Je staat middenin de nacht voor een rood stoplicht op een compleet verlaten kruispunt. Geen auto te bekennen, geen politie in zicht. Toch blijf je braaf wachten tot het licht op groen springt. Waarom eigenlijk? Een nieuwe studie onthult nu de verrassende mechanismen achter onze neiging om de regels te volgen.
Onderzoekers hebben namelijk ontdekt dat maar liefst 55 tot 70 procent van de mensen zich altijd aan de regels houdt, zelfs als het ze geld kost, ze anoniem zijn en het overtreden van de regels niemand schaadt (zoals op dat verlaten kruispunt). Dit idee houdt wetenschappers al jaren bezig, maar nu hebben ze eindelijk een antwoord gevonden.
Het CRISP-systeem ontrafeld
De onderzoekers ontwikkelden een nieuw raamwerk genaamd CRISP om regelconformiteit (de C van conformisme) te verklaren. Dit systeem bestaat uit vier componenten die samen bepalen waarom mensen regels volgen.
De ‘R’ staat voor een intrinsiek respect voor regels, onafhankelijk van wat anderen doen. De ‘I’ verwijst naar externe prikkels (incentives) zoals de dreiging van straf. De ‘S’ staat voor sociale verwachtingen over wat anderen doen of zouden moeten doen. Ten slotte staat de ‘P’ voor sociale voorkeuren (preferences), die relevant worden als het volgen van regels het welzijn van anderen beïnvloedt.
De bevindingen zijn gebaseerd op vier online-experimenten met meer dan 14.000 deelnemers. Ter verificatie voerden de onderzoekers ook controle-experimenten uit aan de Universiteit van Nottingham en replicatiestudies in een Duits laboratorium.
De stoplichtuitdaging
Het experiment was elegant in zijn eenvoud. Deelnemers moesten zo snel mogelijk een scherm oversteken. Ze kregen twintig geldeenheden, maar verloren er elke seconde één. Hoe sneller ze waren, hoe meer geld ze hielden. Er was slechts één regel: wachten bij het rode licht tot het groen werd.
Het negeren van het rode licht was dus de enige manier om meer geld te verdienen. Toch koos de meerderheid ervoor om braaf te wachten, zelfs toen alle gebruikelijke redenen om de regels te volgen waren weggenomen.
Sociale verwachtingen blijken cruciaal
In het eerste experiment hadden deelnemers sterke financiële prikkels om de regel te overtreden, konden ze anoniem handelen en schaadden ze niemand anders. Desondanks volgde meer dan de helft de regel op.
Het tweede experiment richtte zich op sociale verwachtingen, terwijl het derde een sociale context introduceerde waarbij deelnemers het gedrag van anderen konden observeren. Het vierde experiment voegde sociale gevolgen en straffen toe voor regelovertreding. Mensen zagen bijvoorbeeld hoe anderen zich gedroegen of kregen te horen dat regelbreuk kon worden bestraft.
Zoals eerder genoemd, bleek dat 55 tot 70 procent van de deelnemers een ‘dure’ regel volgde, zelfs als er geen directe belemmering was om die te overtreden. Mensen verwachtten over het algemeen dat anderen de regels zouden volgen en vonden het sociaal gepast. Hoewel regelovertreding enigszins besmettelijk bleek – het zien van één overtreder deed het aantal regelvolgers dalen – koos de meerderheid nog steeds voor naleving.
Wat het meest opviel, was dat intrinsiek respect voor regels en sociale verwachtingen de belangrijkste drijfveren bleken om de regels te volgen. Pro-sociale motieven en externe prikkels speelden een beperktere rol.
Maar liefst 23 procent van de deelnemers volgde de regels onvoorwaardelijk, ongeacht de acties of overtuigingen van anderen. Dit wijst op een diepgewortelde neiging tot het volgen van de regels, die veel verder gaat dan enkel een kosten-batenanalyse of angst voor repercussies.
Implicaties voor beleid en samenleving
Het begrijpen van deze nuances heeft belangrijke gevolgen voor beleid, rechtshandhaving en organisatiegedrag. Regels worden vaak omschreven als de ‘grammatica van de samenleving’ – ze zijn verweven in bijna elk aspect van ons sociale leven, zowel persoonlijk, professioneel als politiek en ze vormen de basis van onze samenleving door te zorgen voor veiligheid, eerlijkheid en orde te midden van potentiële chaos.
Deze nieuwe inzichten kunnen beleidsmakers helpen effectievere strategieën te ontwikkelen die niet alleen vertrouwen op straf of beloning, maar ook inspelen op onze natuurlijke neiging om regels te respecteren.
Geldt dat ook voor jou? Volg jij de regels omdat het moet of omdat je het belangrijk vindt?