Tegenwoordig kennen we steeds meer nieuwe woorden. Er komen woorden uit andere talen bij om het Nederlands aan te vullen en er worden woorden samengevoegd. Het Instituut voor Nederlandse Lexicologie (INL) wordt gezien als de schatkamer van de Nederlandse taal. Een woord dat recentelijk veel aandacht krijgt in de sociale media is het woord ‘sapiosexual’. Hierbij vindt een persoon de intelligentie of het denkvermogen van een ander het meest aantrekkelijk, zonder oog te hebben voor geslacht of uiterlijk. Het woord is echter (nog) niet opgenomen in officiële woordenboeken en er is geen Nederlandse vertaling.
Taalkundig
Het woord is een samenvoeging van de Latijnse woorden sapio, wat intelligent of wijs betekent, en sexualis, wat duidt op seksuele voorkeuren. Dit vormt een neologisme. Neologismen zijn combinaties van nieuwe en bestaande woorden, waardoor ze een nieuwe betekenis krijgen. Dit kunnen samenvoegingen zijn, zoals ‘fietssnelweg’ of een verkorting van bestaande woorden, zoals ‘romkom’ voor een romantische komedie. Vivien Waszink, taalkundige en lexicograaf van het Algemeen Nederlands Woordenboek, zegt: “De functie van nieuwe woorden is heel voor de hand liggen eigenlijk nieuwe concepten benoemen. Bij neologismen zie je vaak dat er benamingen ontstaan voor nieuwe trends (omdat die meestal maar even ‘in’ zijn, zie je dan wel vaak dat de woorden ook maar kort bestaan) of nieuwe maatschappelijke verschijnselen. Er is altijd een bepaalde behoefte om een nieuw concept/verschijnsel in een woord te vangen.” Zo is sapioseksueel ook een voorbeeld van een neologisme. Toch is niet iedere taalkundige het hiermee eens. “Er is wel een verschillende opvatting van het begrip ’neologisme’; sommige taalkundigen beschouwen alleen Nederlandse vormingen als nieuwe woorden, maar vaak wordt er een wat bredere opvatting van neologismen op na gehouden: zo zijn bijvoorbeeld nieuwe leenwoorden ook neologismen, denk bv. aan woorden als app en touchscreen, al heel wat jaren in gebruik maar ooit ook allemaal nieuw woord, die woorden benoemen ook nog eens dingen die bijna iedereen wel kent.”
Wanneer nieuw?
Er verschijnen regelmatig nieuwe woorden, waaronder ‘sapiosexual’, maar er verdwijnen ook woorden. Welke gevolgen heeft dit? “Dat maakt eigenlijk niks uit: er komt gewoon steeds meer taal bij, maar het is niet zo dat er dan ook woorden af moeten; toch verdwijnen er ook wel veel woorden, of vaker eigenlijk: bepaalde betekenissen van woorden. Soms blijft een woord wel bestaan, maar heeft het niet meer alle betekenissen die het vroeger had. Dat is ook de taak van woordenboekmakers: op basis van een up-to-date materiaalverzameling (corpus) in de gaten houden welke woorden erin voorkomen, hoe vaak en in welke betekenissen.”Je ziet dus bijna altijd bepaalde woordvormingsprocedés optreden. Veel nieuwe woorden zijn ook een soort mix van twee woorden; woorden worden dan verkort en in elkaar geschoven, bijvoorbeeld aalmoestuin, groufie (groepsselfie) etc.”
Nieuwe woorden worden op verschillende manieren gevormd. Wat bijna niet voorkomt is het samenvoegen van een willekeurige letterreeks, waarbij een nieuwe woord ontstaat. Meestal zijn het combinaties van twee bestaande woorden, afleidingen van bestaande woorden, het lenen van woorden of woordgroepen of een combinatie van een woordgroep met een ander woord. “Nieuwe woorden moeten er vaak saai uitzien, en makkelijk te begrijpen moeten zijn, dan glippen ze als het ware ongemerkt de taal binnen”, zegt Waszink.
