Plastic is overal, zo blijkt maar weer eens uit een nieuw onderzoek waarin wetenschappers de samenstelling van bloedpropjes die werden verwijderd nadat ze bloedvaten in onder meer de hersenen en het hart van mensen blokkeerden, onderzochten. In maar liefst 80 procent van de bloedpropjes werden microplastics aangetroffen.
Dat heel kleine stukjes plastic – ook wel microplastics genoemd – ook in het menselijk lichaam rondwaren, komt niet als een verrassing. Tijdens eerdere onderzoeken werden ze bijvoorbeeld ook al aangetroffen in de longen, het hart, het bloed, de lever, teelballen en placenta. Een nieuw onderzoek onthult nu echter nog een plek waar microplastics zich op kunnen houden: in bloedpropjes. Dat is te lezen in het blad eBioMedicine.
Het onderzoek
Voor het onderzoek verzamelden de wetenschappers 30 patiënten bij wie bloedpropjes verwijderd waren nadat ze gediagnosticeerd waren met een beroerte, hartinfarct of diepveneuze trombose. Het ging dan om bloedpropjes die zich respectievelijk ophielden in slagaders in de hersenen, kransslagaders in het hart of bloedvaten in de benen. De onderzoekers bogen zich over de samenstelling van deze bloedpropjes en hoopten zo een aantal prangende vragen te beantwoorden, vertelt onderzoeker Shaowei Guo aan Scientias.nl. “Zijn in deze bloedpropjes microplastics aanwezig? En zoja, in welke concentraties? En wat voor typen microplastics komen het vaakst voor? En hoe groot zijn ze? En is er misschien een verband tussen de concentraties waarin de microplastics voorkomen en de ernst van de ziekte?”
De resultaten
De analyse onthult allereerst dat microplastics inderdaad in bloedpropjes terug te vinden zijn. In 80 procent van de bestudeerde bloedpropjes kwamen namelijk microplastics voor. Hun concentraties liepen gemiddeld uiteen van 61.75 microgram per gram (voor bloedpropjes die uit de hersenen waren gehaald) tot 141.80 microgram per gram (voor bloedpropjes die uit het hart waren verwijderd). In de bloedpropjes werden ook verschillende soorten microplastics teruggevonden. De meestvoorkomende vorm was polyetheen, een type plastic dat bijvoorbeeld gebruikt wordt om flesjes en tasjes van te maken. Maar ook ontdekten de onderzoekers polyacrylaat (wordt ook wel gebruikt in cosmeticaproducten) en polypropeen (dat bijvoorbeeld gebruikt wordt om jerrycans en plastic meubelen te maken). De omvang van de microplastics die in de bloedpropjes werden teruggevonden, liep behoorlijk uiteen. De meeste teruggevonden microplastics waren tussen de 20 en 50 micrometer groot, maar er werden ook microplastics gedetecteerd die tussen de 100 en 500 micrometer groot waren.
Herkomst
Hoe de microplastics in de bloedpropjes beland zijn, is onduidelijk. “We hebben wel demografische informatie verzameld, waarbij we ook keken naar leefgewoonten, het gebruik van plastic producten en de beroepen die mensen beoefenden, maar de resultaten daarvan waren niet uitzonderlijk,” vertelt Guo. In andere woorden: de 30 patiënten leefden een vrij gewoon leven. “Maar we vermoeden – ook afgaand op eerdere studies – dat de microplastics in de bloedpropjes terecht zijn gekomen nadat mensen die microplastics hebben ingeslikt of geïnhaleerd of nadat deze tijdens een medische ingreep in het lichaam zijn beland.”
De 30 patiënten die aan deze studie deelnamen, hebben vanwege hun beroerte, hartinfarct of trombosebeen natuurlijk ook een medische ingreep ondergaan, waarbij de bloedpropjes uit hun lichaam zijn gehaald. In theorie zou het kunnen dat de bloedpropjes tijdens die ingreep met microplastics zijn ‘besmet’, bijvoorbeeld doordat de microplastics los zijn gekomen van door de chirurgen gebruikte materialen of gereedschappen. Om er zeker van te zijn dat dat niet het geval was, hebben de onderzoekers zeven materialen of instrumenten die tijdens het verwijderen van bloedpropjes gebruikt worden – zoals katheters – getest. Vijf daarvan waren tijdens de daadwerkelijke verwijdering van bloedpropjes gebruikt; twee waren nog ongebruikt. Voor alle instrumenten bleek te gelden dat ze geen enorme hoeveelheden microplastics afgaven. “En daarmee is besmetting door microplastics uit de omgeving uitgesloten,” zo concluderen de wetenschappers.
Verband tussen bloedpropjes en microplastics?
Veruit de meest opvallende conclusie die de wetenschappers op basis van hun studie kunnen trekken, is dat er een verband bleek te zijn tussen de concentratie microplastics in de bloedpropjes en de ernst van de ziekte die de patiënten daardoor ondervonden. “In feite betekent het dat wanneer er meer microplastics in de bloedpropjes zitten, de patiënten ernstigere symptomen ondervonden,” vertelt Guo. Het is interessant, omdat het er mogelijk voorzichtig op hint dat microplastics een rol spelen in het ontstaan en de verdere ontwikkeling van bloedpropjes. “Maar meer onderzoek is nodig om dat te kunnen bevestigen,” benadrukt Guo. Op basis van hun onderzoek kunnen de onderzoekers namelijk alleen concluderen dat er mogelijk sprake is van een verband (of correlatie) tussen bloedpropjes en microplastics. Maar ze kunnen op basis van de data niet concluderen dat dat een causaal verband is. “We kunnen dus niet concluderen dat microplastics de vorming van bloedpropjes veroorzaken, maar de microplastics lijken er wel op de één of andere manier mee verbonden te zijn.”
Geen paniek
In afwachting van vervolgonderzoek is het gemakkelijk om je veel zorgen te maken over deze nieuwe bevindingen. Maar dat heeft geen zin, zo benadrukt Guo. “Ik denk dat het belangrijk is om niet in paniek te raken door deze resultaten. Hoewel het klopt dat plastics schadelijk zijn voor het milieu en we nu ook weten dat microplastics aanwezig zijn in bloedpropjes, zijn er nog steeds maatregelen die je als individu kan nemen om milieubewuster en gezonder te leven. Zo kun je het gebruik van plastic producten bijvoorbeeld beperken.”
Guo hoopt ondertussen vooral dat zijn studie onderzoekers aanzet om meer onderzoek te doen naar microplastics, de impact die zij hebben op de menselijke gezondheid en manieren om die impact te verkleinen. “Aangezien microplastics zo wijdverspreid zijn in onze lichamen, is het essentieel dat klinische onderzoekers strategieën ontwikkelen om de belasting die microplastics voor onze patiënten kunnen vormen, aan te pakken.” Gelijktijdig is er echter ook werk aan de winkel voor beleidsmakers. “Zij moeten striktere regelgeving opstellen om de plastic vervuiling terug te dringen.”