Klimaatverandering zorgt er niet langer voor dat de Arctische lente vroeger begint

In plaats daarvan zien onderzoekers tegenwoordig iets veel rommeligers, waarbij het begin van de lente van jaar tot jaar drastisch verschilt.

Ondertussen weten we al een tijdje dat het Arctisch gebied veel sneller opwarmt dan de rest van de wereld. Die razendsnelle opwarming heeft allerlei gevolgen. Ongeveer vijftien jaar geleden verkondigden wetenschappers bijvoorbeeld dat het hierdoor in het noordpoolgebied veel eerder lente is. Maar dat is nu niet meer het geval, zo tonen onderzoekers in een nieuwe studie aan. De nieuwe, hedendaagse situatie is eigenlijk nog veel nijpender.

Eerder lente
De Arctische poolcirkel is een gebied in transitie. En om die ontwikkelingen op de voet te volgen, lanceerden onderzoekers al in 1996 een monitoringsprogramma. In dit programma bepaalden ze de dag van het jaar waarin planten voor het eerst bloeiden, vogels nestelden, amfibieën jongden en insecten tevoorschijn kwamen. De eerste gegevens werden na tien jaar geanalyseerd. En de bevindingen onthulden een duidelijk patroon. Zo ontdekten de onderzoekers dat bijvoorbeeld geleedpotigen tot wel vier weken eerder verschenen dan voorheen. Uiteindelijk concludeerde het team dat de Arctische lente in feite veel eerder dan vroeger zijn intrede deed.

Opnieuw
In de nieuwe studie hebben de onderzoekers uitgezocht of deze eerder ontdekte trend nu, vijftien jaar later, nog steeds bestaat. “Als wetenschappers zijn we verplicht om eerdere studies opnieuw te overwegen,” vertelt onderzoeker Niels Martin Schmidt. “We kunnen dan bepalen of de op dat moment verkregen kennis nog steeds klopt.”

Extreme variatie
Na analyse van de gegevens verzameld tussen 1996 en 2020, komen de onderzoekers tot een opmerkelijke ontdekking. Zo blijkt dat klimaatverandering er helemaal niet meer voor zorgt dat de Arctische lente vroeger begint. In plaats daarvan lijkt het erop dat de intrede van de Arctische lente nu de ene keer vroeg begint en de andere keer juist veel later, aangejaagd door wisselende klimaatomstandigheden. “We ontdekten dat een eerdere Arctische lente niet langer het heersende patroon is,” concludeert Schmidt. “Eigenlijk is die eerder waargenomen trend helemaal verdwenen. We zien nu dat het begin van de lente wordt bepaald door extreme, jaarlijkse variaties.”

Rommelig
Volgens Schmidt liet het vorige patroon gestaag stijgende temperaturen en afnemende sneeuwbedekking zien. Maar de huidige situatie is veel rommeliger. Zo blijkt dat de temperatuur niet langer constant stijgt en dat de sneeuwbedekking van jaar tot jaar drastisch fluctueert. “In sommige jaren zien we bijna geen sneeuw in de lente, terwijl er in andere jaren sneeuw ligt tot aan de zomer,” legt Schmidt uit. “Hierdoor hebben we over het algemeen een warmer, maar veel onvoorspelbaarder lenteklimaat. Sommige soorten weten hier simpelweg geen raad mee.”

Uit de pas
Planten en dieren zijn over het algemeen redelijk flexibel. Zo kunnen ze zich doorgaans goed aanpassen aan het heersende klimaat. Toch suggereert het nieuwe bewijs dat sommige soorten hun limieten lijken te hebben bereikt. Bepaalde planten bloeien gedurende warme zomers bijvoorbeeld niet zo vroeg als je zou verwachten. Naarmate het noordpoolgebied blijft opwarmen, voorspellen de onderzoekers dat een groeiend aantal soorten ‘steeds meer uit de pas zal lopen met de klimatologische omstandigheden’.

Verrassend
Kortom, het klimaat vertoont momentele grote variaties, die organismen en hele ecosystemen tot het uiterste drijven. “We hadden eigenlijk wel verwacht dat een eerdere intrede van de Arctische lente niet kon blijven doorgaan,” zegt Schmidt. “Maar dat we zo’n consistente verschuiving zouden zien bij zoveel verschillende organismen en dat het hele ecosysteem nu lijkt te worden aangedreven door variaties in klimatologische omstandigheden, was wel verrassend.”

De onderzoekers willen per soort gaan uitzoeken hoe ze op verschuivende klimaatpatronen reageren. Ook willen ze de gevolgen hiervan op onder andere de bestuiving verder bestuderen. Daarom zijn langetermijnstudies ook zo belangrijk. “Deze inzichten kunnen alleen worden verkregen dankzij langetermijnstudies, waarbij er voor meer dan 25 jaar in zeer afgelegen uithoeken van de wereld monsters worden verzameld,” benadrukt Schmidt. “Voortdurende monitoringsprogramma’s zijn essentieel om ecosystemen te begrijpen en veranderingen in de dynamiek aan het licht te brengen.”

Bronmateriaal

"Earlier and earlier high-Arctic spring replaced by “extreme year-to-year variation”" - Cell Press (via EurekAlert)
Afbeelding bovenaan dit artikel: Kamchatka (via canva.com)

Fout gevonden?

Voor jou geselecteerd