Wetenschappers hebben ontdekt dat de ondergrondse oceaan op Enceladus wereldwijd uitstrekt en dus groter is dan gedacht.
De Cassini-ruimtesonde ziet de maan Enceladus lichtjes heen en weer wiebelen. Deze schommelingen zouden veel kleiner zijn, wanneer de ijskorst van Enceladus vast aan het rotsachtige inwendige zou zitten. Dit is echter niet het geval.
Op basis van de waargenomen schommelingen concluderen de onderzoekers dat de ijskorst van Saturnusmaan Enceladus als een losse schil op de ondergrondse oceaan drijft. De astronomen hebben hun bevindingen gepubliceerd in het wetenschappelijke vakblad Icarus.
“We hebben er jaren over gedaan om de schommelingen van Enceladus te meten, maar we zijn overtuigd dat de berekeningen goed zijn”, vertelt onderzoeker Peter Thomas van de Cornell universiteit. Hij is de hoofdauteur van het paper. In totaal analyseerden Cassini-wetenschappers foto’s van Enceladus vanaf 2004. De schommeling is klein, maar meetbaar. Deze schommeling wordt veroorzaakt doordat de ijzige maan niet helemaal rond is en omdat de snelheid van de rotatie om Saturnus niet altijd gelijk is.
Op 28 oktober scheert de Cassini-ruimtesonde vlak langs het oppervlak van Enceladus. Het ruimtevaartuig zal door een pluim vliegen op een afstand van 49 kilometer boven het oppervlak van de maan. We zijn nu al benieuwd naar wat Cassini gaat ontdekken!