Het bekendste supernovarestant is ongetwijfeld de Krabnevel. In het jaar 1054 na Christus zagen Chinese astronomen een ster ontploffen. Deze explosie was zo helder, dat het restant van de ster 23 dagen lang midden op de dag met het blote oog zichtbaar was. Inmiddels is het restant elf lichtjaar breed en alleen nog met een goede verrekijker of telescoop te observeren.
De Krabnevel is 6.500 lichtjaar verwijderd van de aarde. In het midden van de nevel draait een neutronenster elke seconde dertig keer (!!) om zijn as. Deze ster is even groot als Phobos – één van de manen van Mars – en heeft een straal van circa tien kilometer. Tegelijkertijd is de neutronenster wel zwaarder dan onze zon. Een korreltje neutronen is niet op te tillen en weegt meer dan een groep olifanten bij elkaar. Deze neutronenster beïnvloedt het gas in de omgeving. Op de ruimtefoto van de week – gemaakt door de Hubble-ruimtetelescoop – kun je dit goed zien. Kijk maar eens naar de wervelwind rondom het centrum.
Deze foto van de Krabnevel is minder kleurrijk en chaotisch dan andere foto’s van het gebied, zoals dit bijzondere kiekje uit 2017. Dit komt omdat er maar één filter is gebruikt. Hierdoor zijn wel meer kleine details zichtbaar die op de kleurrijke afbeelding worden overschaduwd.
Wanneer zware sterren aan het einde van hun leven komen, exploderen ze. Wat achterblijft, is een ineengestorte kern en dat noemen we een neutronenster. Neutronensterren zijn de kleinste sterren die er zijn, maar ze hebben een enorme dichtheid. Daarnaast zijn neutronensterren perfecte bollen: zo zijn bergen op deze sterren nog geen één millimeter hoog.
In 2016 maakte de Hubble-telescoop deze fraaie foto van het centrum van de Krabnevel. In het hart zie je de neutronenster. Deze ster produceert jets en die worden regelmatig in de richting van de aarde geworpen. De ster pulseert dan op bepaalde golflengten en lijkt net een kosmische vuurtoren.