Racisme is niet alleen psychisch heel zwaar, het kan ook fysiek schade aanrichten, blijkt uit een nieuwe overzichtsstudie: vrouwen die in hun leven te maken hadden met racisme hebben meer kans op een te vroeg geboren kind.
Zwangere vrouwen die eerder in hun leven zijn gediscrimineerd op basis van huidskleur, nationaliteit of op etnische gronden, hebben een verhoogde kans op vroeggeboorte, schrijven wetenschappers op basis van een meta-analyse uit data van 24 eerdere studies, voornamelijk uit de Verenigde Staten. De nieuwe bevindingen sluiten aan op eerder wetenschappelijk bewijs dat discriminatie een voorspeller is van gezondheidsproblemen.
Slachtoffers van racisme hadden 31 procent meer kans op een te vroeg geboren baby, vergeleken met moeders die nooit te maken hebben gehad met racisme. Ook leken de baby’s van de gediscrimineerde moeders iets kleiner bij geboorte, al was er geen significant bewijs.
Meer kans om ziek te worden
De wetenschappers concluderen dat blootstelling aan racisme een enorme impact heeft op de beschikbaarheid en kwaliteit van zorg. De zorgverzekering is lang niet altijd in orde en de communicatie met zorgverleners, in het bijzonder specialisten in het ziekenhuis, is verre van optimaal bij deze kwetsbare groepen.
Minderheden hebben meer kans om ziek te worden. Etnische groepen zijn oververtegenwoordigd bij talloze ziektes. Er is steeds meer bewijs dat sociale, politieke en economische factoren zorgen voor ongelijkheid in de medische zorg. De hoofdoorzaak van deze achterstelling lijkt racisme te zijn.
Grotere kans op complicaties
Zo overlijden er in de VS twee tot drie keer zoveel zwarte en inheemse vrouwen tijdens de bevalling als witte vrouwen. En sterven er in Groot-Brittannië twee tot vier keer meer zwarte en Aziatische vrouwen in het kraambed in vergelijking met witte vrouwen.
De onderzoekers hebben acht elektronische databanken doorgeploegd in een zoektocht naar relevante studies over zelfrapportage van racisme en vroeggeboorte (voor week 37), een laag geboortegewicht en hoge bloeddruk bij zwangerschap. Er werden uiteindelijk 24 studies geschikt bevonden om bestaande patronen van raciale ongelijkheid te onderzoeken.
Meta-analyse racismeslachtoffers
In totaal deden er tienduizenden mensen mee aan de studies, waarvan het merendeel (20 van de 24) uitgevoerd is in de Verenigde Staten. De deelnemers hadden allerlei verschillende achtergronden, waaronder zwart of Afro-Amerikaans, Spaans, niet-Spaans wit, Maori, Pacifisch, Aziatisch, Aboriginal, Roma, Duits en Turks.
Na een zorgvuldige meta-analyse bleek eens te meer dat racismeslachtoffers een grotere kans hebben om een kindje te krijgen dat te vroeg wordt geboren. De hogere kans hierop werd vastgesteld op 40 procent. Na aftrek van de slechtere onderzoeken komt de studie nog steeds uit op 31 procent meer kans op vroeggeboorte.
Ook een baby met een te laag geboortegewicht komt vaker voor bij moeders die bij deze groep horen. Er werd een correlatie van 23 procent gevonden, maar er waren te weinig data om dit statistisch significant te noemen.
Belangrijke kanttekening is dat Amerika en Afro-Amerikaanse vrouwen overgerepresenteerd zijn in de data. Het is volgens de wetenschappers dan ook moeilijk in te schatten of de uitkomsten een op een gelden voor andere etnische groepen in andere landen.
Impliciete en expliciete discriminatie
Toch stellen ze in hun nieuwe studie, die in vakblad BMJ Global Health verscheen: “Onze uitkomsten komen overeen met de bestaande kennis wat betreft discriminatie en racisme: het is een belangrijke risicofactor bij de bevalling. Racisme is alomtegenwoordig in het dagelijks leven, zowel impliciet als expliciet, en heeft grote gevolgen voor de slachtoffers op allerlei niveaus.”
“Thema’s als armoede, werkloosheid, opleidingsniveau en huisvesting zijn nauw verweven met de gezondheidssituatie van de persoon in kwestie. Racisme kan een grote impact hebben op de toegankelijkheid van de zorg, bijvoorbeeld bij het doorverwijzen naar een specialist of de kwaliteit van de zorgverzekering en het contact met de huisarts”, legt het onderzoeksteam uit.
Hoe lossen we dit op?
De schrijvers noemen verschillende manieren om de kwalijke effecten van racisme tegen te gaan, waaronder het trainen van zorgverleners. “Onder andere door de bekende raciale vooroordelen aan te pakken en artsen bij te scholen op het gebied van dermatologie en onnauwkeurigheden bij zuurstof- en nierfunctiemetingen bij niet-witte patiënten.”
Ze zeggen tot besluit: “Bovenal is het belangrijk dat zorgverleners zich bewust worden van hun eigen vooroordelen ten opzichte van minderheden. Alleen dan kan de ongelijkheid binnen de gezondheidszorg worden opgelost.”