Rechtdoor bewegen, het lijkt voor mens en dier zo vanzelfsprekend. Maar niet voor de bij: het veelgeplaagde beestje dreigt nu ook nog door pesticiden ongecoördineerd rond te wandelen.
Meer precies: de opto-motorische reactie van bijen raakt verstoord door de bestrijdingsmiddelen sulfoxaflor (isoclast) en imidacloprid. Daardoor lukt het de diertjes niet meer om over een rechte lijn te bewegen. Ze lopen hersenschade op en de genen die ontgifting regelen in het lichaam raken ontregeld. Het is opnieuw bewijs dat moderne pesticiden erg schadelijk zijn voor insecten, zoals bijen, die juist belangrijk zijn voor de natuur.
Eén rechte lijn
Over een rechte lijn lopen is niet alleen een teken van nuchterheid bij een alcoholcontrole van de politie. De test wordt ook door neurologen gebruikt om vast te stellen of je coördinatievermogen nog naar behoren werkt. Wetenschappers hebben nu een speciale insectenversie van de test ontwikkeld. Daarmee tonen ze voor het eerst aan dat moderne bestrijdingsmiddelen schade toebrengen aan het zenuwstelsel van honingbijen waardoor zij dus niet meer in een rechte lijn kunnen lopen. “Onze resultaten zijn reden tot zorg, omdat het vermogen van bijen om accuraat te reageren op visuele informatie cruciaal is voor vliegen en navigeren en dus voor hun overleving”, zegt hoofdauteur dr. Rachel Parkinson van de University of Oxford.
De resultaten, die in vakblad Frontiers in Insect Science verschenen, dragen volgens de VN-Voedsel- en Landbouworganisatie (FAO) bij aan “de snelgroeiende hoeveelheid bewijs dat het huidige gebruik van bestrijdingsmiddelen op grote schaal tot negatieve effecten leidt bij bijen en andere insecten die bevorderlijk zijn voor de natuur.”
Gedesoriënteerd
Insecten hebben een aangeboren opto-motorisch reactievermogen. Daarmee kunnen ze zich oriënteren als ze dreigen af te dwalen van hun route. Ze gaan dan automatisch weer rechtdoor lopen of vliegen. Parkinson en collega’s testten dit vermogen bij een stuk of honderd wandelende honingbijen door in een video een verticale balk van links naar rechts te laten bewegen en weer terug. De bijen denken dan dat ze uit koers zijn geraakt en een corrigerende bocht moeten maken om weer op het rechte pad te komen. Bij een gezonde opto-motorische reactie zullen de bijen weer terug bewegen naar de rechte lijn ergens in het midden van de naar links en rechts bewegende balk.
Of dat ook werkelijk gebeurde? Niet bij de bijen die een smakelijk drankje kregen met sulfoxaflor of imidacloprid erin. De bijen die de pesticiden hadden binnengekregen presteerden veel slechter op de test dan de controlegroep. Ze bewogen bijvoorbeeld veel sneller in de ene richting dan in de andere, reageerden helemaal niet op de beweging van de balken of juist veel te langzaam.
Dode hersencellen
Maar dat was nog niet alles. De onderzoekers ontdekten ook dat de bijen, die het giftige drankje kregen, dode hersencellen hadden in de delen van het brein die belangrijk zijn voor het verwerken van visuele prikkels. Belangrijke genen voor ontgifting waren bovendien ontregeld na blootstelling aan de gifstoffen. Deze veranderingen in de hersenen waren echter niet groot genoeg om de hevige achteruitgang van de opto-motorische reactie te verklaren. “De pesticiden activeren neuronen in de hersenen van de bijen en ze worden niet altijd snel genoeg verwerkt om vergiftiging te voorkomen. De effecten die we zagen, kunnen voortkomen uit een soort herbedrading van het brein: om neurologische schade te voorkomen wordt de gevoeligheid van neuronen voor deze gifstoffen verminderd”, legt Parkinson uit.
Maar veel is nog onduidelijk. “Om het risico van deze insecticiden voor bijen volledig te begrijpen moeten we onderzoeken of de effecten voor rondvliegende bijen echt hetzelfde zijn als voor wandelende bijen. Als bijen niet in staat zijn om vliegend voor deze motorische beperking te corrigeren dan is er grote zorg dat hun vermogen om eten te zoeken, te navigeren en bloemen en gewassen te bestuiven ernstig beperkt wordt.”
Meer bloemen, meer bijen
Er lijkt nu een kleine opleving te zijn, maar het aantal bijen nam jarenlang af. De helft van de 360 bijensoorten in Nederland wordt met uitsterven bedreigd. Dat is een groot probleem. Driekwart van de belangrijkste gewassen is voor zijn voortbestaan afhankelijk van bestuiving door bijen. Zonder bijen kunnen we tal van groente- en fruitsoorten vergeten. Ook koffie en chocola kunnen we van het menu schrappen. Bijen zijn dus broodnodig. Maar waarom gaat het dan mis? Het ontbreekt de diertjes simpel gezegd aan voldoende eten en woonruimte. Verstedelijking, grootschalige landbouw, strakke tuintjes, het heeft veel bloemen doen verdwijnen. En zonder bloem geen bij.
De laatste jaren is er beleid ontwikkeld om te zorgen dat er weer meer bijen komen. Zo zaaien boeren langs hun land een rij bloemen en planten ook gemeenten groen om bijen aan te trekken. Burgers zelf nemen insectenhotels en kiezen steeds vaker voor plantjes waar bijen van houden. Zo helpen we samen de bij er langzaamaan weer bovenop.