Politiek is belangrijk, maar sport is voorspelbaarder. Dat is de conclusie van een nieuwe studie die keek naar de hersenpatronen van voetbalfans.
“Het onderzoek had als doel om meer inzicht te krijgen in extreme rivaliteit, agressie en sociale verbondenheid binnen en tussen groepen fanatiekelingen”, vertelt hoofdauteur Francisco Zamorano Mendieta. Want hoewel het algemeen bekend is dat bij sport positieve en negatieve emoties worden opgewekt – met de bijbehorende gedragingen – kan fanatisme ook in andere gebieden voorkomen, zoals in politiek.
Sporters zijn daarin wel het beste voorbeeld, vertelt Zamorano uit. “Rivaliteit is namelijk diepgeworteld in de geschiedenis van de sport, en fans kunnen erg beschermend zijn over “hun” team en hun favoriete spelers.” Ook ervaren fans door de wedstrijd heen een scala aan emoties als ze hun team zien slagen of falen.. Van juichen als ze scoren tot razen bij een slechte beslissing. En dus besloten onderzoekers te kijken naar de hersenpatronen van loyale en enthousiaste voetbalfans wanneer ze naar een wedstrijd keken.
Voetbalteams
Daarvoor rekruteerden Zamorano en collega’s 43 gezonde mannelijke vrijwilligers die Chileense voetbalteams steunen. De fans steunden de twee populairste Chileense voetbalteams die tevens als aartsrivalen worden beschouwd. Vervolgens onderwierpen de onderzoekers de fans aan enquêtes en psychologische evaluaties om zo hun ‘voetbalfanatisme score’ te bepalen. Daarna kregen de deelnemers een compilatie van wedstrijden te zien met in totaal 63 doelpunten. Terwijl de deelnemers naar de wedstrijdcompilatie keken, werd hun hersenactiviteit gemeten met een techniek die veranderingen in de bloedstroom in de hersenen detecteert.
Winnen of verliezen
Daaruit bleek dat de hersenactiviteit veranderde als het team van de fan slaagde en wanneer het faalde. “Als het goede team wint, wordt het beloningssysteem in de hersenen geactiveerd”, vertelt Zamorano. “Als het team verliest, dan gaan ze meer mentaliseren, en zijn ze meer in zichzelf gekeerd.” Daarmee bedoelt de onderzoeker dat er een soort zelfreflectie plaatsvindt. Je denkt dan na over je eigen gedachten, gevoelens en herinneringen. Hoewel dat heel bewust klinkt, kan dat ook onbewust plaatsvinden. Dat mentalisatieproces heeft een groot voordeel. “Het kan een deel van de pijn van het verlies verzachten.”
Maar, zo stelt Zamorano, verliezen kan ook zeker ontregelend werken. “We zagen ook dat de hersenknoop wordt geremd die het limbisch systeem verbindt met de frontale cortexen.” Dat komt erop neer dat het systeem waarmee je op een rationele manier controle over je gedrag houdt, wordt afgeremd. “Als dat wordt belemmerd, neemt de kans op ontwrichtend of gewelddadig gedrag dus toe.”
Verbinding
Volgens Zamorano gelden deze bevindingen dus niet alleen voor sportfans, maar voor allerlei onderwerpen in ook alle lagen van de bevolking. “We verlangen als mens van nature naar sociale verbindingen, of het nu gaat om een lidmaatschap van een hardloopclub, deelname aan een boekbespreking, of betrokken zijn bij virtuele forums”, aldus de onderzoeker. “Die banden ontstaan vaak door gedeelde overtuigingen, waarden en interesses. Maar dat kan ook leiden tot ‘groepsdenken’, wat ervoor kan zorgen dat mensen uit die groep onredelijke overtuigingen aan gaan hangen.” Het fanatisme bij sommige sportfans is volgens de onderzoekers wel een sprekend voorbeeld van zulke intense emotionele betrokkenheid, incidenteel agressief gedrag en verminderde rationaliteit.
Maar waarom zijn we dan zo fanatiek over specifiek sport? Er zijn belangrijkere zaken om je over op te winden. Een mogelijke verklaring van de onderzoekers is dat sport ons een gevoel van verbondenheid, trots en plezier geeft geeft. Politiek daarentegen kan ons vaak frustreren, vervelen of teleurstellen. Dat komt omdat het complex, onvoorspelbaar en soms onrechtvaardig is. Een andere verklaring is dat sport ons enigszins voorbereidt op de uitkomst van de wedstrijd – het zal immers altijd winst, verlies of gelijkspel zijn. Dat terwijl politiek ons kan overrompelen met onverwacht of ongewenst beleid waar we niet op voorbereid zijn.
Uit eerder onderzoek bleek al dat voetbalfans hun hormoonspiegels aanpassen aan de verwachte kans op winst of verlies van hun team. Als ze denken dat hun team gaat verliezen, maken ze meer cortisol aan, een stresshormoon dat hen helpt om met de nederlaag om te gaan. Als ze denken dat hun team gaat winnen, maken ze meer testosteron aan, een geslachtshormoon dat hen zelfverzekerder en agressiever maakt.