Terwijl mensen doorgaans proberen om zo subtiel mogelijk in hun neus te peuteren, pakt deze aap het een stuk rigoureuzer aan.
Voor het eerst zijn onderzoekers er getuige van geweest dat een wilde kapucijnaap (Sapajus libidinosus) gereedschap gebruikt om in haar neus te peuteren en viezigheid van tussen haar tanden te halen. Ze beschrijven hun waarnemingen in het blad Primates.
De gereedschappen
De onderzoekers zagen het allemaal voor hun ogen gebeuren in het Serra da Capivara Nationale Park in Brazilië. Een vrouwelijke wilde kapuchijnaap peuterde met zeker vier verschillende gereedschappen in haar neus en mond. Het eerste gereedschap was een dun en flexibel grasachtig stengeltje, de overige drie waren korte, stevigere stengels die op de grond lagen.
Nies
Wanneer de aap in haar neus peuterde, volgde opvallend vaak een nies, zo schrijven de onderzoekers. Zodra de aap moest niesen, haalde ze het gereedschap snel uit de neus en veegde haar neus af met haar hand en arm. Wanneer de aap de gereedschappen als een tandenstoker gebruikte, plaatste ze deze eerst zorgvuldig in haar mond om de stengels vervolgens snel heen en weer te bewegen.
Wat te doen met de ‘oogst’?
En dan de vraag die ons natuurlijk allen bezighoudt: wat deed de aap met het eruit gepeuterde spul? In veel gevallen inspecteerde ze het zorgvuldig om het gereedschap met daaraan het eruit gepeuterde spul vervolgens af te likken. Dat deed ze zowel wanneer ze in haar neus als in haar mond had gepeuterd, zo schrijven de onderzoekers.
Bijzonder
Het is niet ongebruikelijk dat wilde kapucijnapen gereedschappen gebruiken. Zo weten we dat mannelijke kapucijnapen veelvuldig gebruik maken van gereedschappen wanneer ze op zoek zijn naar voedsel. Het is echter voor het eerst dat onderzoekers een wilde kapucijnaap gereedschappen zien gebruiken om in de neus en mond te peuteren. Extra opvallend is dat het ook nog eens een vrouwtje is: nog nooit hebben onderzoekers een wilde volwassen vrouwelijke kapucijnaap gereedschappen zien gebruiken.
Vooralsnog lijkt het gedrag van de vrouwelijke kapucijnaap een idiosyncrasie, oftewel een eigenaardigheid van slechts één individu. Maar de onderzoekers sluiten niet uit dat andere apen het gedrag – wanneer ze het bij deze aap zien – na gaan doen.