Mensen die er wisselende seksuele contacten op nahouden, kunnen daar in zekere zin weinig aan doen, zo blijkt. Het zit namelijk in de genen.
De onderzoekers baseren hun conclusie op een experiment met meer dan 1500 zebravinken. Dit vogeltje kiest een partner en blijft daarbij, maar houdt er daarnaast vaak nog enkele partners op na.
Zebravink
De onderzoekers lieten een groep zebravinken eitjes leggen en namen deze vervolgens weg en legden ze in het nest van andere zebravinken. Dat kan in principe geen kwaad: het gebeurt vaker dat zebravinken door iemand anders dan hun ouders worden opgevoed.
WIST U DAT…
Genetisch
De vogeltjes die uit de eitjes kwamen, werden bestudeerd. En opvallend genoeg bleken de vogels van ouders die regelmatig ‘vreemdgingen’ zelf ook vaker vreemd te gaan. Dat moest wel in de genen zitten, zo concludeerden de onderzoekers. De vogeltjes waren tenslotte niet opgevoed door hun eigen ouders en konden het gedrag dus niet aangeleerd hebben gekregen.
Factoren
“Het onderzoek verklaart wat we ook onder mensen zien,” vertelt onderzoeker Wolfgang Forstmeier. “Statistieken hebben aangetoond dat ouders die vreemdgaan vaak zonen en dochters krijgen die ook geneigd zijn om vreemd te gaan.” Toch wil dat niet zeggen dat iemand die de genen heeft ook altijd vreemdgaat, zo benadrukt Forstmeier. “Zelfs als een persoon het verlangen heeft, is het nog afhankelijk van de aantrekkelijkheid van die persoon of het lukt.” Ook andere persoonlijkheidskenmerken spelen een rol. Zo zullen extroverte mensen sneller geneigd zijn om vreemd te gaan.
Hoe genen precies invloed uitoefenen op het seksuele gedrag van de mens is onduidelijk. Hormonen lijken echter een rol te spelen.
Bovenstaande foto is gemaakt door Pascal (cc via Flickr.com).