Dat suggereren experimenten die in een lab op aarde zijn uitgevoerd.
Onderzoekers van de universiteit van Wenen bestudeerden interacties tussen een microbe die op aarde voorkomt en mineralen die op Mars te vinden zijn. Ze kozen in hun experimenten voor de bacterie Metallosphaera sedula: een micro-organisme dat in extreme omgevingen – denk aan gebieden met veel vulkanische activiteit – leeft. Daarnaast mixten ze verschillende mineralen om het oppervlaktemateriaal (regoliet) dat in verschillende tijdvakken op verschillende plekken op Mars te vinden was, na te bootsen.
Zodra de bacterie toegang kreeg tot het nagebootste Martiaanse regoliet, koloniseerde deze het oppervlaktemateriaal meteen. Maar dat niet alleen: de microbe begon middels zijn stofwisselingsprocessen het regoliet ook te veranderen. “M. sedula (…) laat specifieke sporen achter: een ‘vingerafdruk’ zou je kunnen zeggen,” vertelt onderzoeker Tetyana Milojevic.
De aanwijzingen dat Mars in een ver verleden leefbaar was, stapelen zich de laatste jaren op. Maar bewijs dat er ook daadwerkelijk leven op Mars is geweest: dat is er nog niet. Dit onderzoek kan daar wellicht verandering in brengen. Als er ooit microben op Mars hebben geleefd, hebben ze wellicht hun sporen nagelaten en door naar die sporen te zoeken, kunnen we hun bestaan bewijzen. “De verkregen resultaten vergroten onze kennis omtrent biogeochemische processen van mogelijk buitenaards leven en voorzien ons van specifieke indicaties voor de detectie van sporen van leven in buitenaards materiaal,” denkt Milojevic. En daarmee komen we weer “een stapje dichter bij het bewijzen van eventueel buitenaards leven”.