Vrouwelijke chirurgen doen hun werk veel beter dan mannen: waar ligt dat aan?

Waarschijnlijk denk je er nooit over na of de chirurg die je opereert een man of een vrouw is. En vroeger gaven mensen misschien wel de voorkeur aan een man. Nou, dat laatste moet je vooral niet doen: vrouwen blijken betere chirurgen, concluderen Canadese wetenschappers nadat ze de gezondheid van patiënten vergeleken na een operatie door een man of vrouw.

“We hebben ons verdiept in de vraag wat de impact is van sociaal-culturele kenmerken van de chirurg op de kwaliteit van de behandeling en de wijze waarop patiënten herstellen van een operatie”, legt oncoloog Christopher Wallis van de University of Toronto uit in gesprek met Scientias.nl. “In deze studie lag de focus op het verschil tussen mannelijke en vrouwelijke chirurgen, als het gaat om het risico op complicaties, vroegtijdig overlijden en ongeplande heropnames. Dit zijn cijfers die belangrijk zijn voor patiënten, de volksgezondheid en de zorg in het algemeen.”

Vrouwen beter 
Uit eerder onderzoek van Wallis en zijn team bleek al dat een vrouwelijke chirurg gemiddeld beter werk aflevert op de operatietafel dan een man, als je kijkt naar de korte termijn dus tot dertig dagen na de operatie. “Nu hebben we de vraag gesteld op wat voor manier het geslacht van de chirurg invloed heeft op de langere termijn, oftewel na 90 dagen en 365 dagen. We hebben gekeken naar 25 verschillende chirurgische ingrepen, waarbij allerlei specialismen langskomen. Denk aan algemene chirurgie, nierchirurgie, operaties om obesitas te bestrijden, hart- en vaatchirurgie, neurochirurgie, orthopedische operaties, kno-chirurgie, gynaecologische en urologische ingrepen en plastische chirurgie”, somt Wallis op.

Overlijden, heropname en complicaties
De onderzoeker legt uit dat ze in de eerste plaats op zoek waren naar de gezamenlijke kans op een vroegtijdige dood, een vervolgoperatie vanwege complicaties door de eerste operatie, de kans op heropname en grote medische complicaties zoals een hartaanval, beroerte, bloedpropjes, nierfalen of een zware infectie. “In de tweede plaats zochten we naar het verschil tussen vrouwelijke en mannelijke chirurgen bij al deze onderdelen afzonderlijk.”

Risicocorrectie
De medisch wetenschapper legt uit dat ze met zoveel mogelijk factoren rekening hebben gehouden bij het berekenen van de kwaliteitsverschillen tussen de seksen. “Het is belangrijk om zowel de relatieve als de absolute verschillen mee te wegen. Bij alle cijfers hebben we een risicocorrectie toegepast. In de praktijk betekent dit dat we allerlei factoren hebben meegewogen die invloed zouden kunnen hebben op de studieresultaten, zoals de leeftijd van de patiënt, zijn algemene gezondheid, het soort operatie, het aantal casussen, de ervaring van de chirurg in kwestie et cetera”, zegt de hoofdonderzoeker.

Schokkende cijfers
En dan de cijfers. Er zit een verrassend groot gat tussen de kundigheid van mannelijke en vrouwelijke chirurgen. “Wanneer we kijken naar onze primaire gecombineerde resultaten, dan blijken patiënten die onder het mes zijn gegaan bij een mannelijke chirurg 90 dagen na de operatie 8 procent meer kans te hebben op een nadelige gebeurtenis”, vertelt Wallis. “Na een jaar ligt dit percentage op 6 procent. Er is zelfs nog een groter effect als we kijken naar overleden patiënten. Na gebruik van de gecorrigeerde modellen blijkt dat patiënten na een operatie door een mannelijke chirurg 25 procent meer risico lopen om te overlijden, dan wanneer een vrouw hen opereerde.”

Verklaring voor verschillen
Het is helaas aan de hand van deze studie niet mogelijk om een volledig antwoord te geven op de vraag waar die verschillen vandaan komen. “Maar we kunnen wel een aantal aannames doen”, zegt Wallis. “Het is al langer bekend dat er verschillen zijn tussen mannelijke en vrouwelijke artsen bij het uitvoeren van hun werk. Onder andere als het gaat om de hoeveelheid tijd die ze met patiënten doorbrengen, de manier van communiceren en de mate waarin ze de richtlijnen naleven. Het zou goed kunnen dat deze factoren bijdragen aan de stevige conclusies uit onze studie. We zijn op het moment bezig om dit fenomeen verder te onderzoeken.”

Daarnaast zijn er ook factoren die waarschijnlijk weinig invloed hebben op de resultaten. “Er zijn ook zaken waarvan de kans erg klein is dat ze bijdragen aan het kwaliteitsverschil tussen mannelijke en vrouwelijke chirurgen. We denken bijvoorbeeld dat het verschil niet zit in de technische kennis van de chirurgen. Waarschijnlijk moeten we het meer in de hoek zoeken van de besluitvorming, de manier waarop de chirurgen werken en de communicatie tussen arts en patiënt.”

Belangrijke lessen
De Canadese onderzoeker denkt dat er veel lessen te leren zijn uit zijn onderzoek. “Als mannelijke chirurg lijkt het me belangrijk om bij de resultaten stil te staan en te bedenken wat er aan deze verschillen ten grondslag kan liggen. Ik heb dit in ieder geval gedaan en ik adviseer mijn mannelijke collega’s om hetzelfde te doen. Mannen en vrouwen opereren en communiceren op een verschillende manier. Hopelijk zorgt onze studie voor introspectie bij mijn mannelijke collega’s en een bredere professionele en maatschappelijke discussie over dit onderwerp. Tenslotte hoop ik dat er vervolgonderzoek komt, waarin er meer duidelijk wordt over de onderliggende oorzaken van deze verschillen. Dit alles kan de medische zorg van artsen aan hun patiënten nog een flink stuk verbeteren”, besluit Wallis.

Bronmateriaal

"Surgeon Sex and Long-Term Postoperative Outcomes Among Patients Undergoing Common Surgeries" - JAMA
Interview met oncoloog Christopher Wallis van de University of Toronto
Afbeelding bovenaan dit artikel: Zinkevych / Getty (via Canva.com)

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd