Het zeediertje deelt zijn onderkomen wonderbaarlijk genoeg met… insecten.
Onderzoekers zijn op een wel heel bijzonder stukje barnsteen gestuit dat je van de ene verbazing in de ander doet vallen. Allereerst bevat de fossiele hars de eerste bekende ammoniet. Maar daarnaast troffen de onderzoekers in hetzelfde stukje hars ook dieren aan die op het land leven. En dus is de vraag: hoe konden deze diertjes allemaal tegelijk gevangen worden in hetzelfde 99 miljoen jaar oude stukje barnsteen?
Barnsteen
Onderzoekers troffen de gefossiliseerde hars aan in het noorden van Myanmar. Het stukje barnsteen is 33 mm lang, 9,5 mm breed en zo’n 29 mm hoog. In totaal weegt het stukje zo’n 6,08 gram. Opgepropt in deze kleine ruimte, bevinden zich zo’n 40 individuele diertjes.
Ammoniet
Allereerst natuurlijk de ammoniet; een uitgestorven onderklasse van de inktvis. Een primeur, want het is voor het eerst dat er een ammoniet in barnsteen wordt aangetroffen. De ammoniet deelt zijn onderkomen met andere zeediertjes, zoals zeeslakken en de havenpissebed. En dit is al een eigenaardige ontdekking op zichzelf. Vanzelfsprekend komen zeediertjes namelijk niet vaak in contact met bomen waar de gefossiliseerde hars van afkomstig is. De kans is daardoor erg klein dat ze vast komen te zitten in het plakkerige goedje.
Landdieren
Naast de zeediertjes, blijkt het stukje barnsteen ook allerlei verschillende landdiertjes te bevatten. Zo troffen de onderzoekers een heleboel mijten aan, maar ook spinnetjes, duizendpoten, kakkerlakken, kevers, vliegen en wespen. Al met al een bijzonder stukje barnsteen. Want hoe zijn al deze diertjes – en in het bijzonder de zeediertjes – in het stukje barnsteen terecht gekomen?
Kustlijn
De onderzoekers houden er een interessante theorie op na die ze in hun paper uit de doeken doen. Zo kwamen ze erachter dat de schelpen van de ammoniet en de zeeslak leeg – zonder zacht weefsel – zijn. Dit betekent dat de diertjes al dood waren op het moment dat ze door de hars werden overspoeld. Barnsteen is een fossiele hars die afkomstig is van naaldbomen. Dus waarschijnlijk bevonden de bomen zich aan de kustlijn boven een zandstrand bedekt met schelpen.
Verklaring
De theorie is dat de hars langzaam van de bomen omlaag stroomde. Mogelijk waren de vliegende insecten de eerste slachtoffers die vast kwamen te zitten in de hars, terwijl het sap langs de bomen naar beneden druppelde. Vervolgens stroomde de hars verder langs de stam omlaag, waardoor de kruipende insecten aan de beurt waren. Uiteindelijk bereikte de hars het strand waar het de schelpen omsloot.
Dit is trouwens niet de eerste keer dat onderzoekers op bijzondere vondsten in barnsteen stuitten. Zo troffen ze al eerder een teek aan die zich tegoed had gedaan aan dinosaurusbloed, een 99 miljoen jaar oud kikkertje, een gefossiliseerde vogel en dinosaurusveren.