Archeologen hebben in de tombe van farao Seti I een verborgen tunnel gevonden. Onderzoekers zijn al jaren op zoek naar de geheime doorgang die de farao kort voor zijn dood liet aanleggen. Hij zou een tombe in een tombe hebben willen bouwen, zodat zijn lichaam ongestoord ten ruste gelegd kon worden.
De tunnel is uit de rotsen gehakt en bevindt zich aan het eind van de prachtig versierde tombe van Seti I. De tunnel is 174 meter lang, telt twee trappen en stopt dan abrupt.
Eeuwige rustplaats
“Seti I hoopte zijn echte grafkamer te kunnen verbergen en hier ongestoord voor eeuwig te kunnen rusten,” vertelt archeoloog Zahi Hawass. Hij leidde de archeologische opgraving en was stomverbaasd toen de tunnel opeens verscheen. De passage bevond zich aan het eind van een
andere tunnel die al in de jaren ’60 was ontdekt.
Muur
Aan het eind van deze al bekende tunnel bevond zich een muur met hiëroglyfen erop. De architect had deze achtergelaten. Het waren instructies voor de mensen die de tunnel moesten uithakken. Tot grote verbazing van de archeologen bleek dit echter geen muur, maar een deur te zijn met daarachter reeds een deel van de tunnel.
Ramses II
Volgens Hawas heeft Ramses II, de zoon van Seti, de bouw van de tunnel na de dood van zijn vader stilgelegd. Daarna zijn de arbeiders begonnen aan een tombe voor Ramses II. “We hopen in de tombe van Ramses II eenzelfde tunnel te vinden.”
Beeldjes
Tijdens de opgravingen zijn behalve de tunnel nog veel meer zeer oude objecten gevonden. Zo troffen de onderzoekers onder meer aardewerk en beeldjes aan. Deze stammen uit de periode van de achttiende dynastie (1569 tot 1315 voor Christus).
Seti I bestuurde Egypte tussen 1314 en 1304 voor Christus. Zijn zoon regeerde tussen 1404 en 1237 voor Christus.