Wetenschappers luiden de noodklok: de klachten van mensen met luchtwegaandoeningen – zoals astma en COPD bijvoorbeeld – dreigen flink toe te gaan nemen. En klimaatverandering is de boosdoener.
“Klimaatverandering tast ieders gezondheid aan,” zo benadrukt onderzoeker Zorana Jovanovic Andersen (zie ook het kader hieronder). En toch voelt de wetenschapper de noodzaak om – namens de European Respiratory Society, die meer dan 30.000 longspecialisten uit 160 verschillende landen vertegenwoortigt – in het European Respiratory Journal de aandacht te vragen voor een groep die in een opwarmende wereld met name zeer kwetsbaar is: mensen met luchtwegaandoeningen. Denk bijvoorbeeld aan astma- of COPD-patiënten. “Dit zijn mensen die reeds moeite hebben met ademhalen en veel gevoeliger zijn voor ons veranderende klimaat. Hun symptomen zullen erger worden en sommigen zal dit fataal worden,” zo voorspelt Jovanovic Andersen.
Dat klimaatverandering ook nadelige gevolgen heeft voor de volksgezondheid staat vast. Sterker nog: de Wereldgezondheidsorganisatie identificeerde klimaatverandering recent zelfs als de grootste wereldwijde bedreiging waar de mensheid in de 21e eeuw mee te maken heeft. Zo wordt verwacht dat de opwarming van de aarde tegen het jaar 2050 elk jaar zo’n 250.000 mensenlevens zal gaan eisen. Die 250.000 mensen komen bijvoorbeeld om het leven door aan klimaatverandering gerelateerde hittestress of ondervoeding. Ook zijn er zorgen dat nu nog met tropische gebieden geassocieerde ziekten – zoals malaria – door de opwarming letterlijk terrein gaan winnen en dus meer (dodelijke) slachtoffers gaan maken.
Vijf manieren
Maar hoe zorgt klimaatverandering er nu precies voor dat mensen met luchtwegaandoeningen meer symptomen krijgen? Dat gebeurt op verschillende manieren, zo is in het onderzoeksartikel van Jovanovic Andersen en collega’s te lezen.
1. Hittegolven
Doordat de temperaturen stijgen, neemt ook de kans op (langdurige) hitte toe. En die hittegolven lijken de kans op (ernstige) luchtwegproblemen te vergroten. Zo wijst onderzoek bijvoorbeeld uit dat mensen met COPD bij hogere temperaturen een grotere kans hebben om in het ziekenhuis te moeten worden opgenomen. En ook bij astmapatiënten gaat de longfunctie bij hogere temperaturen achteruit.
2. Meer pollen
Doordat de temperaturen stijgen, wordt het pollenseizoen verlengd. Dat is overigens niet iets wat ons in de toekomst te wachten staat; onderzoek heeft bijvoorbeeld uitgewezen dat het pollenseizoen in de VS en Canada nu reeds 20 dagen eerder begint, tien dagen langer duurt en dat er ook nog eens 21 procent meer pollen in de lucht rondwaren dan in 1990. En ook Nederland blijft dat lot natuurlijk niet bespaard; ook hier verandert de timing van de seizoenen en duurt het pollenseizoen nu al langer dan vroeger. Dat is bijvoorbeeld voor mensen met astma of hooikoorts heel vervelend; hun klachten nemen daardoor toe en houden daardoor ook langer aan.
3. Droogte
Daarnaast zullen sommige gebieden door klimaatverandering in toenemende mate te maken krijgen met droogte. Daardoor neemt de kans op zand- en stofstormen toe. En die stormen leiden tot een verslechterde luchtkwaliteit.
4. Natuurbranden
Door stijgende temperaturen en toenemende droogte neemt ook de kans op natuurbranden toe. En ook die branden gaan gepaard met een verslechterde luchtkwaliteit. Zorgelijk is daarbij vooral dat er fijnstof vrijkomt dat diep in de longen terecht kan komen.
5. Hevige regenval en overstromingen
Ook de kans op hevige regenval en overstromingen neemt door klimaatverandering toe. En wie denkt dat dat misschien niet direct gevolgen heeft voor de longen, zit ernaast. Want hevige regenval en overstromingen gaan gepaard met een extreme luchtvochtigheid en kunnen leiden tot een toename van schimmel in woningen. En daardoor kunnen ook de klachten van mensen met luchtwegproblemen toenemen.
Kinderen
Maar er zijn niet alleen zorgen over de gezondheid van mensen met luchtwegaandoeningen. In hun artikel waarschuwen de wetenschappers in het bijzonder ook voor de effecten die klimaatverandering op de nog in ontwikkeling zijnde longen van baby’s en kinderen heeft. “Een slechtere luchtkwaliteit en steeds frequentere en ernstigere natuurbranden en stofstormen kunnen de longfunctie en -groei belemmeren, in het bijzonder bij kinderen, en zo de kans op ziekenhuisopnames en sterfte vergroten,” zo waarschuwen de wetenschappers.
Luchtvervuiling
Overigens is klimaatverandering niet de enige bedreiging voor de luchtkwaliteit en dus de gezondheid van onze longen. Ook luchtvervuiling is een probleem, zo benadrukt Jovanovic Andersen. “Luchtvervuiling beschadigt onze longen al. En nu beginnen ook de effecten van klimaatverandering een grote bedreiging te vormen voor luchtwegpatiënten.” Zorgelijk is daarbij ook zeker de combinatie van de effecten van klimaatverandering en luchtvervuiling. Zo kunnen – door klimaatverandering ingegeven – temperatuurstijgingen er in combinatie met luchtvervuiling bijvoorbeeld voor zorgen dat er vaker smog ontstaat. Het goede nieuws is echter dat we door het terugdringen van onze uitstoot ook automatisch de luchtvervuiling beperken. Zowel broeikasgassen als luchtvervuiling kennen namelijk grotendeels dezelfde herkomst, zo komen ze bijvoorbeeld beiden vrij tijdens de verbranding van fossiele brandstoffen en binnen de veehouderij.
Oproep
Door aandacht te vragen voor de verslechterende situatie van luchtwegpatiënten hopen de wetenschappers overheden in beweging te krijgen. Ze willen dat overheden in het algemeen en het Europees Parlement in het bijzonder, maatregelen treffen en de gezondheid van burgers te beschermen. De uitstoot van broeikasgassen moet omlaag. En daarnaast moeten er ook maatregelen worden getroffen om de impact die klimaatverandering nu reeds op de volksgezondheid heeft, zo klein mogelijk te houden, aldus de onderzoekers.
Dat de onderzoekers zich daarbij ook specifiek op het Europees Parlement richten, is niet voor niets. Bestaande Europese richtlijnen omtrent luchtkwaliteit wijken namelijk behoorlijk af van de veel striktere richtlijnen die de Wereldgezondheidsorganisatie hanteert. Zo is het volgens de WHO aan te raden om de concentratie fijnstof onder de 5 microgram per kubieke meter te houden, terwijl de EU ernaar streeft deze onder de 25 microgram per kubieke meter te houden. En waar de WHO aanraadt om de concentratie stikstofdioxide onder de 10 microgram per kubieke meter te houden, neemt men in de EU in principe genoegen met een stikstofdioxideconcentratie onder de 40 microgram per kubieke meter. “De huidige grenzen (die de EU stelt, red.) zijn gedateerd en beschermen de gezondheid van Europese burgers niet,” zo concludeert Jovanovic Andersen. En daarom pleit ze voor ambitieuzere richtlijnen. “We moeten allemaal schone, veilig lucht inademen.”