechten, maar in de loop der jaren is het een showhond en gezelschapsdier geworden met een korte schedel, vooruitstekende kaak, huidplooien en een zware bouw.
Onderzoekers van het Britse Royal Veterinary College vergeleken de gezondheidsrisico’s van Engelse buldogs met andere hondenrassen door data te analyseren van dierenartsen vanaf 2016. Dr. Dan O’Neill en zijn collega’s bestudeerden de dossiers van 2662 Engelse buldogs en ruim 22.000 andere honden. Ze ontdekten dat de buldogs jaarlijks twee keer zo vaak als hun soortgenoten werden gediagnosticeerd met tenminste één aandoening. Het ras had aanleg voor 24 van de 43 onderzochte ziektes.
Korter leven
Engelse buldogs liepen ruim 38 keer meer risico op huidplooidermatitis. Ook hadden de dieren bijna 27 keer meer kans op een oogaandoening, die ook wel Cherry Eye wordt genoemd. Daarbij zwelt de traanklier achter het derde ooglid op. Ze hadden ook ruim 24 keer vaker een te lange onderkaak en bijna 20 keer meer kans op ademhalingsproblemen.
Een van de grootste problemen is de huidplooidermatitis. De gevolgen voor de dieren zijn groot. Ze krijgen huidinfecties en tussen de plooien is het vochtig wat leidt tot bacterieophopingen. De dieren hebben daardoor pijn en gaan ook stinken. Juist honden hebben een heel scherpe neus. Dat ze dus de hele tijd in hun eigen stank zitten, is extra onaangenaam. O’Neill wijst op de paradox op dit gebied: “Mensen vinden deze huidplooien heel mooi en schattig, maar voor de hond kan het uiterst pijnlijk zijn.”
Ook wijzen de auteurs erop dat maar 9,7 procent van de buldogs in de studie ouder was dan 8 jaar, vergeleken met ruim een kwart van de andere hondenrassen. Dit ondersteunt de theorie dat de buldogs korter leven door hun slechtere gezondheid in het algemeen. Een gemiddelde hond wordt 11,2 jaar oud, een Franse buldog wordt maar 4,5 en een Engelse buldog 7,4 jaar, blijkt uit een eerdere studie van de onderzoekers.
O’Neill stelt dat zijn bevindingen aantonen dat de algehele gezondheid van de Engelse buldog veel slechter is dan die van andere hondenrassen. “Maar het zorgwekkendst is dat veel van de aandoeningen waar de buldogs aan lijden, zoals huidplooidermatitis en ademhalingsproblemen direct gelinkt kunnen worden aan de extreme vorm van hun lichaam waar specifiek op gefokt is.”
Geen verbod
Toch vindt O’Neill niet per se dat er een verbod moet komen op het fokken van de buldogs. “Gezien de grote populariteit van het ras moet het uiterlijk van de typische Engelse buldog geherdefinieerd worden met meer gematigde fysieke kenmerken. Dat verbetert niet alleen de gezondheid van de honden, maar kan ook voorkomen dat het Verenigd Koninkrijk de fokkerij moet verbieden, zoals in andere landen al gebeurt.”