Het wordt steeds duidelijker dat infectieziekten afkomstig van dieren veel impact kunnen hebben op een samenleving en zelfs op de hele wereldbevolking. Daarom moeten we de routes tussen ons en wilde dieren zo veel mogelijk beperken, dat stellen onderzoekers van de Cornell University College of Veterinary Medicine.
Zoönoses zijn ziekteverwekkers die overspringen van mens op dier. Naast het coronavirus gaat dat bijvoorbeeld om virussen die vogelgriep veroorzaken. Dat die overspringende virussen grote gevolgen kunnen hebben, is door de coronapandemie wel bewezen. Maar virussen springen over het algemeen niet ‘zomaar’ over van dier op mens. Ook in het geval van het coronavirus zaten daar waarschijnlijk verschillende gastheren tussen. Om toekomstige uitbraken te beperken, brachten onderzoekers van Cornell University College of Veterinary Medicine verschillende routes voor infecties van dieren naar mensen in kaart.
Daar zou je huisdier wel eens een belangrijke in kunnen spelen, blijkt uit die analyse. Huisdieren en ‘peri-domestieke wilde dieren’ – wilde dieren die relatief dicht bij ons staan, zoals stadsvogels of muizen – vormen namelijk belangrijke brug tussen de mens en wilde dieren. Bacteriën als Salmonella verspreiden zich bijvoorbeeld door voedsel met meerdere dieren te delen, maar ook contact met zwerfdieren of het jagen van katten op wilde knaagdieren maakt de route van een virus naar de mens heel kort (zie afbeelding).
Zwijnen en makaken
Hoewel mens en dier al eeuwen samen en langs elkaar leven, vermoeden de onderzoekers dat het overspringen van virussen nu makkelijker en sneller kan verlopen. Dat komt voornamelijk door ons eigen gedrag. Met name door het verstoren van natuurgebieden. Zo bleek eerder al dat Zuidoost-Azië wel eens het beginpunt voor een nieuwe zoönose kan worden, omdat mensen daar bossen hebben gekapt en palmolieplantages zijn begonnen. “Die plantages leveren ideale voorplantingsomstandigheden voor makaken en wilde zwijnen”, vertelde onderzoeker Matthew Luskin daarover aan Scientias. “We zagen dat er 400 procent meer wilde zwijnen en makaken voorkwamen in bossen in de buurt van plantages vergeleken met onaangeroerde gebieden. Zowel van varkens als makaken is bekend dat ze dragers zijn van ziektes die kunnen worden overgedragen op mensen. En ze zijn de meest voorkomende diersoorten in een regio die beschouwd wordt als een zoönosenhotspot”, klinkt het waarschuwend.
Klimaatverandering
Daarnaast zorgt klimaatverandering ervoor dat wilde dieren zich gaan verplaatsen. Zo zullen ziekteverwekkende muggen die eerder vooral in het Afrikaanse klimaat voorkwamen steeds vaker de oversteek maken naar koelere gebieden, en ook daar weer met nieuwe soorten in contact komen. Ook zijn er nog nooit zo veel mensen op aarde geweest, en kunnen we ons als soort gemakkelijker over de hele wereld verplaatsen. Dat in combinatie met dat het aantal huisdieren en zwerfdieren toeneemt zorgt voor “een complex netwerk van gastheren en ziekteverwekkers”, stelt het onderzoek. “Dat zorgt er allemaal voor dat het risico op ziektes die van dieren op mensen kunnen overgaan, zoals coronavirussen, groter wordt.”
Dierengezondheid
Wat kunnen we hieraan doen? Om menselijke gezondheid te beschermen is het belangrijk om ook de dierengezondheid serieus te nemen, zeggen de onderzoekers. Als voorbeeld noemt het onderzoek de Guinea worm, Dracunculus medinensis. Deze parasitaire worm was lange tijd een groot probleem voor de wereldwijde volksgezondheid, maar kon redelijk gemakkelijk worden uitgeroeid. In veel gebieden is dat ook gelukt door besmettingen bij de mens goed in de gaten te houden en door toegang tot schoon drinkwater makkelijker te maken. Maar terwijl het aantal menselijke besmettingen afnam, groeide het aantal besmettingen bij huisdieren, met name bij honden. Om deze worm, en soortgelijke verwekkers, écht uit te roeien moeten we dus niet alleen naar onszelf kijken, maar ook naar andere gastheersoorten: ook onze huisdieren. De onderzoekers pleiten daarom voor het handhaven op vaccinatieprotocollen en voor preventieve anti-parasitaire behandelingen. Een andere oplossing is door je huisdieren minder in contact te laten komen met wilde dieren, en je katten dus binnen te houden, aldus de onderzoekers.
De infectiemodellen zijn nog lang niet compleet. Voor een uitgebreider beeld moet er een verschil moet worden gemaakt tussen situaties waarin ziekteverwekkers overspringen van hun gastheer naar mensen – zoals bijvoorbeeld het rabiësvirus dat zorgt voor hondsdolheid – en situaties waarin na een ‘overspringer’ de verspreiding vervolgens via de mens gaat, zoals bij het coronavirus. Maar ook dan blijft het lastig om toekomstige infectieziekten te voorspellen. “Epidemiologische netwerken, net als ecologische netwerken, zijn continu aan het veranderen, mede door de mens.”