Bossen met maar één boomsoort zijn niet alleen saai en slecht voor de biodiversiteit, ze hebben nog een ander belangrijk nadeel: ze slaan veel minder koolstof op dan wanneer er veel verschillende soorten bomen zijn.
Je zou zeggen: hoe kan dat, een boom is een boom, maar zo werkt het dus niet. Verschillende boomsoorten hebben complementaire eigenschappen, zoals dat heet, die ervoor zorgen dat er in totaal meer koolstof wordt opgeslagen. “Ze zijn bijvoorbeeld beter in staat om de voedselbronnen in een bepaald gebied te benutten. Dus het bos groeit harder dan wanneer één soort onderling op dezelfde manier concurreert om voedingsstoffen”, legt onderzoeker Emily Warner van de University of Oxford uit aan Scientias.nl. “Soorten met een verschillende bladerdakstructuur of met andere strategieën om licht- en voedingsstoffen te bemachtigen groeien dus naar verwachting effectiever samen dan een enkele soort.” Maar er is meer. “Er zijn ook gevallen waarbij één soort een specifieke eigenschap heeft die zorgt voor een betere groei van andere soorten. Zo zijn er stikstofbindende bomen die niet-stikstofbindende bomen van voedingsstoffen kunnen voorzien. Al vonden we in onze studie geen duidelijk voordeel van een stikstofbindende soort in een gemengd bos”, aldus Warner.
Beter voor het ecosysteem
Om de opwarming van de Aarde tegen te gaan en de biodiversiteit te behouden, is het aanplanten van bomen enorm belangrijk. Herstelde bossen kunnen weer meer koolstof opslaan in de grond, de struiken en bomen. Maar daarvoor is het dus wel belangrijk dat we verschillende boomsoorten planten. En niet eens alleen vanwege de koolstofopslag. Gemengde bossen zijn ook beter bestand tegen ongedierte, ziektes en extreme klimaatomstandigheden, wat ook weer de koolstofopslag op de lange termijn verbetert. “De grotere veerkracht van gemengde bossen komt ook door de aanwezigheid van een mix van eigenschappen. Er is bijvoorbeeld bewijs dat iedere boomsoort minder opvalt voor specifieke planteneters en ziektes”, legt de onderzoeker uit, waardoor ze dus beter kunnen overleven. Bovendien is een gemengd bos ook voor andere aspecten beter. “Denk aan het klimaat, de regulering van de waterkwaliteit, behoud van biodiversiteit, ongediertemanagement en recreatieve en culturele doeleinden”, somt Warner op.
Toch veel monoculturen
Hoewel de voordelen van gemengde bossen duidelijk zijn, kiezen veel landen toch voor monoculturen bij bosherstel. Volgens een studie uit 2019 bestond 45 procent van de bosherstelplannen in tropische landen uit de aanplant van monoculturen. “Veel nieuw geplante bossen zijn bedoeld voor de houtproductie en de dominante praktijk is om monoculturen met snelgroeiende soorten te planten, deels omdat dit makkelijker is voor het management en voor het oogsten”, vertelt Warner.
Om tegenwicht te bieden aan dit idee hebben de onderzoekers de koolstofopslag van gemengde bossen vergeleken met die in commerciële monoculturen. Het verschil is gigantisch. “Gemengde aangeplante bossen slaan ruim 70 procent meer koolstof op dan monoculturen”, vertelt Warner. “We vonden de grootste toename in koolstofopslag in bossen met vier boomsoorten vergeleken met één enkele soort.”
Een meta-analyse
Tot die conclusie kwamen de onderzoekers door studies te analyseren die sinds 1975 zijn verschenen over het onderwerp. Die gegevens combineerden ze met recente, nog ongepubliceerde data van een wereldwijd netwerk van boomdiversiteitsexperimenten.
De bestudeerde gemengde bossen varieerden van twee tot zes boomsoorten. De bossen met vier soorten bleken de effectiefste koolstofputten. Een voorbeeld van zo’n bomenmix bestond uit verschillende breedbladige bomen, die overal in Europa voorkomen. Maar zelfs al meng je maar twee boomsoorten dan is het verschil al groot met monoculturen: er werd dan 35 procent meer koolstof opgeslagen.
Ook voordelen voor houtproductie
De resultaten zijn vooral relevant voor bosbeheerders: ze laten zien dat gemengde bossen niet alleen goed zijn voor de koolstofopslag, maar ook voor de productiviteit – de bomen groeien immers harder en leveren dus meer hout dat kan worden verkocht. “Deze studie laat zien hoe groot het potentieel is van de diversificatie van aangeplante bossen, maar ook dat er langetermijndata nodig zijn om de mechanismen achter onze resultaten te onderzoeken”, zegt Warner tot besluit. “Het is hoognodig om verder te bekijken hoe de voordelen van diversificatie voor koolstofopslag afhankelijk zijn van factoren, als locatie, boomsoort en de leeftijd van het bos.” Daarvoor is het bijvoorbeeld interessant om onderzoek te doen in oudere bossen en bossen met meer verschillende boomsoorten.
Warner: “Uiteindelijk moeten we de balans vinden tussen de behoefte van de samenleving aan hout en het herstel van het bos als habitat met gunstige effecten die veel verdergaan dan houtproductie. Door de bossen te diversifiëren kunnen ze in hun leven veel extra voordelen bieden.”