Engels versus Nederlands
Sapiosexuality of sapiosexual kent geen Nederlandse vertaling. Op Nederlandstalige websites wordt verwezen naar panseksualiteit, een vorm waarbij de aantrekkingskracht niet beïnvloed wordt door het geslacht noch door gender. Het geslacht is biologisch bepaald: man of vrouw. Gender verwijst naar de culturele, psychologische en sociale invulling die wordt gegeven aan het man en/of vrouw-zijn. De term panseksualiteit wordt daarom niet geheel dekkend beschouwd, omdat de koppeling naar intelligentie en het denkvermogen mist; het wordt gezien als een overkoepelende term.
Het grootste orgaan
Er zijn onderzoekers die beweren dat de hersenen het grootste geslachtsorgaan zijn in het menselijk lichaam. Sapioseksuelen beweren dat filosofische, politieke of psychologische gesprekken het perfecte voorspel zijn. Het windt hen op. Ze worden gestimuleerd en uitgedaagd door de manier waarop een ander denkt. De binding tussen twee personen hoeft niet altijd gerelateerd te zijn aan seksualiteit. Ook binnen vriendschap kunnen diepgaande gesprekken en de manier van denken iets zijn waardoor een leuke en uitdagende omgang met een ander aangewakkerd wordt in een vriendschappelijke situatie. Tevens blijkt dit aanwakkeren ook op de werkvloer te gebeuren, waarbij er vaak een drang is om met mensen met eenzelfde denkvermogen om te gaan. De uitkomst is in dit geval niet seksueel.
Onze hersenen
Aantrekkingskracht tot andere mensen, ongeacht waar het zich op richt, wordt veroorzaakt door de chemie in onze hersenen. Liefde en lust worden als plezierig ervaren en de hersenen dragen daarin bij door in onze hersenen stoffen aan te maken en vrij te laten komen. Zo komen oxytocine en vasopressine vrij als we seks hebben met een ander persoon en zorgen voor vertrouwen, loyaliteit en het gevoel een diepe verbondenheid te hebben. Daarnaast komen er ook nog dopamine en norepinephrine vrij. Dit zorgt ervoor dat bij elkaar zijn een fijne ervaring wordt en dat geeft energie. Ook natuurlijke pijnstillers en serotonine komen vrij. Serotonine zorgt ervoor dat mensen een goed humeur hebben en dat zij blijven denken aan de andere persoon.
Er gebeurt veel in de hersenen als iemand zich aangetrokken voelt tot de ander. Wat aantrekkelijk wordt gevonden verschilt van persoon tot persoon. Onderzoek laat zien dat bepaalde kenmerken, zoals lengte, symmetrie en de heuptaille verhouding wereldwijd gewaardeerd worden.
Drie systemen
In de hersenen zijn er drie systemen die gekoppeld zijn aan lust, aantrekkingskracht en hechting. Elk systeem heeft een specifieke neuronaal netwerk en een verschillende gedragspatroon. Aan elk systeem zijn verschillende hormonen te koppelen. Zo gaat lust gepaard met de hormonen oestrogeen en testosteron. Dit geldt voor zowel mannen als vrouwen. Bij de aantrekkingskracht spelen adrenaline, dopamine en serotonine een rol. Tot slot komen de hormonen oxytocine en vasopressine vrij die een rol spelen bij hechting. De chemie in de hersenen is er ook in het geval van sapiosexualiteit.
Weerstand
Het woord sapiosexual of sapiosexuality geniet veel discussie op diverse Engelstalige fora en in blogposts. Ook blijkt de term regelmatig in profielen op datingwebsites en -applicaties voor te komen. De term vormt een onderdeel van het profiel. Toch zijn de meningen hierover eensgezind. Er wordt beweerd dat het vermelden van ‘sapiosexual’ in een profiel slechts een manier is om te laten zien hoe slim iemand zelf is. Ook zou de term ‘sapiosexual’ impliceren dat fysieke kenmerken, zoals oog- en haarkleur, er plotseling niet toe doen.
