Het Lijfs is sinds deze maand officieel een dode taal. Grizelda Kristina, de laatste spreker van het Lijfs (of Lijflands), is begin deze maand op 103-jarige leeftijd overleden.
Grizelda Kristina werd in 1910 geboren in Vaide, één van de dorpjes aan de noordelijke kust van Letland. Ze vluchtte tijdens de Tweede Wereldoorlog samen met haar man. De laatste jaren leefde ze in Canada, waar ze op 2 juni overleed.
Al langere tijd proberen wetenschappers om het Lijfs te behouden. Zo heeft Grizelda Kristina haar taal opgenomen voor wetenschappers. De onderzoekers voltooiden in 2000 een speciaal lesboek om Lijflands door te geven aan volgende generaties. Toch is het lastig om het Lijfs nieuw leven in te blazen, aangezien niemand het meer spreekt.
Steeds minder sprekers
Het Lijfs was een Oostzeefinse taal en werd gesproken door inwoners van het vroegere Lijfland. Lijfland bestond uit Estland en Letland, maar verloor in de loop der jaren steeds meer terrein. In de dertiende eeuw hadden 30.000 mensen het Lijfs als moedertaal, maar in 1852 was dit aantal gereduceerd tot 2394.
Verscheurd door communisten
Hoe kan het dat het Lijfs is uitgestorven? Dit komt door een reeks gebeurtenissen, zoals de Vrede van Nystad in 1721. Lijfland en Koerland werden vanaf toen provincies van Rusland. Twee eeuwen later werd Letland gedwongen om zich aan te sluiten bij de Sovjet-Unie, waardoor Lijfland minder van betekenis werd.
Gelukkig kunnen we anno 2013 nog steeds het Lijfs horen. Bijvoorbeeld via onderstaande video.