Ook dit jaar lagen de wereldwijde temperaturen in juni uitzonderlijk hoog

Vooral in Siberië steeg het kwik naar ongekende temperaturen tot wel tien graden Celsius boven het normaal.

De temperaturen die we afgelopen juni hebben ervaren waren vergelijkbaar met die van juni vorig jaar. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van de Copernicus dienst voor klimaatverandering (C3S). En dat terwijl juni 2019 de boeken in is gegaan als wereldwijd de warmste junimaand ooit gemeten. Met name het noordpoolgebied is dit jaar hard getroffen, waar ongekende temperaturen werden aangetikt.

De feiten op een rij
De temperatuur afgelopen juni was om meerdere redenen opmerkelijk:
– De temperatuur was gelijk aan die van juni 2019, de warmste juni ooit. De temperatuur lag gemiddeld 0,53 graden Celsius hoger dan gemiddeld tussen 1981 en 2010 in dezelfde maand het geval was.
– De regio Siberië kende de grootste afwijkingen in temperatuur, zowel voor juni als de afgelopen 12 maanden
– In het noorden van Europa lagen de temperaturen ver boven het gemiddelde en in het zuiden van Europa onder het gemiddelde

Het meest opvallende was de uitzonderlijke warmte in Siberië. Wie aan Siberië denkt, denkt doorgaans aan ijzige kou. Maar dit jaar verschenen er opvallend milde temperaturen op het toneel. Zo lag de gemiddelde temperatuur in juni tot wel tien graden Celsius boven de normale temperatuur voor die maand. De gemiddelde temperatuur over het volledig landschap in het noordpoolgebied van Siberië was meer dan 5 graden boven het gemiddelde, en meer dan één graad hoger dan in 2018 en 2019, de twee voormalige warmste junimaanden. 

Siberische hittegolf
In mei meldde Copernicus al een lange periode van hoger dan gemiddelde temperaturen in West-Siberië. Die trend begon in december 2019. Opvallend genoeg lag de temperatuur in de maand juni in West-Siberië voornamelijk onder het gemiddelde, wat de grote variabiliteit van het uitgestrekte Siberische gebied nog maar eens goed illustreert. Ondertussen steeg op 20 juni het kwik op sommige plaatsen in Oost-Siberië tot wel 37 graden Celsius. Dezelfde dag werd er nog een recordtemperatuur van 38 graden Celsius aangetikt. Deze nieuwe recordbrekende junitemperatuur ligt 1 à 2 graden Celsius hoger dan eerdere recordtemperaturen in het noordpoolgebied, die in 1969 (in Alaska) en 1973 (in Oost-Siberië) dagenlang aanhielden.

Gemiddelde temperaturen voor juni in het noordpoolgebied van Siberië in vergelijking met het gemiddelde van 1981-2010. Bron: ERA5. Afbeelding: ECMWF Copernicus dienst voor klimaatverandering

Volgens Carlo Buontempo, directeur van C3S, is het nog niet zo gemakkelijk om de oorzaken voor deze recordtemperaturen aan te wijzen. “Er zijn veel factoren die met elkaar samenhangen,” zo verklaart hij. “ Siberië en de poolcirkel in het algemeen kennen grote jaarlijkse schommelingen en hebben al eerder andere relatief warme junimaanden gekend.” Toch maakt Buontempo zich zorgen. “Wat met name zorgwekkend is, is dat de Noordpool sneller opwarmt dan de rest van de wereld. Het is ongebruikelijk dat West-Siberië zo lang in de winter en het voorjaar warmer is dan gemiddeld. De uitzonderlijk hoge temperaturen in het noordpoolgebied van Siberië die zich nu in juni 2020 hebben voorgedaan, zijn eveneens zorgwekkend.”

Windpatronen
Onderzoekers hebben wel een belangrijke factor voor de milde winter- en lentetemperatuur in West-Siberië en de hoge zomertemperaturen in het noordpoolgebied van Siberië aangewezen. Zo heeft dit mede te maken met andere, maar relatief structurele grootschalige windpatronen. De C3S-gegevens wijzen er verder op dat de sneeuwbedekking en de vochtigheid van het grondoppervlak in het Siberische noordpoolgebied in juni 2020 een recorddieptepunt hebben bereikt. Dit heeft waarschijnlijk ook een rol gespeeld bij de ongewoon hoge temperaturen in de regio.

Branden
Het lage vochtgehalte in de bodem is waarschijnlijk tevens een bijdragende factor aan de intense branden die voornamelijk het noordoosten van Siberië teisteren. Het aantal en de intensiteit van de bosbranden in de Russische Republiek Sacha en Autonoom District Tsjoekotka – en in mindere mate delen van Alaska en de Yukon-gebieden – zijn sinds de tweede week van juni toegenomen. Dit heeft geresulteerd in de hoogste geschatte emissies in de 18-jarige dataset van de CAMS. Voor juni werd naar schatting in totaal 59 megaton CO2 in de atmosfeer uitgestoten. Vorig jaar was dat nog 53 megaton in dezelfde maand.

Boven: De Fire Radiative Power van bosbranden in de Sacha Republiek en Autonoom District Tsjoekotka, Rusland (rood) in vergelijking met 2019 (geel) en het daggemiddelde van 2003-2018 (grijs). Onder: Totale CO2-emissie bij bosbranden in megaton in de Sacha Republiek en Autonoom District Tsjoekotka, Rusland. Afbeelding: ECMWF Copernicus atmosfeermonitoringsdienst (CAMS).

“Wat opmerkelijk is aan deze branden in Siberië, is de opvallende gelijkenis met wat we in dezelfde periode vorig jaar hebben gezien,” zegt onderzoeker Mark Parrington. “Zowel wat betreft het getroffen gebied als de omvang van de branden. Vorig jaar was al veruit een ongewone en recordzomer voor branden in de poolcirkel in onze Global Fire Assimilation System dataset, die teruggaat tot 2003. Dit jaar heeft het zich op vergelijkbare wijze ontwikkeld. Als deze trend net zoals vorig jaar verloopt, zullen we de komende weken intense activiteit gaan zien.”

De hoge temperaturen in Siberië kunnen weleens vergaande gevolgen hebben voor het gebied – en tevens de rest van de wereld. Zo zijn onderzoekers bang dat de hoge temperaturen leiden tot het versneld ontdooien van het permafrost. En het ontdooien van deze tot voor kort permanent bevroren ondergrond leidt mogelijk tot het vrijkomen van grote hoeveelheden methaan. Daarnaast zou het kunnen dat de warme lucht zich ook richting de noordpool en mogelijk zelfs richting Groenland verplaatst. En dat kan leiden tot een versnelde smelt van het zee-ijs en de Groenlandse ijskap.

Bronmateriaal

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd