Wat kunnen we doen aan het groeiende probleem van mentale gezondheid? Wetenschappers uit Australië en Engeland pleiten voor meer natuur.
Ken je dat verademende gevoel wanneer je de frisse lucht inademt tijdens een wandeling door het bos, langs het meer of over de duinen? Veel mensen ervaren daarbij een prettig gevoel – en uit onderzoek blijkt nu dat zulke natuurmomenten het mentaal welzijn daadwerkelijk kunnen verbeteren. Maar toch krijgen ze zelden een plek binnen de reguliere zorg. In een nieuwe studie in Nature Mental Health stellen Australische en Britse onderzoekers voor om natuurgerichte behandelingen via het bestaande vakgebied ergotherapie structureel beschikbaar te maken voor mensen met een klinische diagnose. Denk dan aan angst, depressie of stressklachten.
Ergotherapie
Het team rond Ralf Buckley van de Griffith University pleit ervoor om op natuur gebaseerde mentale zorg te integreren in de ergotherapie. Dat is een paramedische discipline die zich richt op het weer mogelijk maken van dagelijkse handelingen bij mensen die door ziekte of handicap een lichamelijke of psychische beperking hebben. Volgens de auteurs is het een logische plek om natuurbehandelingen te vergoeden, te organiseren en verantwoord op te schalen. Het gaat dan om begeleide sessies in kleine groepen die wekelijks enkele uren duren en die gedurende langere tijd worden herhaald.
Natuur kan mentale gezondheid verbeteren
De afgelopen jaren is het bewijs gegroeid dat tijd in of met de natuur symptomen van stress en depressie kan verminderen en het algehele welbevinden kan vergroten. Natuurervaringen kunnen namelijk cognitieve, emotionele, gedragsmatige en fysiologische effecten hebben die samenhangen met een betere mentale gezondheid.
Toegang is nu de bottleneck
Hoewel natuurervaringen vaak helpen, is de toegang ongelijk verdeeld. Kosten, vervoer, mobiliteit en psychologische drempels spelen mee. Precies daar kan inbedding in de reguliere zorg het verschil maken. Via ergotherapie kunnen patiënten doorverwezen worden naar gecertificeerde natuurprogramma’s die aansluiten op hun diagnose en mogelijkheden. Dat verkleint praktische drempels en maakt langdurige begeleiding haalbaar.
Hoe ziet zo’n traject eruit?
De auteurs beschrijven natuurtherapie als activiteiten met meerdere uren blootstelling per week, onder begeleiding van een therapeut of getrainde facilitator. Denk aan begeleide natuurwandelingen, therapeutische tuinbouw of watergebonden activiteiten.
Waarom dit ertoe doet
Mentale aandoeningen nemen wereldwijd toe en leggen grote druk op zorg en maatschappij. Door natuurbehandelingen een plek te geven binnen bestaande zorgpaden kan een bewezen werkzame, relatief goedkope oplossing meer mensen bereiken, beargumenteren de onderzoekers.





