De ijsberg kwam dit weekend los van de Brunt-ijsplaat; een enorme, op het water drijvende ijsmassa waarop ook het beroemde onderzoeksstation Halley VI gestationeerd is.
De geboorte van de enorme ijsberg zat er al een tijdje aan te komen en heeft niets te maken met klimaatverandering, zo benadrukken onderzoekers. De komende periode zal moeten blijken of het afkalven van de ijsberg van invloed is op de stabiliteit van de resterende ijsplaat – en dus ook op de toekomst van Halley VI.
Geen verrassing
De enorme ijsberg – met een oppervlakte van zo’n 1550 vierkante kilometer en een dikte van zo’n 150 meter – kwam afgelopen weekend los van de Brunt-ijsplaat in Antarctica. Dat kwam niet als een verrassing; het was al jaren bekend dat in de ijsplaat verschillende grote scheuren zaten. En wanneer die de rand van de ijsplaat – of elkaar – ontmoeten, kunnen behoorlijke stukken ijs loskomen.
2021
De laatste keer dat dat gebeurde, was in 2021. Toen maakte een ijsberg net iets kleiner dan het exemplaar dat dit weekend afkalfde, zich los van de Brunt-ijsplaat. Deze ijsberg – A74 genaamd – is inmiddels van de Brunt-ijsplaat vandaan gedreven en bevindt zich momenteel in de Weddellzee.
En dit weekend was het dus weer raak. Boosdoener was Chasm 1: een enorme scheur die al jaren in de Brunt-ijsplaat zit, maar zich eigenlijk altijd gedeisd hield. Tot 2012. Toen begon deze scheur opeens langer en breder te worden. En dit weekend bereikte deze de de rand van de ijsplaat, waardoor een enorme brok ijs loskwam, zo blijkt ook uit satellietbeelden die vanmorgen zijn vrijgegeven en waarop de losgekomen ijsberg te zien is (zie hieronder). De verwachting is dat deze ijsberg de route van A74 gaat volgen en zich van de ijsplaat vandaan, richting de Weddellzee zal begeven.
Yesterday, a 🆕 #iceberg of the size of Greater London calved from the Brunt Ice Shelf in #Antartica 🇦🇶
⬇️#Copernicus #Sentinel3 🇪🇺🛰️ captured the first image this morning (24 January at 05:34 UTC)#Chasm1 pic.twitter.com/qsnjuEuzOM
— Copernicus EU (@CopernicusEU) January 24, 2023
“Deze afkalving werd verwacht,” stelt professor Dominic Hodgson, over het recente afkalven van de nog naamloze ijsberg. “En maakt onderdeel uit van het natuurlijke gedrag van de Brunt-ijsplaat (zie kader, red.). Het heeft niets te maken met klimaatverandering.”
Het afbreken van deze enorme brok ijs heeft – doordat de Brunt-ijsplaat reeds in het water rust – geen gevolgen voor de zeespiegel. Wel kan het afkalven van zo’n groot stuk ijs gevolgen hebben voor het resterende deel van de ijsplaat. Dat kan bijvoorbeeld instabiel worden, waardoor nieuwe scheuren ontstaan en nog meer stukken ijs afkalven. Op dit moment zijn er echter geen aanwijzingen dat de ijsplaat veel hinder ondervindt van het verlies van de flinke brok ijs. Maar onderzoekers blijven de situatie nauwlettend in de gaten houden. Niet alleen omdat ze nieuwsgierig zijn hoe de ijsplaat op de afkalving gaat reageren, maar vooral omdat iets verder op dezelfde ijsplaat het onderzoeksstation Halley VI te vinden is. Dit onderzoeksstation werd in de Antarctische zomer van 2016/2017 al verplaatst omdat er – terechte!, zo blijkt nu – zorgen waren over Chasm 1 en men wilde voorkomen dat het ijs waarop het onderzoeksstation stond, het ruime sop zou kiezen. Na de succesvolle verhuizing werd bovendien besloten om het onderzoeksstation in de winter – als een snelle evacuatie lastig of zelfs onmogelijk is – niet langer van bemanning te voorzien.
Op dit moment is het zomer op Antarctica en is het onderzoeksstation dus bemand; er zijn zo’n 21 mensen aan het werk. Zij zullen op 6 februari huiswaarts keren, maar dat wil niet zeggen dat de ijsplaat dan niet langer gemonitord wordt. “Metingen van de ijsplaat worden meerdere keren per dag uitgevoerd middels een geautomatiseerd netwerk van zeer precieze GPS-instrumenten die het onderzoeksstation omringen,” aldus onderzoeker Jane Francis. “Die metingen onthullen hoe de ijsplaat vervormt en beweegt en worden vergeleken met satellietbeelden van ESA, NASA en de Duitse satelliet Terra SAR-X. Alle data worden naar Cambridge gestuurd voor analyse, dus we weten zelfs in de Antarctische winter – als het onderzoeksstation onbemand is, het 24 uur per dag donker is en de temperatuur onder de 50 graden Celsius zakt – wat er gebeurt.”