‘Mind blanking’ of gedachteloosheid is een mysterieus concept in de wetenschap waar wetenschappers nu eindelijk meer grip op krijgen. Een aantal neurowetenschappers zetten op een rijtje wat er nou gebeurt als dit fenomeen plaatsvindt.
Stel je voor: je zit op kantoor, in een parkje of in je tuin. Je staart recht voor je uit, zonder te knipperen en je denkt absoluut nergens aan. Dit fenomeen heet gedachteloosheid of ‘mind blanking’, en het zet wetenschappers al jaren aan het denken. Ze vragen zich af: wat gebeurt er in je hersenen als dit plaatsvindt? In een opinieartikel dat 24 april gepubliceerd werd in het Cell Press tijdschrift Trends in Cognitive Sciences, vat een team van neurowetenschappers en filosofen samen wat we weten over dit fenomeen, inclusief inzichten uit hun eigen werk met het observeren van de hersenactiviteit van mensen.
Onderzoek
In hun onderzoek kwam naar voren dat mensen 5 tot en met 20 procent van de tijd gedachteloosheid of mind blanks ervaren. Dingen die worden toegeschreven aan dit verschijnsel zijn onder andere aandachtsverlies, geheugenproblemen en het stoppen van innerlijke spraak. Vaak ervaart men dit na lange, niet-aflatende aandachtstaken zoals examens en na slaaptekort of intensieve lichamelijke inspanning, maar mind blanks zijn óók een normaal verschijnsel tijdens de waaktoestand. Bij mensen met ADHD komt dit fenomeen vaker voor.
Wat gebeurt er tijdens gedachteloosheid?
Maar wat gebeurt er nou eigenlijk tijdens mind blanking? Het viel wetenschappers in ieder geval op dat bij proefpersonen de hartslag en pupilgrootte afnam toen het plaatsvond. Daarnaast vertoonde het brein een lagere signaalcomplexiteit, iets wat normaal gesproken bij bewusteloze mensen wordt waargenomen. Ook viel het de onderzoekers op dat er tijdens de ‘blank’ verstoringen optreden in sensorische verwerking en ze zagen trage, slaapachtige EEG-golven (de golven die de activiteit van het brein weergeven). Delen van het brein lijken dus ogenschijnlijk in slaap te zijn, terwijl anderen nog wel actief zijn.
Opvallend genoeg kan ook een toename van activiteit in de achterste gebieden van de hersenschors leiden tot gedachteloosheid. Als je overmatig snel denkt, dan kan dat dus juist leiden tot tragere cognitieve functies. Als je heel snel en veel denkt met behulp van je achterste gebieden (visueel, geheugen), dan blokkeren andere hersengebieden die verantwoordelijk zijn voor aandacht en taal bijvoorbeeld. Vergelijk het met een orkest: als de trompetten te veel geluid maken, hoor je de violen niet meer.
Niet hetzelfde als dagdromen
In het verleden zijn studies naar gedachteloosheid gebaseerd op onderzoeken en experimenten die ontwikkeld zijn om dagdromen te bestuderen. Hoewel het vergelijkbaar is, stellen de neurowetenschappers dat gedachteloosheid toch echt wat anders is. Bij gedachteloosheid voelt men zich slaperiger, trager en maakt men meer fouten. Het moet volgens hen wel geïnspireerd worden door onderzoek naar dagdromen, maar tegelijkertijd als een op zichzelf staand fenomeen worden beschouwd.
Uiteenlopende ervaringen
Al met al blijkt dat mensen gedachteloosheid op heel veel verschillende manieren ervaren. Duidelijk is wel dat bij alle soorten mind blanking je alertheid verstoord wordt, waardoor belangrijke functies zoals je geheugen, taal of concentratie even niet goed werken. Dit komt vaak ten gevolge van een overactief brein, of juist een onderactief brein door bijvoorbeeld vermoeidheid.