RNA in COVID-19 vaccin geen probleem voor ons DNA

Iedereen die zich zorgen maakt over de vaccins tegen COVID-19, kan écht gerust zijn: veranderingen aan het menselijk DNA zijn simpelweg niet mogelijk en ook op de lange termijn zijn we veilig.

Bijna een jaar heeft de wereld erop gewacht. Maar nu deze week de vaccinaties dan eindelijk zijn begonnen, is er ook nog steeds veel wantrouwen en ongerustheid. Maar liefst 1 op de 4 Nederlanders wil zich niet laten inenten tegen COVID-19. Er zijn verschillende redenen. Ten eerste vraagt men zich af of er per ongeluk of zelfs expres geen ongewenst materiaal wordt geïnjecteerd. Het vaccin is immers een RNA-vaccin. Met andere woorden: welke invloed kan dit genetisch materiaal hebben op ons eigen DNA?

Ons DNA het haasje door RNA in vaccin?
Het antwoord is: helemaal geen. Zelfs al zouden overheden of de farmaceutische industrie snode bedoelingen hebben, het is onmogelijk dat dit vaccin ons DNA aantast of verandert. Professor in de vaccinologie dr. Anke Huckriede van de Universiteit Groningen verklaart dit als volgt. “Het RNA in het vaccin is chemisch samengesteld genetisch materiaal, dat eigenlijk niets te maken heeft met het menselijk DNA. Het RNA kan het DNA simpelweg niet beïnvloeden. Dat is gewoon niet mogelijk. Het DNA bevindt zich in onze celkernen, het RNA van het vaccin in de cellichamen. Er vindt daar dus geen overdracht plaats tussen de twee materialen.”

“Bovendien gaat dit niet het eerste RNA-materiaal zijn dat we ooit in ons lichaam krijgen. Ieder virus zorgt dat we RNA binnen krijgen, als je een simpele snotneus hebt van een virusje, heb je ook virus-RNA in je lijf. Op zijn best krijg je dat misschien maar 5 keer per jaar, maar als je jonge kinderen hebt, kan het tientallen keren per jaar voorkomen dat RNA-materiaal van een virus je lichaam infiltreert. Het is dus niet zo dat het menselijk lichaam nu voor het eerst kennismaakt met RNA materiaal. Dat heeft je lichaam al vele keren gedaan in je leven.” De professor concludeert dan ook: “Genetische modificatie van ons menselijk DNA door het RNA-vaccin kan niet plaatsvinden.”

Angst op bijwerkingen lange termijn niet reëel
De angst voor gerommel met ons DNA is echter niet het enige zorgenkindje van de vaccin-tegenstanders. Ook is er de vrees dat wellicht alles prima lijkt te gaan op de korte termijn, maar dat we weinig weten van de gevolgen van het vaccin op ons lichaam op de lange termijn. Met andere woorden: hoe zit het met de bijwerkingen? Weten we daar wel voldoende van? Huckriede meent van wel. “De kans op bijwerkingen op de lange termijn met welk virusvaccin dan ook, is zeer klein. Dat komen we eigenlijk haast nooit tegen. Dat is ook logisch. Een vaccin is iets heel anders dan een medicijn. Een medicijn krijg je voorgeschreven in een bepaalde dosis en komt regulier het lichaam binnen. Dan kan het zijn dat bij langdurig gebruik, bepaalde stoffen zich gaan ophopen in het lichaam en er een giftige uitwerking ontstaat.”

“De kans op bijwerkingen op de lange termijn met welk virusvaccin dan ook, is zeer klein”

“Dat ligt heel anders bij een vaccin. Een vaccin krijg je slechts één of tweemaal toegediend in een zeer kleine dosis. Dat vaccin is binnen twee weken helemaal uit het lichaam verdwenen door middel van urine en ontlasting. Het vaccin hóeft ook helemaal niet langer in het lichaam te blijven, want het heeft alleen de taak het immuunsysteem wakker te maken en tegen een bepaald virus actief te maken. Zodra het dat gedaan heeft, kan het weg. Het vaccin met de lichaamsvreemde eiwitten wordt dus geïnjecteerd, het immuunsysteem reageert en wordt gestimuleerd antistoffen tegen de indringer aan te maken. Dan zit de taak van het vaccin erop en kan het door het lichaam worden afgescheiden.”

Snel vaccin, onbetrouwbaar vaccin?
Rest nog wel de vraag die velen bezighoudt: hoe kan een vaccin dat slechts een jaar nodig had om ontwikkeld te worden, nu net zo veilig zijn als een vaccin waaraan 4 of 5 jaar gewerkt is? Dat wekt bijna de indruk dat er olifantenpaadjes zijn genomen en die zouden wel eens ten koste kunnen gaan van onze gezondheid. Dat is niet het geval volgens Huckriede “De snelle beschikbaarheid heeft niets te maken met de kwaliteit van de klinische proeven. Net als ieder ander vaccin is ook dit vaccin eerst op dieren getest en daarna in 3 verschillende fases op mensen. Zo’n 30.000 tot 40.000 mensen zijn geïnjecteerd met dit vaccin en alle procedures zijn net zo nauwkeurig verlopen als anders.” De professor noemt verschillende redenen waarom het vaccin tegen COVID-19 dan wel zo snel beschikbaar kon zijn. “Ten eerste was het niet nodig om vanaf 0 te beginnen. Er was al een goed vaccin beschikbaar tegen twee andere coronavirussen, MERS en SARS-1, waaraan COVID-19 verwant is. De vaccins tegen MERS en SARS-1 werden echter nooit gebruikt, want die ziekte verspreidde zich toen niet zo snel als aanvankelijk gevreesd werd.” De kennis opgedaan bij ontwikkeling van die vaccins kwam nu mooi van pas. Dat heeft ontzettend veel onderzoekstijd gescheeld.”

Urgentie zorgde voor snelle administratie
“Maar dat is niet het enige. Je moet niet vergeten dat er bij de ontwikkeling van een vaccin dat minder urgent is, een ontzettende hoeveelheid administratieve afwikkeling komt kijken. Die registratie gaat normaliter niet in de hoogste versnelling. Dat heeft ook te maken met de financiën natuurlijk. Een vaccin ontwikkelen kost veel geld en zowel bedrijven als overheden gaan voorzichtig om met de investeringen in vaccins. Soms duurt het dus al maanden, voordat je van de ene fase naar de andere mag. Dat was hier gelukkig niet het geval. Vanwege de hoge urgentie, speelden deze tijdrovende factoren veel minder. Er was sprake van een zogeheten rolling review: terwijl de administratieve afwikkeling van de ene testfase nog in gang was, kon de volgende testfase al worden ingezet. De beschikbaarstelling van geld en het verkorten van administratieve trajecten zijn dus ook merendeels debet aan de snelle ontwikkeling van dit vaccin,” besluit Huckriede.

Terwijl 25% van de Nederlanders zich in de komende maanden zal buigen over bovenstaande overwegingen, verheugt het merendeel van de Nederlanders zich echter al op de prik die het gewone sociale leven weer snel mogelijk zal maken.

Bronmateriaal

Interview prof. dr. A.L.W. Huckriede, hoogleraar Vaccinologie UMCG
Afbeelding bovenaan dit artikel: Tumisu from Pixabay

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd