En betere luchtregulatie in gebouwen kan de overdracht van ziektes zoals COVID-19 drastisch verminderen. Een onderwerp dat volgens onderzoekers te lang onderbelicht is geweest.
Tegenwoordig zitten we veel met z’n allen binnen. Sterker nog, mensen brengen in de 21e eeuw het grootste deel van hun tijd binnenshuis door. Maar de lucht die we hier inademen is niet altijd schoon. “Lucht kan net zoals water en oppervlakken virussen bevatten,” onderstreept onderzoeker Shelly Miller. Toch lijkt dit besef nog niet bij iedereen ingebakken. En dat moet volgens de onderzoekers rap veranderen. Want alleen zo kunnen we volgens hen de overdracht van ziektes verminderen en zelfs een volgende pandemie voorkomen.
Verspreiding via de lucht
Er zijn veel misstanden en twijfels geweest over de vraag of ziektes zich door de lucht kunnen verspreiden. De WHO heeft bijvoorbeeld pas sinds enkele weken erkend dat het coronavirus voornamelijk door de lucht wordt verspreid. “De meeste volksgezondheidsinstanties hebben door de geschiedenis heen gedacht dat de overdracht van een ziekte door de lucht heel zeldzaam was,” vertelt onderzoeker Jose Jimenez in een interview met Scientias.nl. “Tussen 1910 en 1960 dacht men zelfs dat geen enkele ziekte door de lucht kon worden overgedragen.” Daar kwam verandering in toen langzaamaan bekend werd dat tuberculose en ook bijvoorbeeld de mazelen voornamelijk via de lucht worden overgebracht. Toch veranderde dit nauwelijks iets aan de manier waarop we met muffe binnenlucht omspringen.
Veranderingen
Volgens de onderzoekers uit de nieuwe studie is dat eigenlijk best vreemd. Telkens wanneer we namelijk een nieuwe manier leerden waarop een ziekte zich kan verspreiden, probeerden we meteen de schade met ingrijpende veranderingen te beperken. “Toen we bijvoorbeeld ontdekten dat water ziektes zoals cholera kan overbrengen, legden we een nieuwe infrastructuur aan om ons drinkwater te zuiveren,” zegt Jimenez. “En toen we er achterkwamen dat voedsel ziekteverwekkende ziektekiemen kan bevatten, hebben we onze voedselveiligheidsvoorschriften verder uitgebreid.” Toch lijkt het besef dat ziektes zich ook door de lucht kunnen verspreiden nog niet geheel doorgedrongen in de maatschappij. “Het heeft me verbaasd hoe diepgeworteld bepaalde dogma’s waren en hoe lang het duurde voordat wetenschappers en deskundigen serieus werden genomen,” gaat Jimenez verder. Maar nu onderzoek naar SARS-CoV-2 aan het licht heeft gebracht dat veel respiratoire virussen en ziekten grotendeels door de lucht worden verspreid, stellen onderzoekers dat we echt actie moeten ondernemen.
Hoewel het even heeft geduurd voordat we erachter kwamen dat het coronavirus zich voornamelijk door de lucht verspreid, werd er al aan het begin van de pandemie gehamerd op het desinfecteren van oppervlakken. Ten onrechte, vindt Jimenez. “Hoewel het goed is om veelvuldig je handen te wassen, blijft het virus niet zo gemakkelijk op oppervlakken plakken,” vertelt hij. En dat terwijl het virus zich wel eenvoudig een weg door de lucht baant. “Overal waar men dus heeft geprobeerd het virus te bedwingen door oppervlakken grondig te desinfecteren, is een enorme verspilling van tijd, geld en moeite geweest,” aldus Jimenez. “We hebben eigenlijk tijd aan de verkeerde dingen besteed. We hadden deze tijd ook nuttiger kunnen besteden door ons bijvoorbeeld te richten op betere ventilatiesystemen.”
