Goed nieuws voor carrièregerichte mensen die hun wekelijkse portie lichaamsbeweging in het weekend proppen: nieuwe onderzoeksresultaten suggereren dat deze “weekendsporters” mogelijk net zo goed beschermd zijn tegen een breed scala aan ziekten als mensen die hun beweging gelijkmatiger over de week verdelen.
Een omvangrijke studie, uitgevoerd door wetenschappers van het Massachusetts General Hospital in Boston, werpt nieuw licht op de effecten van verschillende bewegingspatronen. De studie toont aan dat zowel geconcentreerde als gespreide lichaamsbeweging het risico op maar liefst 264 verschillende aandoeningen kan verlagen. “Het is al langer bekend dat fysieke activiteit het risico op veel ziekten beïnvloedt”, zegt co-auteur van de studie Shaan Khurshid. “Hier laten we de potentiële voordelen zien van weekendactiviteit voor niet alleen het risico op hart- en vaatziekten, zoals we in het verleden hebben aangetoond, maar ook toekomstige ziekten over het hele spectrum, variërend van aandoeningen zoals chronische nierziekten tot stemmingsstoornissen en nog veel meer.”
Grootschalig onderzoek
De onderzoekers analyseerden gegevens van bijna 90.000 Britten. Deze proefpersonen droegen een week lang een polsbandje dat hun fysieke activiteit nauwkeurig registreerde. Op basis van de verzamelde gegevens werden de deelnemers ingedeeld in drie categorieën: inactief, weekendsporters, en regelmatige bewegers. De ‘inactieve’ groep sportte wekelijks minder dan 150 minuten aan een matige tot hoge intensiteit, terwijl de andere twee groepen meer dan 150 minuten per week sportten. Bij de weekendsporters vond minstens de helft van de activiteit binnen dezelfde periode van twee dagen plaats, terwijl die bij de regelmatige bewegers gespreid gebeurde.
Hart- en vaatziekten
Vooral op het gebied van hart- en vaatziekten waren de resultaten opvallend. Zowel de weekendsporters als de regelmatige bewegers vertoonden een aanzienlijk lager risico op aandoeningen als hoge bloeddruk (respectievelijk 23 en 28 procent lager) en diabetes (43 en 46 procent lager) in vergelijking met de inactieve groep. Hoewel de sterkste verbanden werden gevonden bij cardiometabole aandoeningen, strekte het beschermende effect van beweging zich uit over alle onderzochte ziektecategorieën. “Omdat de voordelen voor weekendsporters vergelijkbaar lijken te zijn met die voor regelmatige activiteiten, is het totale volume van de activiteit misschien wel het belangrijkst, in plaats van het patroon”, zegt Khurshid.
Brede impact
Deze studie opent de deur naar nieuwe onderzoeksmogelijkheden. De wetenschappers zijn nu van plan om de potentiële voordelen van geconcentreerde lichaamsbeweging voor een nog breder scala aan ziekten te onderzoeken. De onderzoekers hopen hoe dan ook dat hun bevindingen mensen zullen aanmoedigen om meer te bewegen, ongeacht of ze dat verspreid over de week doen of geconcentreerd in het weekend. Het belangrijkste lijkt immers dat mensen de voor hen meest geschikte manier vinden om aan de aanbevolen 150 minuten matige tot intensieve lichaamsbeweging per week te komen. “Patiënten moeten worden aangemoedigd om deel te nemen aan aan richtlijnen gebonden lichaamsbeweging volgens een patroon dat voor hen het beste werkt”, aldus Khurshid.
Ook sleutel tot een goede mentale gezondheid
Naast de fysieke gezondheid, hebben studies ook al aangetoond dat sporten goed is voor de mentale gezondheid. Het is bijvoorbeeld maar liefst 1,5 keer effectiever tegen depressie dan therapie of medicijnen. Korte, intensieve sportinterventies werken het beste om symptomen van depressie en angst te verminderen. Het positieve effect van sporten op de gemoedstoestand wordt toegeschreven aan de afgifte van endorfines en de vermindering van stresshormonen zoals cortisol. Naast het verbeteren van de mentale gezondheid, heeft sporten ook voordelen voor de slaap, het geheugen, het zelfvertrouwen, en de algehele fysieke conditie.
