Peuters lopen achter de meute aan

Nieuw onderzoek wijst erop dat peuters en chimpansees het gedrag van de meerderheid kopiëren.

Een groot deel van de kennis die u bezit, heeft u uzelf door sociaal leren (ook wel observerend leren genoemd) toegeëigend. U zag hoe anderen iets deden en u deed het na. Ook chimpansees en orangoetans leren op die manier.

Hoe zit het?
Onderzoekers vroegen zich af wat er nu precies voor nodig was om ervoor te zorgen dat chimpansees, orangoetans en mensen gedrag nadoen. Is frequentie bijvoorbeeld belangrijk: moet het gedrag vaak vertoond worden? Of is het aantal mensen of dieren dat het gedrag vertoont belangrijker?

WIST U DAT…

Experiment
Om dat uit te zoeken, zetten de wetenschappers een experiment op, zo is in het blad Current Biology te lezen. Zowel de kleuters als de orangoetans en chimpansees moesten een bal in een gat gooien. In totaal waren er drie gaten. Wanneer de bal zich in een gat bevond, kregen de proefpersonen en -dieren een beloning. Voor ze aan de slag gingen, deden vier soortgenoten het eerst even voor. De eerste gooide de ballen allemaal in gat 1. De andere drie gooiden hun ballen in een ander gat. Daarna waren de proefpersonen die hadden toegekeken aan de beurt. De chimpansees en kleuters gooiden de ballen veel vaker in het gat dat de meerderheid even daarvoor in de voorbeeldronde had gekozen. Orangoetans deden dat niet: zij leken de ballen heel onwillekeurig in een gat te laten verdwijnen.

Frequentie
In een tweede experiment zochten de onderzoekers uit of de frequentie invloed had op de keuze van de proefpersonen en -dieren. Het experiment was hetzelfde als de eerste proef. Alleen deden nu slechts twee kinderen, chimpansees of orangoetans voor hoe het moest. De eerste gooide drie ballen in één van de gaten en kreeg één beloning per bal. De tweede gooide één bal in een ander gat en kreeg één beloning. De kinderen kozen voor het gat waarin de meeste ballen waren gegooid. De chimpansees en orangoetans leken niet bewust voor het ene of het andere gat te kiezen.

Het onderzoek wijst erop dat chimpansees het aantal mensen dat gedrag vertoont heel belangrijk vindt. Belangrijker dan het aantal keren dat het gedrag vertoond wordt. Orangoetans vinden geen van beide factoren belangrijk. Dat laatste is waarschijnlijk te verklaren doordat zij in losse sociale groepen leven. Kinderen vinden zowel frequentie als het aantal mensen dat het gedrag vertoont belangrijk. “Ik denk dat weinig mensen verwacht zouden hebben dat tweejarigen zich al laten beïnvloeden door de meerderheid,” stelt onderzoeker Daniel Haun. Hij benadrukt dat ouders, verzorgers en onderwijzers zich daar wel bewust van zouden moeten zijn. Dat peuters geneigd zijn om te doen wat de meeste anderen doen, lijkt misschien verontrustend. Toch is het evolutionair gezien heel logisch. Gedrag dat door iedereen vertoond wordt, zal over het algemeen veiliger en betrouwbaarder zijn dan uitspattingen van enkele individuen.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd