Uit een omvangrijke analyse van gegevens uit zeven verschillende landen blijkt dat ongehuwde mensen tot 80 procent meer kans hebben op symptomen van depressie dan gehuwde mensen. Het onderzoek, dat werd gepubliceerd in het vakblad Nature Human Behaviour, omvatte de gegevens van meer dan 100.000 deelnemers.
Depressie is een veelvoorkomende stemmingsstoornis die zich kenmerkt door aanhoudende gevoelens van verdriet, verlies van interesse in dagelijkse activiteiten en een algemeen gevoel van wanhoop. Het is meer dan een tijdelijk dipje; depressie is een ernstige aandoening die het dagelijks leven van mensen kan beïnvloeden en zelfs volledig beheersen. Het kan zich op verschillende manieren manifesteren, waaronder veranderingen in eetlust, slaapstoornissen, vermoeidheid, concentratieproblemen en gevoelens van waardeloosheid of schuld. Depressie komt naar schatting voor bij 5 procent van de volwassen wereldbevolking.
Eerdere studies hebben al aangetoond dat gehuwde mensen mogelijk een lager risico lopen op depressie, maar deze onderzoeken waren vaak beperkt tot specifieke landen, meestal in het Westen. Het nieuwe onderzoek biedt echter een breder perspectief door meerdere regio’s mee te nemen, waaronder de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Mexico, Zuid-Korea, China, Indonesië en Ierland.
Belangrijkste bevindingen
De studie toont aan dat ongehuwde individuen een bijna 80 procent hogere kans op depressieve symptomen hebben in vergelijking met hun getrouwde tegenhangers. Gescheiden personen hadden een nog hogere kans, namelijk 99 procent, terwijl weduwen en weduwnaars kampen met een 64 procent hoger risico op depressie. Opvallend is dat dit verhoogde risico vooral zichtbaar was in westerse landen zoals Ierland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten, terwijl het in oosterse landen zoals China, Indonesië en Zuid-Korea minder sterk was.
Invloed van demografische factoren
De bevindingen lieten zien dat het verhoogde risico op depressie niet gelijk was voor alle groepen. Zo bleek dat ongehuwde mannen een grotere kans hadden op depressieve klachten dan ongehuwde vrouwen. Ook speelde het opleidingsniveau een rol. Mensen met een hogere opleiding vertoonden een sterkere link tussen ongehuwd zijn en depressie dan mensen met een lager opleidingsniveau.
Verklaringen voor het verband
Volgens de onderzoekers kan het lagere risico op depressie bij gehuwden deels verklaard worden doordat koppels elkaar sociaal kunnen ondersteunen wanneer dat nodig is. Ook is het makkelijker om te leven met twee in plaats van een lonen. Ten slotte wijzen de wetenschappers op de positieve invloeden die getrouwde partners hebben op elkaars welzijn. Toch wijzen de auteurs ook op enkele beperkingen: de gegevens zijn gebaseerd op zelfrapportages, dat wil zeggen persoonlijke invullingen van vragenlijsten, en niet op klinische diagnoses van depressie. Daarnaast waren alle onderzochte koppels heteroseksueel, waardoor geen conclusies getrokken kunnen worden over andere soorten relaties.
Methodologie en omvang van het onderzoek
Het onderzoek gebruikte gegevens uit verschillende onderzoeken die over meerdere jaren lopen, die een looptijd hadden van vier tot achttien jaar. Enkele van de belangrijkste bronnen waren de Amerikaanse National Health and Nutrition Examination Survey (NHANES), de Irish Longitudinal Study on Ageing (TILDA) en de China Health and Retirement Longitudinal Study (CHARLS). Om de representativiteit van nationale populaties te waarborgen, werd gebruikgemaakt van gewogen logistieke regressiemodellen (een statistische methode om relaties tussen variabelen te analyseren).
Overwegingen voor verder onderzoek
Hoewel het verband tussen huwelijkse staat en depressie duidelijk is aangetoond, blijft verder onderzoek nodig om oorzakelijke verbanden beter te begrijpen. Ook moet beter worden onderzocht hoe andere factoren, zoals culturele verschillen en sociaal-economische status, het risico op depressie beïnvloeden. Omdat de gegevens uit zelfrapportages kwamen, kan er ten slotte sprake zijn van vertekening, wat aantoont dat vervolgonderzoek met klinische diagnoses cruciaal is om de resultaten te verfijnen.