Volgens gebruikers zou een ander neologisme beter passen om de aantrekkelijkheid van intelligentie en diepgaande gesprekken te beschrijven, namelijk ‘sapiophile’ (in het Nederlands: sapiofiel). Het achtervoegsel -phile (-fiel) betekent ‘liefhebber van’ of ‘enthousiast over’. Dit impliceert minder sterk dat het seksualiteit betreft, aangezien dat niet het geval hoeft te zijn.
De houdbaarheidsdatum
Er zijn woorden die slechts een korte duur worden gebruikt. In een korte tijd wordt het woord gebruikt, maar daarna krijgt het geen aandacht meer. Zo worden termen uit de mode-industrie vaak kortdurend gebruikt, zoals ‘jeggings’. Om te testen hoe lang een woord ‘houdbaar’ is in de samenleving kan er een testje worden gedaan, de zogenaamde FUDGE-test. De linguïst Alan Metcalf heeft deze test bedacht. Lexicografen bepalen middels deze test of een woord in een woordenboek opgenomen wordt. De FUDGE-test is gebaseerd op de APGAR-test, die vijf criteria kent om de levensvatbaarheid van pasgeboren baby’s te testen. De FUDGE-test doet dit ook aan de hand van vijf criteria, maar test daarbij de levensvatbaarheid van nieuwe woorden. Elke criterium krijgt een score 0,1 of 2. De criteria zijn:
– F voor frequency. Hierbij wordt gekeken hoe vaak het woord voorkomt. Hierbij geldt: hoe vaker het woord voorkomt, hoe groter de overlevingskans.
– U voor unobtrusiveness. Het woord moet “normaal” ogen en niet te opvallend zijn. Hoe meer het woord op andere woorden lijkt, hoe groter de overlevingskans.
– D voor diversity of users and situations. Hierbij wordt de diversiteit van gebruikers in verschillende situaties bedoeld. Hoe meer groepen gebruik kunnen maken van het woord in verschillende situaties, hoe groter de overlevingskans.
– G voor generation of forms and meanings. Dit criterium doelt op het bestaan van soortgelijke termen. Hoe meer woorden er op lijken of dezelfde betekenis hebben, hoe groter de overlevingskans.
– E voor endurance of the concept. Dit criterium doet een beroep op de actualiteit van het woord. Hoe actueler het woord blijft, hoe groter de overlevingskans.
Over de FUDGE-test geeft Waszink toe dat de test subjectief is: “Het is een hulpmiddel, maar het is niet een objectieve methode die heel precies voorspelt welke woorden blijvertjes zijn of niet. De scores die je moet toekennen, zijn vaak een beetje subjectief, bijvoorbeeld bij frequentie, wanneer is iets veel, en bij unobtrusiveness, wanneer ziet een woord er ‘’opvallend’’ uit qua vorming.”
Resultaten FUDGE-test
Ondanks de subjectiviteit en de beschikbaarheid van de FUDGE-test gaat taalkundige Waszink af op haar intuïtie: “Ik gebruik de test heel af en toe, maar ik vertrouw ook op intuïtie, als je lang de woordenschat beschrijft, weet je op een gegeven moment wel welke woordjes blijvertjes zijn en welke niet.”
Kan sapioseksueel ooit in het Nederlands woordenboek komen? Waszink: “Ik denk zelf dat het iets te gekunsteld is. Zo is het element sapio- net iets te ‘geleerd’ voor veel mensen. Je snapt het woord niet gelijk als je het leest. Aan de andere kant wordt het element –seksueel wel vaak gebruikt om type personen te benoemen, dus mensen zullen dit wel makkelijker herkennen en weten dat het om een bepaald type persoon gaat. Dus ze herkennen het woord wel in een reeks woorden met hetzelfde tweede lid, maar het eerste lid is te onherkenbaar denk ik. Bovendien verwijst dit woord ook wel een beetje naar een bepaalde trend, en zulk soort woorden blijven meestal niet zo lang bestaan. Het is even modieus, en dan verdwijnt het weer. Dus het zal uiteindelijk waarschijnlijk niet in een woordenboek komen.”