Antidepressiva leiden tot emotionele afvlakking bij gebruikers: nu is eindelijk duidelijk waarom

Antidepressiva doen in veel gevallen wat ze moeten doen. Maar dat komt bij een aantal patiënten tegen een prijs. Wetenschappers weten nu waarom zij zich emotioneel afgestompt voelen.

Depressieve mensen voelen zich neerslachtig en beleven geen plezier meer aan de dingen waar ze normaal gesproken wel van genieten. Om hun probleem te verhelpen slikken ze antidepressiva. In Nederland krijgen jaarlijks ongeveer een miljoen mensen deze middelen voorgeschreven. Daarmee is het een van de meest gebruikte medicijnen. Toch heeft de helft van de gebruikers een nare bijwerking: zij voelen zich emotioneel afgestompt. Wetenschappers denken nu te weten hoe dat komt: de middelen hebben effect op reinforcement learning, oftewel ons vermogen om te leren door beloning.

Gelukshormoon
Onderzoekers van de universiteiten van Cambridge en Kopenhagen onderzochten gebruikers van zogenoemde selectieve serotonineheropnameremmers (SSRI’s). Deze middelen werken op het serotonineniveau, een neurotransmitter, die ook wel het gelukshormoon wordt genoemd. De antidepressiva hebben echter bij 40 tot 60 procent van de gebruikers een emotioneel afvlakkend effect, zo rapporteren ze zelf.

Koude en warme cognitie
De wetenschappers lieten gezonde proefpersonen een aantal weken escitalopram slikken om te achterhalen welke impact het middel had op hun prestaties. Van de 66 deelnemers, kregen er 34 een placebo en 32 kregen het antidepressivum. Ze slikten het middel minstens 21 dagen en vulden vragenlijsten in over hun emoties. Ook moesten ze een aantal tests doen om hun cognitieve functies te testen op het gebied van leervermogen, besluitvorming en remmingen.

Versterkend leren
Er bleken geen verschillen te zijn tussen beide groepen op het gebied van ‘koude’ cognitie, zoals concentratievermogen en geheugen. En ook wat ‘warme’ cognitie betreft, dus cognitieve functies waarbij onze emoties betrokken zijn, waren er nauwelijks verschillen.
Op één belangrijk gebied was er echter wel degelijk verschil: degenen die de antidepressiva slikten waren minder goed in reinforcement learning, vergeleken met de placeboslikkers. Bij versterkend leren, of reinforcement learning, leren we van onze ervaringen door feedback uit onze omgeving, meestal in de vorm van een beloning.

Om dit vermogen tot versterkend leren te onderzoeken, gebruikten de wetenschappers een test, waarbij deelnemers twee stimuli te zien kregen, A en B. Als ze vier van de vijf keer voor A kozen, kregen ze een beloning. Als ze B kozen, kregen ze maar een op de vijf keer een beloning. De proefpersonen werd deze regel niet uitgelegd. Ze moesten daar zelf achter komen. Daarnaast veranderde de regel ergens gedurende het experiment in het omgekeerde en moesten de deelnemers deze nieuwe regel doorkrijgen.

Minder zin in seks
De onderzoekers ontdekten dat degenen die het antidepressivum slikten minder vaak de positieve en negatieve feedback gebruikten om te leren vergeleken met de controlegroep. Dit betekent dat het middel effect heeft op hun gevoeligheid voor beloningen en hun vermogen om daarop te reageren. De bevinding kan volgens de onderzoekers ook verklaren waarom degenen die escitalopram slikten meer moeite hadden om een orgasme te bereiken tijdens de seks, een bijwerking die veel door patiënten werd genoemd.

Minder pijn en minder plezier
“Emotionele afvlakking is een veel genoemde bijwerking van SSRI’s”, stelt professor Barbara Sahakian van Cambridge. “Dit is waarschijnlijk hoe ze werken: ze nemen een deel van de emotionele pijn weg die depressieve mensen ervaren, maar helaas mogelijk ook iets van het plezier. Uit onze studie blijkt dat dit komt doordat ze minder gevoelig zijn voor beloningen, die voor belangrijke feedback zorgen.” Onderzoeker Christelle Langley vult aan: “Onze bevindingen leveren belangrijk bewijs voor de rol van serotonine bij reinforcement learning. We gaan nu onderzoeken hoe escitalopram de hersenen beïnvloedt tijdens deze vorm van belonend leren.”

Wat is escitalopram?
Escitalopram, ook wel bekend onder de merknaam Sipralexa, is zoals gezegd een selectieve serotonineheropnameremmer (SSRI). Het is chemisch vrijwel gelijk aan citalopram. SSRI’s zorgen ervoor dat serotonine niet meer teruggaat naar de hersencellen. Ze blokkeren als het ware de heropname van serotonine in neuronen. Daardoor komt er meer serotonine vrij, waardoor patiënten zich beter gaan voelen. Het verschil met andere antidepressiva is dat ze enkel werken op het serotonineniveau en dus niet op andere neurotransmitters. Het middel is niet geheel onschuldig. Behalve dat het invloed heeft op belonend leren, zoals uit deze studie blijkt, kun je er ook maag- en darmklachten van krijgen en hoofdpijn.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd