Alle verwachtingen en hypothesen konden het raam uit, want de vogels deden iets heel anders dan de onderzoekers hadden verwacht!
Op de campus van de universiteit van Californië (in Los Angeles) is het eigenlijk altijd een drukte van belang. Niet alleen doordat er talloze studenten en professoren rondlopen, maar ook omdat er sinds een jaar of twintig zo’n 300 grijze junco’s rondvliegen. Maar in 2020 werd het opeens allemaal anders: COVID-19 sloeg toe en de campus was opeens verlaten; op die 300 grijze junco’s na natuurlijk.
Experiment
Het bracht studenten – die al jaren onderzoek doen naar onder meer agressie en angst onder grijze junco’s – op een idee. Want de pandemie – hoe beklemmend en akelig ook – bood een unieke mogelijkheid. Zo kon er nu voor het eerst worden uitgezocht hoe grijze junco’s na een vrij plotselinge en langdurige onderbreking van hun dagelijkse contact met mensen, weer op die mensen zouden reageren. Zouden de vogels na de campus zo’n lange tijd voor zichzelf te hebben gehad angstiger zijn voor mensen?
Anders dan gedacht
Dat leek wel in de lijn der verwachtingen te liggen. Maar niets was minder waar, zo concluderen de studenten en hun professor nu in het blad Proceedings of the Royal Society B. Want tot hun stomme verbazing waren de grijze junco’s na een jaar lang niet of nauwelijks mensen te zijn tegengekomen, op het moment dat de campus de deuren weer opende juist minder bang te zijn voor mensen dan daarvoor. “De effecten die mensen op wilde dieren hebben, zijn echt heel complex en wat we verwachten is niet altijd wat we krijgen,” concludeert professor Pamela Yeh nuchter.
De cijfers
Yeh en haar studenten baseren zich op experimenten. Daarbij togen ze tijdens en na de lockdowns naar de campus om na te gaan hoe dicht ze bij de grijze junco’s in de buurt konden komen alvorens de vogels wegvlogen. Ook bogen ze zich over data die daarvoor – in 2018 en 2019 – op vergelijkbare wijze waren verzameld. Het onderzoek onthult dat grijze junco’s vóór de pandemie toestonden dat mensen ze tot zo’n 1.65 meter naderden. Tijdens de gehele lockdown veranderde dat eigenlijk niet; de studenten konden de grijze junco’s – terwijl ze op een uitgestorven campus rondliepen – ook toen tot gemiddeld 1.65 meter naderen alvorens de vogels wegvlogen. Verrassend wordt het echter pas als de studenten het experiment in 2022 – als het weer een drukte van belang is op de campus – herhalen. Dan laten de grijze junco’s mensen – tot grote verbijstering van de studenten – opeens veel dichterbij komen; pas als mensen gemiddeld op ongeveer 1 meter afstand staan, vliegen de vogels weg. Opvallend genoeg maakte het daarbij niet uit of mensen op vogels afstapten die voor de pandemie al op de campus leefden of vogels naderen die tijdens de pandemie uit het ei waren gekropen. Allemaal lieten ze mensen gemiddeld gezien dichterbij komen dan voor de pandemie.
Verklaring
De resultaten zijn lastig te verklaren. Eerder onderzoek – uitgevoerd voor de pandemie – wees reeds uit dat grijze junco’s in stedelijke omgevingen (zoals een campus) minder bang zijn voor mensen dan hun soortgenoten op het platteland. En biologen dachten dat op twee verschillende manieren te kunnen verklaren. De eerste theorie stelt dat vogels die veel mensen om zich heen hebben door de tijd heen, minder angstig worden. Het is een kwestie van gewenning. De tweede theorie stelt dat vogels die in steden leven van nature of karakter al wat minder angstig zijn voor mensen (en daarom ook naar de stad trekken). Maar beide theorieën snijden eigenlijk geen hout als je kijkt naar wat de studenten op hun campus hebben zien gebeuren, aldus onderzoeker Eleanor Diamant. “Als minder angstige vogels ervoor hadden gekozen om op de campus te wonen, dan zou je verwachten dat hun angstreactie vrijwel onveranderd zou zijn. En als er sprake was van gewenning, zou je denken dat ze tijdens de lockdowns angstiger zouden worden en erna minder angstig zouden zijn of dat hun gedrag überhaupt niet veranderd zou zijn. Maar de angstreactie van deze vogels veranderde niet toen mensen afwezig waren en ze waren juist minder angstig nadat mensen waren teruggekeerd.”
Meer onderzoek
Voor nu is de veranderde angstreactie van de vogels dus onverklaarbaar. Maar de studenten hebben goede hoop dat daar verandering in gaat komen als ze de vogels blijven bestuderen. Yeh heeft zelfs al wel wat ideeën over hoe het opmerkelijke gedrag van de vogels verklaard zou kunnen worden. Wellicht is het zo dat wanneer de angstreactie van dieren eenmaal is afgezwakt, nieuwe gebeurtenissen er standaard voor zorgen dat die angstreactie verder wordt verminderd. Een andere mogelijkheid is dat de angstreactie tijdelijk is afgezwakt, maar uiteindelijk weer wel terugkeert naar het oude niveau (zoals voor en tijdens de pandemie).
“Wat voor mij eigenlijk de belangrijkste conclusie is, is dat er heel veel complex dierlijk gedrag is waarvan we – zelfs als het dieren betreft die in de steden naast ons leven – eigenlijk niets weten,” stelt Diamant. “Dieren hebben verrassende reacties op collectief menselijk gedrag. En die kennen we misschien niet, omdat we daar niet op kunnen testen, maar alleen grote, onverwachte gebeurtenissen – zoals de pandemie – deze aan het licht kunnen brengen.”