In de jaren zestig waren er wereldwijd nog vijftien in leven. En nu planten zo’n 1000 reuzenschildpadden zich op Galapagoseiland Española zelfstandig voort, zo concluderen onderzoekers. Een prachtig succesverhaal!
Chelonoidis hoodensis komt van oorsprong alleen voor op het Galapagoseiland Española. Maar aan het eind van de negentiende eeuw kwamen de schildpadden daar in grote moeilijkheden. Mensen brachten geiten naar het eiland en die aten het eiland grotendeels kaal. Reden genoeg om de geiten weer van het eiland te verwijderen, maar het was al te laat. Graslanden waren kaalgevreten en herstelden zich niet: er kwamen kleine bomen en struiken voor terug. En die bomen en struiken hinderden de groei van cactussen, het favoriete maaltje van C. hoodensis.
In de jaren zestig waren er wereldwijd nog maar vijftien van deze reuzenschildpadden in leven. Onderzoekers en dierentuinen sloegen daarop de handen ineen en kwamen in actie. Ze zetten in gevangenschap geboren reuzenschildpadden uit op het eiland. En met succes, zo schrijft onderzoeker James P. Gibbs zo’n veertig jaar nadat de eerste in gevangenschap geboren reuzenschildpadden voet op Española zetten. “Er zijn nu zo’n 1000 reuzenschildpadden die zich zelfstandig voortplanten. De populatie is veilig. Het is een zeldzaam voorbeeld van hoe biologen en managers samen kunnen werken en een soort die op het punt staat om uit te sterven, kunnen redden.”
Hoewel de populatie nu stabiel is, is het niet direct aannemelijk dat deze de komende jaren nog sterk zal gaan groeien. Daarvoor zal het landschap dat door de geiten verwoest is zich eerst verder moeten herstellen. “Het herstellen van de populatie is één ding, maar het ecologische herstel zal veel langer duren.”