Wetenschappers hebben een tot nu toe onbekende Neanderthaler-populatie ontdekt die maar liefst 50.000 jaar in isolatie heeft geleefd. Dit terwijl een andere groep Neanderthalers zich op slechts tien dagen wandelafstand bevond. Deze ontdekking biedt nieuwe inzichten in de mogelijke redenen voor de uitsterving van de Neanderthalers.
In de Rhônevallei in Frankrijk vonden archeologen de overblijfselen van een Neanderthaler die de bijnaam ‘Thorin’ kreeg, een knipoog naar het gelijknamige personage uit Tolkiens werken. Wat aanvankelijk een gewone vondst leek, bleek bijzonder toen Thorins DNA werd geanalyseerd. Zijn genetisch materiaal verschilde sterk van andere Neanderthalers uit dezelfde periode. Wel vertoonde het sterke overeenkomsten met DNA van Neanderthalers die zo’n 105.000 jaar geleden leefden.
Nieuw ontdekte Neanderthaler-populatie
In eerste instantie waren de archeologen in de war. Was Thorin daadwerkelijk zo oud, of speelde er iets anders? Na zeven jaar onderzoek bracht isotopenanalyse van zijn botten en tanden duidelijkheid: Thorin leefde in een ijstijdklimaat, wat kenmerkend is voor de late Neanderthalers. Dit leidde tot de conclusie dat hij behoorde tot een populatie die zich ongeveer 105.000 jaar geleden had afgesplitst en vervolgens tientallen duizenden jaren in isolatie leefde. Opvallend is dat Thorins DNA verwant bleek aan dat van een Neanderthaler uit Gibraltar. Dit wijst op het bestaan van een Neanderthaler-populatie die zich mogelijk uitstrekte van het westen van Europa tot aan de Rhônevallei in Frankrijk. Deze groep bleef echter volledig afgescheiden van andere Neanderthalers.
Isolatie hielp Neanderthalers de das omdoen
Deze ontdekking verandert het beeld van de laatste dagen van de Neanderthalers. Waar eerder werd gedacht dat er aan het einde slechts één populatie over was, blijkt nu dat er minstens twee geïsoleerde groepen waren, die ondanks hun nabijheid niet met elkaar in contact stonden. Volgens de wetenschappers bevonden de twee populaties zich duizenden jaren lang op slechts een wandelafstand van tien dagen. Deze langdurige isolatie kan een rol hebben gespeeld in hun uitsterven. Kleine, geïsoleerde gemeenschappen zijn immers kwetsbaarder voor klimaatveranderingen en ziektes, en missen de voordelen van kennisuitwisseling en culturele ontwikkeling die grotere groepen wel hebben.
Mogelijk zijn er meer onontdekte groepen
Hoewel deze vondst belangrijke nieuwe inzichten biedt, blijven er veel vragen over. Verdere genetische analyses zijn nodig om volledig te begrijpen hoe Neanderthaler-populaties georganiseerd waren en waarom ze uiteindelijk uitstierven. Martin Sikora, een van de auteurs van de studie, die in vakblad Cell Genomics werd gepubliceerd, gelooft dat deze geïsoleerde groep mogelijk niet uitzonderlijk is. “Ik zou denken dat als we meer genomen hadden van andere regio’s tijdens deze vergelijkbare periode, we waarschijnlijk andere diep gestructureerde populaties zouden vinden”, klinkt het.
Nog veel vragen over uitsterven Neanderthalers
Het mysterie rond het verdwijnen van de Neanderthalers blijft wetenschappers fascineren. Er zijn verschillende theorieën die proberen te verklaren waarom deze mensachtige uiteindelijk het onderspit delfde. Een van de meest gangbare verklaringen wijst naar klimaatverandering. Ongeveer 40.000 jaar geleden onderging Europa een reeks snelle en extreme klimaatschommelingen. Deze zouden de leefomgeving van de Neanderthalers drastisch hebben veranderd, waardoor hun voedselvoorziening in gevaar kwam. Mogelijk waren ze niet flexibel genoeg om zich aan te passen aan deze nieuwe omstandigheden.
Een andere veelgehoorde theorie draait om de komst van de moderne mens, Homo sapiens, in Europa. Onze voorouders zouden beter toegerust zijn geweest om met de veranderende omstandigheden om te gaan, dankzij geavanceerdere werktuigen en mogelijk betere sociale structuren. Sommige wetenschappers suggereren dat er sprake was van directe competitie, terwijl anderen denken dat de interactie tussen Homo sapiens en Neanderthalers subtieler was. Zo zouden ziektes overgedragen kunnen zijn waar Neanderthalers geen weerstand tegen hadden. Ook is er bewijs voor kruising tussen de twee soorten, wat zou kunnen hebben bijgedragen aan de geleidelijke ‘absorptie’ van Neanderthalers in de Homo sapiens-populatie.