Lang werd gedacht dat Neanderthalers het goedje gebruikten als pigment, maar nu blijkt dat ze iets heel anders met dit mineraal deden.
Mangaanoxide is een donker gekleurd mineraal dat al sinds het stenen tijdperk wordt gebruikt als pigment. In Frankrijk zijn bijvoorbeeld grottekeningen te vinden die dankzij dit mineraal tot stand zijn gekomen.
Pigment?
Dat mangaanoxide ook de Neanderthalers niet vreemd was, wisten we al. Tijdens opgravingen in Frankrijk hebben onderzoekers nabij Neanderthalers ook veel blokjes mangaanoxide teruggevonden. Aangenomen werd dat de Neanderthalers deze gebruikten als pigment. Ze zouden er hun lichamen mee hebben versierd.
Vuur
Maar nieuw onderzoek toont nu aan dat de Neanderthalers die zo’n 50.000 jaar geleden in Frankrijk leefden, iets heel anders met de blokjes deden. Ze verzamelden het mineraal om vuur te maken, zo schrijven Nederlandse onderzoekers in het blad Scientific Reports.
Experimenten
Ze trekken die conclusie op basis van een aantal ontdekkingen. Allereerst tonen experimenten aan dat mangaan kan helpen bij het ontsteken van een houtvuur en wel doordat het mineraal de ontvlamtemperatuur enorm verlaagt. Daarnaast wijzen de onderzoekers erop dat mangaanoxide vaak nabij de vuurplaatsen van Neanderthalers werd teruggevonden. Ook is bewijs gevonden dat de Neanderthalers het mineraal vermaalden.
Het onderzoek toont maar weer eens aan dat we de Neanderthalers niet moeten onderschatten; het waren slimme mensachtigen, zo stellen de onderzoekers. Ze wijzen erop dat vuur maken met behulp van mangaanoxide niet bekend is bij hedendaagse jagers en verzamelaars. Bovendien moeten we niet vergeten dat mangaanoxide uit zichzelf onbrandbaar is en het dus niet direct voor de hand ligt om dit materiaal te gebruiken om vuur te maken.