Kwelders beschermen onze kust, maar niet waar dat het meest nodig is

Op het laagste punt ligt Nederland 6,78 meter onder zeeniveau. Zonder dijken, duinen, waterwerken én kwelders zouden we het water nooit buiten de deur kunnen houden. Onderzoekers hebben nu bekeken in hoeverre de kwelders langs de randen van de Waddenzee voldoende hun beschermende werk doen.

Wetenschappers van de Rijksuniversiteit Groningen in samenwerking met onderzoeksinstituut NIOZ en waterschap Noordzijldervest hebben gedurende drie jaar de golven gemonitord die tijdens stormen op de Noord-Nederlandse kust beuken. “Na een storm bezochten we steeds snel het onderzoeksgebied om de impact van de golven te bestuderen”, vertelt ecoloog Beatriz Marin-Diaz. Dat onderzoeksgebied betrof de kust van de Waddenzee, waar zich wadden en kwelders bevinden. “De meeste kennis over de bescherming van deze kwelders komt van modellen. Er zijn maar weinig data van wat er werkelijk in de open lucht gebeurt.”

Het waddengebied in kaart
En dus besloot ze zelf op pad te gaan. Ze mat de hoogte en de breedte van wadplaten en kwelders, keek naar de vegetatie die er groeide en registreerde de kracht van de golven en de hoogte van de vloedlijn op de dijken. Data over windkracht en windrichting ontving Marin-Diaz van het KNMI. Tenslotte bracht ze de ontwikkeling van de kwelders in kaart door twintig jaar terug te kijken naar de veranderingen in de omvang. “In het algemeen zijn de kwelders even groot gebleven of tot 400 meter uitgebreid. Slechts in enkele gebieden zijn ze geslonken”, vertelt de onderzoeker aan Scientias.nl.

Na drie stormseizoenen wist ze het zeker: de kwelders verminderden inderdaad de impact van de golven op de dijken. “De belangrijkste boodschap is dat de kwelders effectiever zijn in het verminderen van golfslag tegen de dijken dan kale wadden”, legt Marin-Diaz uit. “Daarbij maakt de windrichting niets uit. Ook de blootstelling ten opzichte van de Waddeneilanden en de vegetatie hadden geen invloed.” Dat verbaasde de onderzoeker wel enigszins. “Het was verrassend dat de kwelders die hoger lagen altijd zorgden voor minder golfslag tegen de dijken, ongeacht de windrichting van de storm.”

Kwelders bieden bescherming
Wat overigens wel uitmaakte was de hoogte van de kustlijn en de breedte van de kwelders: hoe hoger en breder die waren, hoe meer bescherming ze boden tegen de golven. Hoe dat precies werkt? “De dijken waar kwelders voor liggen, krijgen minder hoge golven te verduren en het water beukt ook minder hoog tegen de dijken aan tijdens stormen vergeleken met dijken waar slechts kaal wad voor ligt. Met andere woorden: deze gebieden zijn beter beschermd tegen overstromingen. Dat komt doordat de kwelders de golven verminderen doordat ze hoger liggen en vegetatie bevatten”, verklaart Marin-Diaz.

Measuring the tide mark after a storm
Hier wordt de vloedlijn op de dijk gemeten na een storm. Foto: B. Marin-Diaz

Maar de onderzoeker ontdekte nog meer. Zo bleken er geen kwelders te zijn in gebieden waar de wadplaten niet zo hoog liggen. Het komt erop neer dat de kwelders zich juist uitbreiden in gebieden waar het voorliggende wad hoger is (meer dan een halve meter boven het gemiddelde lokale zeeniveau) terwijl de kwelders zich terugtrekken waar de wadden afkalven door erosie. “De gebieden waar de kwelders zich niet ontwikkelen hebben juist meer bescherming nodig. Onze conclusie is dan ook dat op sommige locaties nog steeds andere oplossingen nodig zijn, omdat de natuurlijke bescherming niet effectief genoeg is.”

Inschatten benodigde dijkverzwaring
Dat is goed om te weten voor het waterschap. “De studie levert data waarmee we de golfhoogte en de waterstand tegen de dijk kunnen inschatten, afhankelijk van de aanwezigheid en eigenschappen van de kwelders ervoor”, vertellen Kornelis de Jong en Jan-Willem Nieuwenhuis van het waterschap Noorderzijlvest. “We kunnen nu bepalen wat er aan dijkversterking nodig is op plekken met en zonder kwelders. Dat heeft invloed op toekomstige dijkverzwaringen en de kosten daarvan.”

In gebieden waar de kwelders niet van nature ontstaan, kunnen menselijke interventies helpen om ze daar wel te krijgen. “Je kunt sedimentvelden aanleggen of sediment toevoegen om de groei van nieuwe kwelders te stimuleren, al zitten er ook nadelen aan het creëren van nieuwe kwelders. Dat gaat ten koste van de wadden, die belangrijk zijn voor bijvoorbeeld waadvogels. Bovendien kunnen kwelders in sommige gebieden simpelweg niet groeien, zelfs niet als we een handje helpen. In dat geval is het versterken van de dijken misschien nodig”, besluit Marin-Diaz.

Bronmateriaal

"Using salt marshes for coastal protection: effective but hard to get where needed most" - Journal of Applied Ecology
Interview met ecoloog Beatriz Marin-Diaz van de Rijksuniversiteit Groningen en de University of Florida
Afbeelding bovenaan dit artikel: Kloeg008 / Getty (via Canva.com)

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd