De vermeende planeet is nog volop in groei.
De astronomen bestudeerden de stofschijf rond de jonge dubbelster CS Cha toen ze aan de rand van hun afbeeldingen op een klein stipje stuitten. Natuurlijk was hun interesse direct gewekt. Om meer duidelijkheid te krijgen over de aard van dit stipje doken ze de archieven in. En jawel, ze ontdekten de stip – maar dan veel onduidelijker – ook op beelden die negentien jaar geleden door ruimtetelescoop Hubble waren gemaakt. En ook de Very Large Telescope had de stip elf jaar geleden al vastgelegd. De onderzoekers vergeleken de beelden van Hubble en de VLT met de beelden die zij gemaakt hadden en zagen dat de stip met de dubbelster meebeweegt en er dus bij lijkt te horen.
Piepjong
De onderzoekers vermoeden dat het begeleidende stipje een piepjonge planeet is. Maar zeker weten ze dat niet. Het zou net zo goed een bruine dwergster kunnen zijn, legt onderzoeker Christian Ginski uit. “Het bijzondere is dat het licht van de begeleider sterk gepolariseerd is. Zo’n voorkeursrichting ontstaat meestal als licht onderweg verstrooid wordt. Wij vermoeden dat de begeleider omringd is door een eigen stofschijf. Het lastige is dat de schijf een groot deel van het licht blokkeert en dat we daarom moeilijk kunnen bepalen hoe zwaar de begeleider is. Het zou dus een bruine dwerg kunnen zijn maar ook een super-Jupiter in zijn peuterjaren. De klassieke planeetvormingsmodellen laten ons hier gewoon in de steek.”
Groeien
Als het een planeet is, is deze ongetwijfeld nog in de groei. Ook de sterren waar de vermeende planeet bij hoort, zijn met een leeftijd van twee tot drie miljoen jaar nog piepjong. Ze staan op zo’n 538 lichtjaar afstand in een stervormingsgebied in het sterrenbeeld Kameleon.
Natuurlijk willen de onderzoekers graag meer duidelijkheid krijgen over de aard van deze begeleider. En dat is ook mogelijk; met het Atacama Large Millimeter/submillimeter Array zouden we de stofschijf en begeleider beter in beeld moeten kunnen krijgen.