In Nederland en België stappen we massaal op de fiets. Naar school, naar het werk, voor de boodschappen of gewoon voor de lol. Goed voor het milieu en de conditie, dat wisten we al. Maar nu blijkt: ook je brein vaart er wel bij.
Een onderzoek waarbij de gegevens van bijna een half miljoen mensen zijn onderzocht, laat zien dat regelmatig fietsen de kans op dementie flink verkleint. Wetenschappers volgden de gezondheid van de deelnemers meer dan dertien jaar en ontdekten dat fietsers 20 procent minder risico lopen. Het onderzoek werd gepubliceerd in het vakblad JAMA Network Open.
Bijna half miljoen Britten
De onderzoekers gebruikten meerbepaald de gegevens van 479.723 Britten uit de UK Biobank, verzameld tussen 2006 en 2010. Deze mensen, destijds tussen de 40 en 69 jaar oud, vertelden hoe ze zich meestal verplaatsen. De wetenschappers deelden hen in vier groepen in: mensen die vooral de auto of het openbaar vervoer pakken, wandelaars, mensen die wandelen combineren met passief transport, en fietsers, inclusief zij die fietsen combineren met andere manieren van reizen.
Na een follow-up van gemiddeld 13,1 jaar bleken 8.845 deelnemers dementie te hebben ontwikkeld. Dat is 1,8 procent van de groep, met 528 gevallen van vroege dementie (voor je 65ste) en 8.276 gevallen van latere dementie. Van al deze gevallen ging het 3.956 keer specifiek om de ziekte van Alzheimer.
Fietsers scoren
De resultaten zijn helder: fietsers hebben een 20 procent lagere kans op dementie vergeleken met de niet-actieve groep. Dit gold voor zowel vroege als late vormen van de ziekte. Maar alleen wandelen? Dat liet geen duidelijke bescherming zien. Sterker nog, bij de ziekte van Alzheimer zagen de onderzoekers zelfs een iets hoger risico bij wandelaars. Wie wandelen combineerde met ander transport, had wél een kleine risicodaling.
Wat gebeurt er in je hoofd?
Om te snappen waarom fietsen zo’n verschil maakt, bekeken de wetenschappers hersenscans van 44.801 deelnemers. Wat bleek? Fietsers hebben een grotere hippocampus, een belangrijk hersengebied voor je geheugen. Ook andere delen van de hersenen lieten positieve effecten zien. En er was meer: het voordeel van fietsen was het grootst bij mensen zonder het APOE ε4-gen, een risicofactor voor dementie. Maar zelfs met dat gen had fietsen nog steeds een gunstig effect.
Waarom dit onderzoek stevig staat
Dit is geen kleinschalig project. Met bijna een half miljoen deelnemers en een lange follow-up biedt het stevige conclusies. De onderzoekers hielden rekening met allerlei factoren die dementie kunnen beïnvloeden, zoals leeftijd, geslacht, opleiding, roken, alcohol en gezondheid. Dat maakt de resultaten extra betrouwbaar. Bovendien legden ze de vervoersgewoonten vast vóór de diagnose, wat helpt om oorzaak en gevolg beter te begrijpen.
Er zijn kanttekeningen
Toch is het onderzoek niet perfect. De vervoersgewoonten werden maar één keer gemeten, aan het begin. Als iemand later minder ging fietsen of meer ging wandelen, bleef dat buiten beeld. Ook vertrouwden de onderzoekers op wat mensen zelf zeiden en dat is niet altijd precies. Plus: meer dan 85 procent van de deelnemers was van Europese afkomst, dus het is onzeker of dit voor iedereen geldt.
Meer onderzoek nodig
De wetenschappers willen daarom verder onderzoeken. Ze pleiten voor studies die vervoersgedrag vaker checken en nog langer duren, zeker voor vroege dementie waar de aantallen klein waren. Ook willen ze dieper graven in hoe fietsen je hersenen precies beschermt.