In de nieuwe studie roepen de onderzoekers op tot een heuse paradigmaverschuiving. “Laten we geen tijd verspillen tot de volgende pandemie,” zegt Jimenez. “We hebben maatschappelijke inspanningen nodig. Als we een gebouw ontwerpen moeten we ook rekening houden met de manier waarop de griep of toekomstige pandemieën zich kunnen verspreiden.” De onderzoekers pleiten dan ook voor een betere ventilatie en luchtregulatie binnenshuis. “We denken dat dat echt heel belangrijk is om een volgende pandemie af te wenden,” zegt Jimenez. “Ook de besmetting van het coronavirus vindt voornamelijk binnenshuis plaats. Er zijn zelfs studies die aantonen dat de kans op besmetting binnen ongeveer 20 keer zo groot is als buiten. Dat komt omdat we voor langere tijd dezelfde lucht delen en dus ook de lucht die iemand anders uitademt zelf weer inademen.”
Maatregelen
Het betekent dat we de binnenluchtkwaliteit dus beter moeten gaan monitoren. “Dat kan bijvoorbeeld door gebruik te maken van CO2-meters,” oppert Jimenez. “Die kunnen als een wandklok in openbare ruimtes waar we de lucht delen – denk bijvoorbeeld op plekken als in een bar, restaurant, op school of op kantoor – ophangen.” Deze meters geven vervolgens aan hoeveel uitgeademde lucht zich in de ruimte ophoopt. “Op die manier weten we dus of het ventilatiesysteem werkt of niet en kunnen we de overdrachtssnelheid van ziektes rigoureus verlagen. En dat is waar het beheersen van een epidemie over gaat.”
Bovendien moeten we gebruik gaan maken van betere ventilatiesystemen die aangepast worden aan de betreffende functie van een ruimte. Een sportschool heeft bijvoorbeeld een ander soort ventilatiesysteem nodig dan een bioscoopzaal. “Bij ventilatie gaat het echt om het vervangen van de lucht binnen door verse lucht van buiten,” onderstreept Jimenez. “We zouden de binnenlucht wel kunnen gebruiken om de koude lucht van buiten te verwarmen om zo energie te besparen, dat is niet heel ingewikkeld.” En dan bepleit Jimenez nog het belang van een betere filtratie. “Een mondkapje werkt als soort filter, waarbij de lucht die we inademen en uitademen wordt gefilterd,” legt hij uit. “Dit betekent dat lucht door het doekje gaat, waardoor een eventueel virus aan het mondkapje blijft plakken. Hetzelfde kan worden gedaan in de leidingen die lucht transporteren in een gebouw.”
Kosten
Wie denkt dat het behoorlijk wat geld gaat kosten om gebouwen ‘pandemie-proof’ te maken met behulp van verbeterde ventilatiesystemen, heeft het volgens de onderzoeker mis. “De technologie bestaat al en is helemaal niet duur,” stelt hij. “Volgens schattingen bedragen de noodzakelijke investeringen slechts één procent van de initiële bouwkosten. De kosten zijn dus helemaal niet hoog, maar de besparingen enorm. Op dit moment kost het namelijk vele miljarden dollars als mensen griep krijgen en niet naar hun werk kunnen, of met luchtwegaandoeningen in het ziekenhuis belanden. Dus een kleine investering zal uiteindelijk zeker opwegen tegen de kosten.”
De boodschap van de onderzoekers is helder: de luchtkwaliteit binnenshuis verbeteren, zodat de lucht vrij is van vuil en virussen. Datzelfde verwachten we immers van het water dat uit onze kraan stroomt. Met de studie proberen de onderzoekers dan ook het feit dat ziektes zich echt door de lucht kunnen verspreiden, meer in de schijnwerpers te zetten, zodat het de aandacht krijgt die het verdient. “We moeten dit nu echt serieus gaan nemen en er bewust voor kiezen om onszelf binnenshuis te beschermen tegen infecties,” besluit Jimenez.